Onderwerp: Bezoek-historie

Informatiekaart GGZ-Wonen in de Wlz per 2021 - eerste inzichten in de instroom

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Samenvatting

Per 2021 hebben volwassenen die voldoen aan de inhoudelijke Wlz-toelatingscriteria ook op grond van een psychische stoornis directe toegang tot de Wet langdurige zorg (Wlz). De effecten hiervan willen we graag monitoren. In aanloop naar een uitgebreide monitor presenteren we nu alvast deze informatiekaart. De aanleiding hiervoor is dat er veel meer aanvragen voor een Wlz-indicatie GGZ-Wonen op grond van een psychische stoornis zijn dan verwacht. Dit heeft geleid tot een stuwmeer aan aanvragen bij het CIZ. Het gevolg is vertraging in het beoordelingsproces, waardoor cliënten die voldoen aan de toegangscriteria mogelijk pas later toegang krijgen tot de Wlz. Tot 1 augustus 2021 is er al een grotere instroom (18.857) van cliënten in de zorgprofielen voor GGZ-Wonen in de Wlz (>14%) dan vooraf maximaal (16.250) werd maximaal verwacht, en nog meer dan door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS) werd verwacht (9.250). Het aantal loopt dit jaar waarschijnlijk op tot 24.450 cliënten. Dat is ruim 50% meer instroom in de GGZ-Wonen zorgprofielen in de Wlz dan maximaal vooraf werd verwacht.

In deze informatiekaart presenteren we gegevens over de aanvragen voor en de instroom van GGZ-wonen cliënten in de Wlz. We laten zien hoe beschikbare gegevens zich verhouden tot prognoses en inschattingen die vooraf zijn gemaakt om mogelijke verklaringen te bieden voor de meer dan verwacht grote instroom van GGZ-wonen cliënten in de Wlz.

We hebben onderzocht of de zogenaamde zelfaanmeldingen een mogelijke verklaring bieden voor de meer dan verwacht grote instroom van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz. Volgens de definitie van het CIZ zijn zelfaanmeldingen aanvragen voor een Wlz-indicatie die niet zoals gebruikelijk via het CIZ portaal zijn ingediend door een zorgaanbieder, maar op een andere manier bij het CIZ zijn binnengekomen. De meeste zelfaanmeldingen lijken geen cliënten te zijn die zelfstandig een aanvraag indienen, iets dat de term wel doet vermoeden. Op basis van de huidige inzichten en cijfers kunnen we nu geen conclusies trekken over de rol van zelfaanmeldingen in relatie tot de grote aanvragenstroom en instroom.

Het CIZ ontvangt zowel Wlz-aanvragen voor een specifiek GGZ-Wonen zorgprofiel, als aanvragen specifiek voor één van de vijf GGZ-Wonen zorgprofielen. Het CIZ beoordeelt dan in eerste instantie of cliënten toegang moeten krijgen tot de Wlz op basis van de toegangscriteria. Indien de zorgbehoefte van een cliënt passend is bij de Wlz stellen ze één van de vijf GGZ-Wonen zorgprofielen vast die het best past bij deze zorgbehoefte. In deze informatiekaart kijken we ook hoe de instroom op basis van de toegekende aanvragen is verdeeld over de vijf GGZ-Wonen zorgprofielen, en hoe dat zich verhoudt tot verwachtingen die hier vooraf over waren.

We zien dat er absoluut en procentueel vooral GGZ-Wonen 1 en GGZ-Wonen 3 zorgprofielen door het CIZ zijn vastgesteld, en dat in lijn met wat er verwacht werd, een GGZ-Wonen 3 zorgprofiel het meest is vastgesteld. Over de periode januari tot augustus 2021 zijn er wel veel meer indicaties voor GGZ-Wonen 1 en GGZ-Wonen 3 afgegeven dan vooraf werd verwacht. Als deze trend in de werkvoorraad van het CIZ (dus de nog te behandelen Wlz GGZ-Wonen aanvragen) voortzet, zijn er eind dit jaar naar verwachting ruim 1,5 keer zoveel mensen met een zorgprofiel GGZ-Wonen 3 en zelfs 2,5 keer zoveel mensen met een zorgprofiel GGZ-Wonen 1 ingestroomd in de Wlz dan vooraf maximaal voor deze zorgprofielen is ingeschat. Aan de andere kant zien we zowel in absolute als in relatieve zin een minder grote instroom aan cliënten in de zorgprofielen GGZ-Wonen 2, GGZ-Wonen 4 en GGZ-Wonen 5. Opmerkelijk is dat in de zwaarste categorieën een veel minder groot aantal cliënten instroomt dan vooraf werd verwacht. Zo zullen er op basis van de huidige trend aan het einde van dit jaar maar ongeveer de helft aan cliënten met een GGZ-Wonen 5 zorgprofiel zijn ingestroomd van het aantal dat verwacht kan worden.

