nummer: 10/3727/GA
betreft: [klager] datum: 17 mei 2011
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
de directeur van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Heerhugowaard Alkmaar, locatie Zuyder Bos,
gericht tegen een uitspraak van 3 december 2010 van de beklagcommissie bij de voormelde p.i., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 28 maart 2011, gehouden in de p.i. Amsterdam Over-Amstel, is [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur bij de locatie Zuyder Bos gehoord.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering klager via internet aangifte te laten doen van de vermissing van zijn horloge ter waarde van € 25.000,=.
De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en bepaald dat de directeur klager in de gelegenheid stelt aangifte te doen via internet op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van de directeur en klager
De plaatsvervangend vestigingsdirecteur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het is landelijk beleid dat gedetineerden geen gebruik mogen maken van internet. Ook de plaatsvervangend vestigingsdirecteur is daaraan gehouden. Om aan klagers wens aangifte te doen tegemoet te komen is gevraagd de politie daartoe naar de inrichting
te
laten komen. Dit is op 7 december 2010 gebeurd. Overigens zijn er meer mogelijkheden om aangifte te doen dan via internet. De plaatsvervangend vestigingsdirecteur was en is bereid te faciliteren in het doen van aangifte op een andere wijze.
Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.
3. De beoordeling
Voldoende is komen vast te staan dat gedetineerden, in voorkomende gevallen, in staat gesteld worden op enigerlei wijze aangifte van bijvoorbeeld vermissing van goederen te doen. Dat de directeur er voor zou moeten zorgdragen dat de gedetineerden dit
via internet kunnen doen acht de beroepscommissie, gelet op hetgeen hiervoor is vermeld, niet noodzakelijk.
Het beroep zal gegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. F.G. Bauduin, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 17 mei 2011
secretaris voorzitter