Onderwerp: Bezoek-historie

Beleidsregel experiment tijdschrijven gespecialiseerde ggz en fz - BR/REG-21151
Publicatiedatum:19-02-2021Geldigheid:01-01-2021 t/m 31-12-2021Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel experiment tijdschrijven gespecialiseerde ggz en fz

 

Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking tot het uitoefenen van de bevoegdheid om tarieven en prestatiebeschrijvingen vast te stellen.

 

Onder verwijzing naar artikel 58 van de Wmg, is in de voorliggende beleidsregel een experiment opgenomen. De daartoe vereiste aanwijzing van 14 december 2020 met kenmerk 1713813-207587-PZo, bedoeld in artikel 59, aanhef en onder f, van de Wmg, is door de minister van VWS met brief van 15 december 2020, met kenmerk 1713813-207587-PZ0, aan de NZa gegeven.

 

 

Artikel 1         Begripsbepalingen

 

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

 

Activiteiten: activiteiten als zijn opgenomen op de activteitenlijst opgenomen als bijlage 2 en 2a (fz bijlage 4 en 4a) van de regeling Regeling gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg - NR/REG-2113a (fz Regeling Dbbc's, zzp's en extramurale parameters forensische zorg - NR/REG-2119);


Algemeen indirecte tijd: patiëntgebonden tijd, niet zijnde 24-uurscontinuïteitszorg, en niet zijnde direct patiëntgebonden tijd, indirect patiëntgebonden tijd of indirect patiëntgebonden reistijd. Algemeen indirecte tijd wordt geregistreerd bij een multidisciplinair overleg of bij de eindverslaglegging van een behandeltraject;

 

Beroepentabel: Beroepentabel als opgenomen onder bijlage 3 van de regeling gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg - NR/REG-2113a respectievelijk voor de fz bijlage 5 van de regeling Dbbc's, zzp's en extramurale parameters forensische zorg - NR/REG-2119;

 

Db(b)c: Diagnose Behandel (Beveiligings)combinatie is een declarabele prestatie, die het resultaat is van (een deel van) het totale zorgtraject van de diagnose die de zorgverlener stelt tot en met de (eventuele) behandeling die hieruit volgt;

 

Direct patiëntgebonden tijd: de tijd waarin een behandelaar, in het kader van diagnostiek en/of activiteiten uit het behandelplan en niet zijnde 24-uurscontinuïteitszorg, contact heeft met de patiënt of met familieleden, gezinsleden, ouders, partner of andere naasten (het systeem) van de patiënt;

 

Experimentovereenkomst: een schriftelijke overeenkomst tussen één zorgaanbieder en één of meerdere zorgverzekeraar(s) die door hen is ondertekenend aangaande het experiment zoals bedoeld in deze beleidsregel;

 

Forensische zorg: zorg als omschreven bij of krachtens artikel 1.1., tweede lid, van de Wet forensische zorg (Wfz);

 

 

 

 

 

Gespecialiseerde ggz: geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (ggz) als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw), niet zijnde generalistische basis-ggz;

 

Indirect patiëntgebonden tijd: de tijd die de behandelaar, in het kader van diagnostiek en/of activiteiten uit het behandelplan en niet zijnde 24-uurscontinuïteitszorg, besteedt aan zaken rondom een contactmoment (de direct patiëntgebonden tijd in het kader van de diagnostiek of behandeling), maar waarbij de patiënt (of het systeem van de patiënt) zelf niet aanwezig is. Onder indirect patiëntgebonden tijd valt bijvoorbeeld: het voorbereiden van een activiteit, verslaglegging in het kader van een activiteit of hersteltijd na een intensieve behandelsessie. Puur administratieve taken (zoals het maken van een afspraak) vallen niet onder indirect patiëntgebonden tijd;

 

Zorgaanbieder: Zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, onderdeel c van de Wmg;

 

Zorgverzekeraar: Waar in deze beleidsregel gesproken wordt over de zorgverzekeraar worden zowel de zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 1 lid 1 sub f van de Wmg als de Divisie Forensische zorg/Justitiële Jeugdinrichtingen (ForZo/JJI) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), onderdeel van het ministerie van JenV, bedoeld. In de fz is ForZo/JJI verantwoordelijk voor het inkopen van fz.