Deze inzichten vragen om nader onderzoek, discussie, en duiding. Het lijkt er op dat een deel van de doelgroep die op basis van een psychische stoornis de Wlz zou instromen vooraf niet helemaal goed in beeld was.

Conclusies

Op basis van de verkregen inzichten komen we tot de volgende conclusies:

  • Fors meer cliënten voldoen aan de toegangscriteria van de Wlz dan vooraf ingeschat. Daarom is het zinvol om het zorggebruik van deze nieuwe cliënten vóórdat zij toegang kregen tot de Wlz goed in kaart te brengen en dat te vergelijken met de huidige situatie. We willen daar in een volgende informatiekaart op ingaan.

  • Gezien de grote mate waarin de toegekende zorgprofielen afwijken van de vooraf verwachte verdeling van cliënten over de zorgprofielen, bevelen we aan de instroom goed te blijven monitoren en – mede op basis van het hierboven genoemde inzicht in zorggebruik - deze zorgprofielen goed onder de loep te nemen.

  • We adviseren om meer zicht te krijgen op de zelfaanmeldingen. Welke manieren van zelfaanmelding zijn er? En heeft de wijze van aanmelden invloed op de kans op toekenning en op het resulterende zorgprofiel? Als hier meer inzicht in is, kunnen we de extra instroom waarschijnlijk beter duiden.

  • Op basis van de huidige bevindingen is het belangrijk om ook andere aspecten rondom de toegang van de ggz in de Wlz goed te (blijven) monitoren. Denk bijvoorbeeld aan het zorggebruik van deze cliënten, de leveringsvorm waarin ze deze zorg afnemen, en de systematiek (integraal of modulair) waarmee deze zorg bekostigd wordt. We gaan hierover graag met veldpartijen in gesprek.

1 Inleiding

Per 2021 hebben volwassenen die voldoen aan de inhoudelijke Wlz-toelatingscriteria ook op grond van een psychische stoornis directe toegang tot de Wet langdurige zorg (Wlz). Hierdoor kunnen zij beter passende langdurige zorg krijgen. Het CIZ ontvangt aanvragen om toegang te krijgen tot de Wlz en beoordeeld of deze toegang gegeven kan worden. Als dat het geval is, kent het CIZ op basis van de zorgbehoefte een best passend zorgprofiel toe. Een zorgprofiel beschrijft de zorgbehoefte van een cliënt en bepaalt op welke zorg een cliënt aanspraak heeft. In onderstaande tabel staan de vijf zorgprofielen die kunnen worden toegekend.

Tabel 1 Zorgprofielen GGZ-Wonen

GGZ-Wonen met intensieve begeleiding (GGZ-Wonen 1)

GGZ-Wonen met intensieve begeleiding en verzorging (GGZ-Wonen 2)

GGZ-Wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering (GGZ-Wonen 3)

GGZ-Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verpleging en verzorging (GGZ-Wonen 4)

GGZ Beveiligd wonen vanwege extreme gedragsproblematiek met zeer intensieve begeleiding (GGZ-Wonen 5)

Bron: Regeling langdurige zorg

Nadat een indicatie is toegekend kan passende zorg en ondersteuning aan cliënten geleverd en bekostigd worden. Net zoals de andere cliëntgroepen in de Wlz kunnen cliënten met een zorgprofiel GGZ-Wonen kiezen hoe ze de zorg willen ontvangen (de zogenaamde leveringsvormen: zzp, vpt, mpt, pgb).

Waarom deze informatiekaart?

Een nieuwe groep cliënten die directe toegang krijgt tot de Wlz kan veel impact hebben op de langdurige zorg. Er zijn signalen dat er veel meer aanvragen zijn gedaan om op grond van een psychische stoornis toegang te krijgen tot de Wlz, en dat de nieuwe cliëntgroep die op grond van een psychische stoornis toegang hebben tot de Wlz ook veel omvangrijker is dan vooraf werd verwacht. Dit heeft onder andere een effect op de snelheid waarmee toegang tot de Wlz verleend kan worden, en een groot effect op de kosten in de Wlz. Daarom is het van belang om de effecten van deze toegang te monitoren. We hebben in een uitvoeringstoets en met impactanalyses mogelijke effecten en gevolgen hiervan in kaart gebracht. Door de effecten goed te monitoren kunnen we gewenste en ongewenste effecten signaleren. Dit kan bijdragen aan toekomstige beleidsvorming om de zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit te houden.

