Onderwerp: Bezoek-historie

Concentratiebesluit MOB Maatschappelijk Ondersteuningsbureau B.V. - de onderneming van Shi-Nani Zorg B.V.
Ondertekeningsdatum:06-03-2020Publicatiedatum:19-06-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Verzoek tot ontheffing van het concentratieverbod zonder voorafgaande goedkeuring

 

1. Op 4 maart 2020 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een verzoek ontvangen in de zin van artikel 49d, eerste lid, Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), tot het verlenen van ontheffing van het verbod om een concentratie tot stand te brengen. In dit verzoek is medegedeeld dat MOB Maatschappelijk Ondersteuningsbureau B.V. voornemens is uitsluitende zeggenschap te verkrijgen over de onderneming van Shi-Nani Zorg B.V. in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet (Mw).

 

Partijen

 

2. MOB Nederland B.V. is (onder meer) via haar dochteronderneming MOB Maatschappelijk Ondersteuningsbureau B.V. (hierna: MOB) actief op het gebied van huishoudelijke hulp in een extramurale setting, begeleiding, persoonlijke verzorging en verpleging, medisch specialistische verpleging in de thuissituatie, ondersteuning in het kader van de Wmo en biedt Wlz-zorg in de regio’s Rotterdam, Schiedam, Drechtsteden, Barendrecht, Albrandswaard, Ridderkerk, Amstelveen en Uithoorn.
 

3. Shi-Nani Zorg B.V. (hierna: Shi-Nani) biedt vanuit een extramurale setting nachtzorg, persoonlijke verzorging en verpleging, palliatieve zorg en casemanagement dementie in Amstelveen.

 

Het voornemen

 

4. Het voornemen betreft de overname van een deel van het personeel en de activa en activiteiten van Shi-Nani door MOB. Het voornemen is vastgelegd in een door partijen ondertekende koopovereenkomst van 5 maart 2020.

 

Toepasselijkheid van de zorgspecifieke concentratietoets

 

5. Betrokken organisaties zijn MOB en de onderneming van Shi-Nani.

 

6. Betrokken organisaties kwalificeren als zorgaanbieder in de zin van artikel 1, onderdeel c, onder 1, van de Wmg.

 

7. Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens over het aantal personen dat werkzaam is bij betrokken organisaties blijkt dat de voorgenomen concentratie binnen de werkingssfeer van het in artikelen 49a t/m 49d van de Wmg geregelde zorgspecifieke concentratietoezicht valt.

 

8. Het voornemen leidt tot het tot stand brengen van een concentratie in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4 omschreven transactie leidt er namelijk toe dat MOB uitsluitende zeggenschap verkrijgt over de onderneming van Shi-Nani.

 

Beoordeling

 

9. Artikel 49d, eerste lid, Wmg geeft de NZa de mogelijkheid om in spoedeisende gevallen op verzoek van degene die de aanvraag voor het verkrijgen van goedkeuring heeft gedaan, ontheffing te verlenen van het in artikel 49a, eerste lid, Wmg gestelde verbod, indien de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden.

 

10. Hieronder zal achtereenvolgens worden beoordeeld of sprake is van een spoedeisend geval en of de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden.

 

A. Spoedeisendheid

 

11. Shi-Nani verkeert sinds 11 februari 2020 in staat van faillissement.[1] De rechter-commissaris gemotiveerd dat de zorgverlening aan cliënten na 6 maart 2020 niet langer kan worden voortgezet door Shi-Nani waardoor de kwaliteit en continuïteit van zorg in gevaar komt.

 

12. Gezien het voorgaande acht de NZa het aannemelijk dat de continuïteit van de zorgverlening aan cliënten van Shi-Nani gevaar loopt. Tevens acht de NZa het aannemelijk dat de zorgverlening aan cliënten kan worden gecontinueerd indien de voorgenomen concentratie op korte termijn plaatsvindt. De NZa concludeert dan ook dat er sprake is van een spoedeisend geval in de zin van artikel 49, eerste lid Wmg.

 

B. Redelijk vermoeden van goedkeuring

 

13. In het algemeen geeft de NZa haar goedkeuring voor een voorgenomen concentratie tussen partijen, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:

o partijen hebben voldoende inzicht gegeven in de verwachte effecten van de beoogde concentratie;

o het oordeel en de aanbeveling van cliënten, personeel en andere betrokkenen zijn overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie;

o de continuïteit van cruciale zorg komt door de voorgenomen concentratie niet in het geding.

 

14. Voor de verlening van een ontheffing in de zin van artikel 49d, eerste lid, Wmg is het noodzakelijk dat de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring niet zal onthouden. De NZa acht dat ten aanzien van de onderhavige voorgenomen concentratie tussen partijen aannemelijk, mits aan de te stellen voorschriften wordt voldaan. Daartoe is het volgende redengevend:

 

 

De verwachte effecten van de beoogde concentratie

 

De bij de aanvraag ter beschikking gestelde effectrapportage biedt inzicht in de verwachte effecten van de beoogde concentratie voor het zorgaanbod en de ondersteunende diensten. De effectrapportage biedt echter onvoldoende inzicht in de eventuele risico’s die samenhangen met de concentratie en de wijze waarop er door MOB een analyse is verricht naar de kwaliteit van de bedrijfsvoering van Shi-Nani en eventuele tekortkomingen hierin op orde zullen worden gebracht. In het kader van de in randnummer 13 en 14 genoemde beoordelingsstandaard en gelet op artikel 49b, tweede lid, Wmg acht de NZa de overgelegde effectrapportage ontoereikend. Als zodanig ziet de NZa aanleiding om aan onderhavig besluit de in randnummer 22 gestelde voorschriften te verbinden dat partijen de effectrapportage nader aanvullen.