 

Artikel 2         Doel van de beleidsregel

 

Het doel van deze beleidsregel is het mogelijk maken van een experiment waarbij de activiteitenlijst beperkt wordt tot een selectie van tijdschrijf activiteiten met betrekking tot diagnostiek en behandeling en waarbij alleen de direct patiëntgebonden tijd wordt geregistreerd. De indirecte tijd (zowel Algemeen indirecte tijd als Indirect patiëntgebonden tijd) hoeft niet meer geregistreerd te worden en wordt als een opslag op de direct patiëntgebonden tijd meegenomen. Voor de opslag indirecte tijd wordt gedifferentieerd naar beroepsbeoefenaar als opgenomen in de beroepentabel. Reistijd en de activiteit MDO moet apart geregistreerd blijven worden.

 

Artikel 3         Reikwijdte

 

Deze beleidsregel is van toepassing op de gespecialiseerde ggz.

 

Deze beleidsregel is van toepassing op forensische zorg.

 

Artikel 4         Bekostigingsexperiment

 

4.1       Voor dit experiment worden de reguliere dbc’s (gespecialiseerde ggz) respectievelijk dbbc’s (forensische zorg) in rekening gebracht.

 

4.2 Tariefsoort

Voor de onder 4.1 genoemde zorgprestaties gelden maximumtarieven zoals bedoeld in artikel 50 lid 1 sub c van de Wmg. De van toepassing zijnde maximumtarieven zijn de vigerende ggz en fz maximumtarieven als opgenomen in tariefbeschikking gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg (TB/REG –21620-01 en eventuele opvolgers) respectievelijk de tariefbeschikking forensische zorg (TB/REG –21621-01 en eventuele opvolgers).

 

4.3 Voorwaarden voor deelname aan het experiment

Om gebruik te maken van dit experiment dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan:

Er is een experimentovereenkomst;
De zorgaanbieder en zorgverzekeraar die een experimentovereenkomst zijn aangegaan hebben dit gemeld bij de NZa door een e-mail te sturen aan info@nza.nl o.v.v. ‘deelname experiment tijdschrijven ggz en fz’.

Bij de melding stuurt de zorgaanbieder een kopie van de experimentovereenkomst mee;

 

 

4.4 Uitgangspunten experiment

Op grond van dit experiment krijgen zorgverzekeraars en zorgaanbieders de mogelijkheid om op basis van de experiment overeenkomst afspraken te maken over het beperken van de activiteitenregistratie met betrekking tot diagnostiek en behandeling en te stoppen met het registreren van algemeen indirecte tijd en indirect patiëntgebonden tijd en op deze punten af te wijken van de daarvoor geldende reguliere registratievoorwaarden.
De algemeen indirecte tijd en indirect patiëntgebonden tijd worden meegenomen als opslag op de direct patiëntgebonden tijd. Deze opslag wordt door de zorgaanbieder en zorgverzekeraar in samenspraak bepaald en gedifferentieerd naar beroepsbeoefenaar zoals opgenomen in de beroepentabel.
Het multidisciplinair overleg en de indirect patiëntgebonden reistijd blijven separaat geregistreerd worden en mogen door de zorgverzekeraar en zorgaanbieder niet meegerekend worden in de bepaling van de opslag voor de algemeen indirecte tijd en indirect patiëntgebonden tijd.