Deze informatiekaart loopt vooruit op een meer omvangrijkere monitor over de effecten van de toegang van de doelgroep ggz tot de Wlz. Omdat deze cliënten pas sinds het begin van dit jaar toegang hebben, is veel data nu nog niet beschikbaar. In deze informatiekaart kijken we naar informatie waar we al wel over beschikken en waarmee we eerste effecten en trends inzichtelijk kunnen maken.

Voor wie is deze informatiekaart?

Deze informatiekaart is bedoeld voor alle partijen of individuen die geïnteresseerd zijn naar inzicht in de doelgroep ggz in de langdurige zorg, zoals: zorgaanbieders, zorgkantoren, brancheorganisaties, belangenverenigingen en beleidsmakers.

Wat doen wij in deze informatiekaart?

In deze informatiekaart geven we inzicht in aspecten van de instroom van cliënten met toegang tot de Wlz op basis van een GGZ-Wonen indicatiebesluit. Hiermee willen we effecten en mogelijke trends zichtbaar maken en de extra instroom verklaren? Deze informatiekaart heeft een informerend en hypothesevormend karakter. Mogelijke verklaringen moeten getoetst worden.

Wat willen we weergeven?

Deze informatiekaart geeft inzicht in de instroom in de nieuwe GGZ-Wonen zorgprofielen in de Wlz. Op dit moment hebben we onder andere inzicht in het aantal aanvragen van cliënten met mogelijk toegang tot de Wlz op basis van een psychische stoornis en het aantal toegekende indicaties per zorgprofiel (GGZ-Wonen 1 tot en met 5).

Deze informatie maken we op verschillende manieren inzichtelijk, zoals in een tabel, een grafiek, of een landkaart. Daarnaast presenteren we deze informatie op verschillende niveaus inzichtelijk, zoals op landelijk niveau of per centrumgemeente.

2 Inzichten op basis van de data

Hieronder presenteren we beschikbare gegevens over de instroom van ggz-cliënten in de Wlz. De gegevens analyseren we aan de hand van de volgende vragen:

• Wat zien we? Wat valt op?

• Hoe verhoudt dat zich tot verwachtingen die er vooraf waren?

• Zien we verschillen tussen zorgkantoorregio's/centrumgemeentes?

• Welke mogelijke verklaringen zijn er voor opvallende constateringen?

• Welke vervolgstappen zijn er mogelijk?

2.1 Proces van indicatiestelling

In deze paragraaf geven wij meer inzicht in het proces van indicatiestelling van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz. Het verloop van het indicatieproces kan van invloed zijn op de toegankelijkheid van zorg. Cliënten kunnen immers pas Wlz-zorg krijgen als zij een Wlz-indicatie hebben.

Vertraging indicatieproces

Door een onverwacht hoge aanvragenstroom is in 2021 een stuwmeer aan aanvragen ontstaan, wat betekent dat de werkvoorraad aan te behandelen Wlz-aanvragen voor GGZ-Wonen van het CIZ verder is toegenomen. Hierdoor is er vertraging in het indicatieproces opgelopen.

Dat betekent dat een groot deel van de aanvragen later behandeld kon worden dan was beoogd. Voor aanvragen die resulteren tot een positief toegangsbesluit betekent dit dat sommige cliënten pas later toegang tot de Wlz krijgen dan was beoogd. Beoogd was dat cliënten voor wie een aanvraag vóór 2021 was ingediend ook vóór 2021 zou zijn behandeld, en dat cliënten die voldoen aan de toegangscriteria ook per 1 januari 2021 toegang zouden hebben tot de Wlz op basis van een GGZ-Wonen indicatie. Door de vertraging zijn niet alle aanvragen die in 2020 zijn ingediend vóór aanvang van 2021 beoordeeld. In 2021 zijn dus nog veel aanvragen uit 2020 beoordeeld. Het CIZ was en is op dit moment bezig om de werkvoorraad weg te werken. Hierdoor is het momenteel lastig te voorspellen wat straks de jaarlijkse reguliere instroom aan GGZ-Wonen cliënten in de Wlz zal zijn.

Naast het totale aantal aanvragen is ook het toegangsbesluitratio (verhouding van toegekende en niet toegekende toegang) van invloed op de doorlooptijden waarin aanvragen afgehandeld worden en daarmee tot de snelheid waarmee cliënten toegang krijgen tot de Wlz op grond van een indicatie voor GGZ-Wonen. Tijd besteed aan aanvragen van cliënten die geen toegang krijgen, gaat immers ten koste van de snelheid waarmee aanvragen kunnen worden beoordeeld van cliënten die uiteindelijk wel toegang tot de Wlz krijgen met een indicatie voor GGZ-Wonen. Aanvragen die uiteindelijk worden afgewezen zorgen in de huidige situatie, waarin een stuwmeer aan aanvragen is ontstaan, voor een langer dan nodige doorlooptijd en dit heeft een nadelig effect op snelle toegang tot Wlz-zorg voor mensen met een psychische stoornis.

In deze informatiekaart presenteren we informatie die nu voorhanden is wat betreft het indicatieproces van de aanvragen voor een GGZ-Wonen Wlz-indicatie.

Verwachte instroom aan GGZ-Wonen cliënten in de Wlz

Voordat we verder kijken naar de instroom aan GGZ-Wonen cliënten in de Wlz blikken we eerst terug op verwachtingen die hier vooraf over waren. In 2017 heeft Bureau HHM een rapport1 uitgebracht waarin een inschatting is gemaakt van de omvang van de doelgroep indien een grondslag psychische stoornis wordt toegevoegd aan de Wlz. Bureau HHM schatte in dat 11.750 tot 16.250 cliënten toegang zouden krijgen op basis van een GGZ-Wonen indicatie. Die cliënten stromen in de Wlz vanuit het domein van de Wmo en de Zvw, maar hieronder bevinden zich ook cliënten die al in de Wlz verblijven en doorstromen vanuit een ander Wlz profiel. Ook cliënten die op basis van voortgezet verblijf in de Wlz verblijven (op basis van de zogenaamde ggz-b profielen) kunnen in aanmerking komen voor een Wlz-indicatie voor GGZ-Wonen.

In de Memorie van toelichting Wijziging van de Wet langdurige zorg om toegang tot deze wet te bieden aan mensen die vanwege een psychische stoornis blijvend behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg nabij2 wordt geschat dat het aantal nieuwe cliënten in de Wlz per 2021 met circa 9.250 stijgt, vanwege de toegang op grond van een psychische stoornis. Dit betreft dus een inschatting van de stijging door nieuwe cliënten in de Wlz en hierin zijn cliënten die doorstromen vanuit een ander Wlz zorgprofiel niet meegenomen.

We hebben ervoor gekozen om de gerealiseerde data en cijfers af te zetten tegen de maximaal verwachte instroom in de Wlz op basis van een GGZ-Wonen zorgprofiel, dus inclusief cliënten die doorstromen vanuit de Wlz; een instroom van 16.250 cliënten met een indicatie voor GGZ-Wonen in de Wlz.

Indicatiestelling januari tot augustus 2021

In figuur 1 zien we over de periode januari tot augustus 2021 het aantal afgegeven GGZ-Wonen Wlz-indicaties per GGZ-wonen zorgprofiel.

Figuur 1 Afgegeven GGZ-Wonen Wlz-indicaties per GGZ-Wonen zorgprofiel (GGZ-Wonen 1 tot en met 5) januari tot augustus 2021 (cumulatief)

De figuur is cumulatief. Dat wil zeggen dat het totaal aantal afgegeven GGZ-Wonen indicaties over tijd toeneemt. De lijnen zijn niet lineair. Dat houdt in dat het tempo waarmee het CIZ de voorraad aan aanvragen heeft weggewerkt sneller is geweest op momenten wanneer de lijnen steiler zijn, en de snelheid minder is geweest op momenten dat de lijnen vlakker zijn. Zo zien we dat er in februari een flinke versnelling optreedt die in april weer afneemt. Deze snelheid van indicatiestelling is in de periode relatief nagenoeg gelijk voor de verschillende GGZ-Wonen zorgprofielen.