 

 

4.5 Afwijkingen ten opzichte van reguliere beleid        

Om de uitgangspunten als opgenomen in voorgaande artikel 4.3 mogelijk te maken voorziet dit bekostigingsexperiment in:

Een afwijking van de verplichting om voor de registratie van activiteiten de activiteitenlijst als opgenomen in bijlage 2 en 2a (fz bijlage 4 en 4a) van de regeling Regeling gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg - NR/REG-2113a te hanteren (fz Regeling Dbbc's, zzp's en extramurale parameters forensische zorg - NR/REG-2119);
De mogelijkheid om in plaats van de reguliere activiteitenlijsten slechts een selectie van tijdschrijf activiteiten te registreren met betrekking tot diagnostiek en behandeling;
MDO en Reistijd blijven apart geregistreerd worden
Voor de activiteiten met betrekking tot diagnostiek en behandeling een normatieve opslag te hanteren voor de algemeen indirecte tijd en de patiëntgebonden indirecte tijd;
Deze opslag voor de algemeen indirecte tijd en de patiëntgebonden indirecte tijd worden gedifferentieerd naar de verschillende beroepsbeoefenaren als opgenomen in de beroepentabel NZa.

 

Artikel 5         Evaluatie

 

De NZa evalueert het experiment.

Voor deze evaluatie maakt de NZa gebruik van de bij de melding aangeleverde kopie van de experimenteerovereenkomst. De NZa vraagt daarnaast de informatie op die de deelnemende partijen op grond van artikel 4 van de nadere regel ‘experiment tijdschrijven ggz en fz’ hebben geregistreerd.  De informatie die de NZa nodig heeft voor deze evaluatie zal separaat worden opgevraagd gedurende of na afloop van het experiment. Bij deze separate uitvraag zal de NZa tevens een aantal meer kwalitatieve vragen stellen over de positieve dan wel negatieve effecten die de deelnemers ervaren hebben als gevolg van het experiment.

 

Artikel 6         Inwerkingtreding/ Bekendmaking

 

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de mededeling als bedoeld in artikel 20, tweede lid, onderdeel b, van de Wmg, wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2021 en vervalt met ingang van 1 januari 2022.

 

 

Artikel 7         Citeertitel


Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel experiment tijdschrijven gespecialiseerde ggz en fz

 

 

Toelichting

 

Artikelsgewijs

 

Artikel 2

Het doel van het experiment is het verminderen van administratieve lasten gemoeid met het tijdschrijven in de gespecialiseerde ggz en fz.

 

Artikel 3

De reikwijdte van het experiment is beperkt tot de gespecialiseerde ggz en de fz.

 

Het experiment mag niet resulteren in een verslechtering van de kwaliteit van zorg. Hierbij is het van belang dat de gedeclareerde zorg blijft vallen onder verzekerde zorg als bedoeld in de Zorgverzekeringswet.

 

Artikel 4.2

De maximumtarieven zijn gelijk aan de maximumtarieven zoals opgenomen in de tariefbeschikking gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg (TB/REG –21620-01 of opvolgers) respectievelijk tariefbeschikking forensische zorg (TB/REG –21621-01 of opvolgers)

 

Artikel 4.3

De NZa stelt een verplichting om het experiment te melden. Via de meldplicht heeft de NZa zicht op het gebruik van het experiment en is zij in staat gerichter de evaluatie (artikel 5) uit te voeren. De opgenomen voorwaarden volgen uit de aanwijzing van de Staatssecretaris aan de NZa. In de aanwijzing is heeft de Staatsecretaris benadrukt dat, net als in de reguliere bekostiging dubbele bekostiging niet is toegestaan. Daarnaast mogen personen aan wie zorg wordt verleend, vanzelfsprekend niet door het experiment niet in een nadeliger positie komen te verkeren, dan wanneer het experiment niet zou plaatsvinden.

 

Artikel 4.5

Dit bekostigingsexperiment voorziet voor de gespecialiseerde ggz in een afwijking van het bepaalde in artikel 5.1.4 Registreren onder de aanhef, 5.1.4 onder 4, 5.1.4 onder 5 en 5.1.4 onder 11 van de Regeling gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg (NR/REG-2113a)

 

Voor de fz in een afwijking van het bepaalde in artikel 3.1.4 Registreren onder de aanhef, 3.1.4 onder 3, 3.1.4 onder 4 en 3.1.4 onder 9 van de Regeling Dbbc's, zzp's en extramurale parameters forensische zorg (NR/REG-2119).

Naar boven