Figuur 2 Totaal afgegeven indicaties GGZ-Wonen over tijd (cumulatief)

GGZ grafiek

 

In figuur 2 zien we het totaal aantal afgegeven Wlz-indicaties voor GGZ-Wonen over de periode januari tot augustus 2021. De horizontale stippellijnen geven de bandbreedte aan van de door Bureau HHM verwachte instroom aan GGZ-Wonen cliënten in de Wlz. Daaruit is af te leiden dat er begin mei 2021 al meer Wlz-indicaties voor GGZ-Wonen zijn afgegeven, dan dat er op voorhand maximaal aan instroom van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz werd verwacht. Op 1 augustus hadden er al ongeveer 2.600 meer cliënten toegang tot de Wlz op grond van een GGZ-Wonen indicatie dan vooraf maximaal verwacht.

De werkvoorraad aan nog te behandelen Wlz-aanvragen voor GGZ-Wonen van het CIZ is momenteel aan het slinken. Het CIZ verwacht deze werkvoorraad dit jaar te volledig te kunnen verwerken. Dat zou betekenen dat we vanaf 2022 meer inzicht hebben in de reguliere jaarlijkse instroom van cliënten met een Wlz-indicatie voor GGZ-Wonen. Op basis van de resterende werkvoorraad, en aan de hand van de huidige toekenning- en afwijzingsratio van Wlz-toegang met een GGZ-Wonen indicatie onder de aanvragen, is een prognose gemaakt van het totaal aantal toegekende GGZ-Wonen indicaties aan het einde van dit jaar. Op peildatum 1 januari 2022 kunnen we een totale instroom verwachten van 24.450 cliënten.3

2.2 Zelfaanmeldingen

Van de aanvragen die bij het CIZ voor een Wlz-indicatie GGZ-Wonen zijn ingediend betrof 56% een zelfaanmelding. Een mogelijke verklaring voor het onverwacht hoge aantal aanvragen werd daarom gezocht in deze zogenaamde zelfaanmeldingen. Iedereen kan in principe zichzelf bij het CIZ aanmelden. Vooraf is op basis van gesprekken met veldpartijen een inschatting gemaakt van het aantal cliënten dat in aanmerking komt voor een GGZ-Wonen Wlz-indicatie. Daarbij is er vanuit gegaan dat er niet tot nauwelijks zelfaanmeldingen zouden zijn. Zelfaanmeldingen kwamen namelijk in voorgaande jaren niet of incidenteel voor. Van de Wlz-aanvragen voor een GGZ-Wonen indicatie zijn meer dan de helft aanvragen van zelfaanmeldingen. Desondanks zien we dat veel van de aanvragen via zelfaanmeldingen uiteindelijk een positief toegangsbesluit krijgen. Op basis van de huidige cijfers kunnen we niet goed bepalen of wat de invloed is van zelfaanmeldingen op de onverwacht hoge instroom van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz. Zelfaanmeldingen hebben wel invloed op de snelheid waarmee aanvragen behandeld kunnen worden. Het CIZ geeft aan meer tijd nodig te hebben voor het verwerken van zelfaanmeldingen, doordat in deze aanvragen minder gestructureerde informatie wordt aangeleverd dan in een aanmelding via het CIZ portaal. In die zin hebben zelfaanmeldingen wel een vertragend effect op de afhandeling van Wlz-indicaties voor GGZ-wonen.

Definitie zelfaanmeldingen

Het CIZ maakt onderscheid in drie type aanmeldingen: digitale aanmeldingen via het CIZ portaal door een zorgaanbieder met contract, schriftelijke aanmeldingen en digitale aanmeldingen. Zelfaanmeldingen zijn aanvragen die niet via het digitale CIZ portaal ingediend, maar via een los formulier. Zelfaanmeldingen zijn daarmee echter niet perse cliënten die zichzelf bij het CIZ hebben aangemeld, iets dat de naam wel kan doen vermoeden. Het is waarschijnlijk dat bij een groot deel van de aanvragen op de één of andere manier wel betrokkenheid is van een zorgaanbieder. We kunnen dus niet stellen dat de grote instroom (voor een deel) wordt bepaald door het hoge aantal aanmeldingen door een cliënt zelf, zonder tussenkomst van een zorgaanbieder of cliëntondersteuner. Gegeven de ruime definitie van zelfaanmeldingen is er bovendien geen sprake van een afgebakende groep en is er veel variatie onder zelfaanmeldingen mogelijk. Er zijn ook andere factoren die hierin een rol kunnen spelen. Zorgaanvragers hebben immers nog geen ervaring met het aanvraag- en indicatieproces voor GGZ-Wonen. Al met al kunnen we nu geen conclusies trekken over de rol van zelfaanmeldingen in relatie tot te grote aanvragenstroom en instroom van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz. Wanneer we een beter beeld hebben van de zelfaanmeldingen is dit in de toekomst misschien wel mogelijk.

2.3 Instroom cliënten GGZ-Wonen per centrumgemeente

Verwacht werd dat een groot deel (68%) van de instroom met een indicatie voor GGZ-Wonen vanuit de Wmo beschermde woonzorg ontving. Tot en met 2014 was de inkoop van beschermd wonen een verantwoordelijkheid van het Rijk (AWBZ). Daarna waren de zogenoemde centrumgemeenten financieel verantwoordelijk voor deze inkoop. Wettelijk is vastgelegd dat regiogemeenten voor beschermd wonen moeten samenwerken via de centrumgemeenten, die hiervoor het beschikbare budget krijgen. We brengen daarom het aantal afgegeven GGZ-wonen zorgprofielen op centrumgemeenteniveau in kaart. Vanaf 2022 is beschermd wonen een financiële verantwoordelijkheid van ieder zelfstandige gemeente.4

Figuur 3 Totaal afgegeven indicaties voor GGZ-Wonen per centrumgemeente per inwoner

In bovenstaande landkaart (figuur 3) zien we het percentage inwoners met een indicatie voor GGZ-Wonen per centrumgemeente. Diepblauw gekleurde centrumgemeentes hebben relatief veel cliënten met een indicatie voor GGZ-Wonen. Lichtgekleurde centrumgemeentes hebben relatief weinig cliënten met een indicatie voor GGZ-Wonen. De centrumgemeenten Emmen, Arnhem en Harderwijk hebben relatief veel cliënten met deze indicatie, de centrumgemeenten Purmerend, Leiden en Nissewaard hebben relatief weinig.

De verschillen laten zich op basis van alleen cijfers nog moeilijk verklaren. Het beleid van gemeenten voor deze doelgroep kan een rol spelen. Denk daarbij aan de ambulantisering met wijkgerichte aanpak om het welzijn, de zelfredzaamheid, participatie en het herstel van bewoners met psychische problematiek te verbeteren, opdat zij volwaardig kunnen deelnemen aan de maatschappij. Ook kan het zijn dat in bepaalde regio's relatief veel cliënten met een indicatie voor GGZ-Wonen, omdat daar grote instellingen zitten die zorg aan deze cliënten leveren.

2.4 Instroom cliënten GGZ-Wonen per zorgprofiel

Op 1 augustus 2021 hadden 18.857 cliënten aanspraak op een zorgprofiel voor GGZ-Wonen. Dit aantal is al 16% hoger dan de maximaal verwachte instroom (16.250) van cliënten voor GGZ-Wonen in de Wlz, zoals Bureau HHM in 2017 in opdracht van VWS heeft onderzocht. Dit roept de vraag op waarom er zoveel meer instroom is dan vooraf werd verwacht. Daarom zoomen we in deze paragraaf verder in op deze instroom. Daarvoor kijken we eerst naar de verwachtingen over de verdeling van de instroom over de vijf zorgprofielen voor GGZ-Wonen die voor deze doelgroep zijn ontwikkeld.

Cliënten die aanspraak hebben op een zorgprofiel voor GGZ-Wonen stromen vanuit verschillende domeinen de Wlz binnen. Bureau HHM schat in dat 68% van de cliënten vanuit de Wmo (beschermde woonvoorzieningen), 24% van de cliënten met een tijdelijke indicatie binnen de Wlz (voortgezet verblijf met blijvende behoefte aan permanent toezicht en/of 24 uur zorg per dag in de nabijheid) doorstroomt, en een klein percentage (8%) vanuit de Zvw instroomt. Per domein van herkomst (Wmo, Wlz, Zvw) is een inschatting gemaakt over hoe deze cliënten verdeeld worden over de verschillende zorgprofielen voor GGZ-Wonen. Dat is te zien in tabel 2.

Tabel 2 Verwachte verdeling van instroom in de GGZ Wonen zorgprofielen

GGZ-Wonen zorgprofiel

Herkomst Wmo (68%)

Herkomst Wlz (24%)

Herkomst Wlz (24%)

Verwacht Totaal

(100%)

GGZ-Wonen 1

17%

5%

2%

12,92%

GGZ-Wonen 2

36%

20%

14%

30,40%

GGZ-Wonen 3

34%

39%

40%

35,68%

GGZ-Wonen 4

8%

18%

15%

10,96%

GGZ-Wonen 5

2%

14%

17%

6,08%

Onbekend

3%

4%

12%

3,96%

Bron: Bureau HHM

Op basis van het verwachte aandeel instromers vanuit de verschillende domeinen en het verwachte aandeel instromers in de profielen voor GGZ-Wonen per domein van herkomst is een verwacht totaal aandeel instromers per zorgprofiel GGZ-wonen bepaald. Dat is te zien in de meest rechterkolom van tabel 2. We zien dat het grootste aandeel instroom binnen de zorgprofielen voor GGZ-Wonen werd verwacht in zorgprofiel 3 (ruim 35%) en het kleinste aandeel instroom in zorgprofiel 5 (6%).

Tabel 3 Toegekende Wlz-indicaties GGZ-Wonen op 1 augustus 2021

GGZ-Wonen zorgprofiel

Aantal afgegeven indicaties

Relatieve verdeling over de GGZ-Wonen zorgprofielen

GGZ-Wonen 1

4.863

25,65%

GGZ-Wonen 2

3.782

20,26%

GGZ-Wonen 3

8.865

46,72%

GGZ-Wonen 4

973

5,35%

GGZ-Wonen 5

374

2,02%

Totaal

18.857

100%

Bron: CIZ

Om te toetsen in hoeverre de verwachting is uitgekomen kijken we naar hoe de instroom op basis van de toegekende Wlz-indicaties voor GGZ-Wonen werkelijk verdeeld is over de vijf zorgprofielen. In tabel 3 zien we per GGZ-Wonen zorgprofiel het aantal afgegeven indicaties op peildatum 1 augustus 2021. Op basis van deze aantallen is ook de relatieve verdeling over de zorgprofielen in procenten bepaald. We zien bijvoorbeeld dat ruim een kwart van de cliënten die vanwege een psychische stoornis toegang hebben gekregen tot de Wlz, dit met een indicatie voor GGZ-Wonen 1 krijgen.

Tabel 4 Vergelijking verwachte en gerealiseerde verdeling van de instroom per zorgprofiel GGZ-Wonen

GGZ-Wonen zorgprofiel

Verwachte verdeling van de instroom in %

Gerealiseerde verdeling van de instroom in % op 1 augustus 2021

Verschil (factor)

GGZ-Wonen 1

12,92%

25,65%

2

GGZ-Wonen 2

30,40%

20,26%

-1.5

GGZ-Wonen 3

35,68%

46,72%

1.3

GGZ-Wonen 4

10,96%

5,35%

-2

GGZ-Wonen 5

6,08%

2,02%

-3

Onbekend

3,96%

-

 

Totaal

-

-

 

In tabel 4 zien we de vooraf verwachte verdeling van de instroom over de zorgprofielen uitgedrukt in percentages. Daarnaast zien we de gerealiseerde verdeling van de instroom over de zorgprofielen in de periode januari tot augustus 2021. Ten opzichte van de verwachtingen stromen twee keer zoveel cliënten in naar zorgprofiel GGZ-Wonen 1, 1,5 minder naar zorgprofiel GGZ-Wonen 4, 1,3 keer meer naar zorgprofiel GGZ-Wonen 3, een twee keer minder naar profiel GGZ-Wonen 2 en zelfs drie keer minder naar zorgprofiel GGZ-Wonen 5. Dit is te zien in de rechterkolom van tabel 4.

De indicatie voor GGZ-Wonen 3 is het meest afgegeven. Ook zijn meer lage zorgprofielen (GGZ-Wonen 1 en 2 ) afgegeven dan hoge (GGZ-Wonen 4 en 5). Dit komt overeen met de verwachtingen in onze uitvoeringstoets. Wel zien we dat sommige indicaties (GGZ-Wonen 1 en 3) veel vaker zijn afgegeven, en dat andere indicaties veel minder vaak zijn afgegeven dan verwacht (GGZ-Wonen 2, 4 en 5). Veel van de aanvragen zijn niet gericht op een specifiek GGZ-Wonen zorgprofiel (1 tot en met 5), maar op één van de GGZ-Wonen zorgprofielen. De grote afwijkingen tussen de verwachte en gerealiseerde verdeling van instroom over de GGZ-Wonen zorgprofielen laten zich moeilijk verklaren op basis van de cijfers. Deze grote verschillen vragen om meer duiding en verklaring.

De gerealiseerde verdeling tot 1 augustus 2021 is gebaseerd op ruim 23.000 beoordeelde aanvragen. Daarom is goed te voorspellen hoe de nog te beoordelen aanvragen verdeeld worden over de zorgprofielen GGZ-Wonen. In paragraaf 2.15 hebben we op basis van de huidige ontwikkelingen een inschatting gemaakt van het aantal toegekende indicaties voor GGZ-Wonen in heel 2021. Dat zijn er naar verwachting 24.450. Dat zijn ruim 15% meer indicaties dan er op 1 augustus (18.657) zijn afgegeven. Als we deze toename naar de huidige inzichten verdelen over de zorgprofielen levert dat het verwachte aantal indicaties per zorgprofiel in heel 2021 op, zoals te zien in tabel 5.

Tabel 5 Verwacht aantal indicaties GGZ-Wonen op 1 januari 2022

GGZ-Wonen zorgprofiel

Relatieve verdeling over de GGZ-Wonen zorgprofielen

Verwacht aantal afgegeven indicaties op 1 januari 2022

Totaal

-

24.450

GGZ-Wonen 1

25,65%

6.271

GGZ-Wonen 2

20,26%

4.954

GGZ-Wonen 3

46,72%

11.423

GGZ-Wonen 4

5,35%

1.308

GGZ-Wonen 5

2,02%

494

Deze aantallen kunnen we vergelijken met de vooraf verwachte instroom aan cliënten per zorgprofiel. Daarbij zijn we uitgegaan van de maximale instroom van de bandbreedte van de instroom 11.750 – 16.250 cliënten, dus van 16.250 cliënten.

Tabel 6 Vergelijking geschatte en verwachte instroom per zorgprofiel, uitgaande van gelijkmatige verdere instroom naar 24.450

GGZ-Wonen zorgprofiel

Geschatte instroom toegang ggz in de Wlz

GGZ-Wonen zorgprofiel

Geschatte instroom toegang ggz in de Wlz

GGZ-Wonen 1

2.100

6.271

199%

GGZ-Wonen 2

6.627

4.954

-25%

GGZ-Wonen 3

5.798

11.423

97%

GGZ-Wonen 4

1.781

1.308

-27%

GGZ-Wonen 5

988

494

-50%

Onbekend

644

-

-

Totaal

16.250

24.450

50%

In tabel 6 is te zien hoeveel cliënten naar verwachting in de zorgprofielen voor GGZ-Wonen zouden instromen bij een totale instroom van 16.250 cliënten en op basis van de verwachte relatieve verdeling van de instroom over de zorgprofielen. De kolom ernaast toont hoeveel cliënten per zorgprofiel naar verwachting aan het einde van dit jaar zijn ingestroomd, uitgaande van een totale instroom van 24.450 cliënten en op basis van de gerealiseerde relatieve verdeling tot 1 augustus 2021. De meest rechterkolom toont in procenten de extra instroom aan cliënten die we op basis van de huidige trend aan het einde van dit jaar mogen verwachten ten opzichte van wat er vooraf maximaal aan instroom werd verwacht. In figuur 4 worden de gegevens uit tabel 6 visueel weergegeven.

Figuur 4 Ingeschatte en verwachte instroom op 1 januari 2022 van GGZ-Wonen cliënten in de Wlz

We kunnen uit figuur 4 opmaken dat de totale extra instroom (ruim 50% meer dan maximaal vooraf werd verwacht) zich met name concentreert in de zorgprofielen GGZ-Wonen 1 en 3. Ook zien we dat er aan het einde van dit jaar ook in absolute zin minder instroom is in de zorgprofielen GGZ-Wonen 2, 4 en 5, terwijl met name de groepen voor GGZ-Wonen 4 en 5 goed in beeld werden geacht. Dit zijn belangrijke signalen voor toekomstige besluit- en beleidvorming; signalen die ook vragen om meer verheldering.

Vervolg

Om verder inzicht te krijgen in de effecten van deze nieuwe doelgroep in de Wlz, brengen we in een volgende informatiekaart het zorggebruik van cliënten met GGZ-Wonen in de Wlz verder in kaart. Denk hierbij aan de verschillende leveringsvormen (zzp, vpt, mpt, pgb) waarmee de zorg aan deze cliënten geleverd worden, en ook aan het gebruik van ggz-behandeling. Ook willen we nader kijken naar de bekostigingssystematiek waarvoor wordt gekozen (integrale versus modulaire bekostiging).

Naar boven