 

Betrokkenheid belanghebbenden

 

15. Voor de beoordeling van de betrokkenheid van cliënten en personeel bij de voorbereiding van de concentratie sluit de NZa aan bij de in de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (hierna: Wmcz) en de Wet op de ondernemingsraden (hierna: WOR) verankerde advies- en instemmingsrechten van cliëntenraden en ondernemingsraden bij voorgenomen concentraties.[2]

 

16. Shi-Nani doet door minder dan 50 personen zorg verlenen in de zin van de Wmg en valt daarom niet onder de reikwijdte van artikel 49a Wmg. Om die reden is de betrokkenheid van cliënten en personeel van Shi-Nani door de NZa niet beoordeeld.

 

17. De volledige cliëntenraad van MOB is nog niet geïnformeerd over de voorgenomen concentratie.

 

18. De ondernemingsraad van MOB is geïnformeerd over de voorgenomen concentratie. De ondernemingsraad heeft een adviesaanvraag ontvangen, maar door de tijdsdruk is hij niet in de gelegenheid geweest om tot een formeel advies te komen.
 

Andere stakeholders

 

19. Naast het personeel hebben partijen aangegeven dat zij met andere betrokkenen, waaronder de betrokken zorgverzekeraars, in contact zijn geweest over de voorgenomen concentratie.

 

Continuïteit cruciale zorg

 

20. MOB en Shi-Nani bieden zorg aan op grond van de Wet langdurige zorg. Uit de overlegde gegevens volgt dat de continuïteit van bij algemene maatregel van bestuur aangewezen vormen van zorg als bedoeld in artikel 56a, eerste lid, Wmg niet in gevaar komt.

 

 

C. Voorschriften

 

21. Gezien de spoedeisendheid van de besluitvorming omtrent het ontheffingsverzoek heeft de NZa geen diepgaand onderzoek kunnen doen naar de voorgenomen concentratie.

 

22. Gezien het beschrevene in de randnummers 14, 17 en 18 acht de NZa het wenselijk om voorschriften te verbinden aan de ontheffing om te borgen dat voldoende inzicht wordt gegeven in de verwachte effecten van de beoogde concentratie en dat cliënten en personeel op een zorgvuldige wijze zijn en zullen worden betrokken bij de verdere voorbereiding en uitvoering van de voorgenomen concentratie. In onderhavige aanvraag worden derhalve de volgende voorschriften verbonden aan de goedkeuring van de voorgenomen concentratie:

 

o   Nadat de cliëntenraad van MOB een adviesaanvraag heeft ontvangen en een advies heeft uitgebracht, zal MOB de adviesaanvraag en het advies onverwijld aan de NZa doen toekomen. Tevens zal MOB aangeven op welke wijze het advies van de cliëntenraad zal worden meegenomen in de verdere besluitvorming met betrekking tot, en de implementatie van, de concentratie.

o   Nadat de ondernemingsraad van MOB een advies heeft uitgebracht zal MOB dit advies onverwijld aan de NZa doen toekomen. Tevens zal MOB aangeven op welke wijze de adviezen zullen worden meegenomen in de verdere besluitvorming met betrekking tot, en de implementatie van, de concentratie.

o   De effectrapportage dient nader aangevuld te worden en in het bijzonder een analyse naar de kwaliteit en doelmatigheid van de zorgverlening en bedrijfsvoering van Shi-Nani te vermelden en in te gaan op de wijze waarop eventuele tekortkomingen hierin op orde worden gebracht. Daarnaast dient er een geconsolideerde meerjarenprognose, inclusief de overname van de activiteiten van Shi-Nani, voor de komende vijf jaren aangeleverd te worden.

 

 

Conclusie

 

23. Gelet op het bovenstaande concludeert de NZa dat er in de onderhavige zaak sprake is van een spoedeisend geval zoals bedoeld in artikel 49d, eerste lid, Wmg, waarbij zij het redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden. Het verzoek om ontheffing zal derhalve worden toegewezen.

 

 

Datum: 6 maart 2020

 

Nederlandse Zorgautoriteit,

 

 

 

 

mw. mr. drs. K. Raaijmakers
directeur Toezicht en Handhaving

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Indien u het niet eens bent met dit besluit, dan kunt u binnen zes weken na verzending/bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Nederlandse Zorgautoriteit. U kunt uw bezwaar indienen: per post of per fax. Het is niet mogelijk uw bezwaar via de e-mail in te dienen.

 

Adres:    Nederlandse Zorgautoriteit
               t.a.v. unit Juridische Zaken
               Postbus 3017
               3502 GA  UTRECHT
               (In de linkerbovenhoek van de envelop vermeldt u: Bezwaarschrift)
Fax:        030 – 296 82 96

 

Het bezwaar dient volgens artikel 6:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht schriftelijk en ondertekend te worden ingediend en dient ten minste de volgende gegevens te bevatten:
-  naam en adres van de indiener;
-  de dagtekening;
-  een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt;
-  de gronden (onderbouwing) van het bezwaar.

 

Wij verzoeken u een kopie van dit besluit bij te voegen.

 

 

[1] Insolventienummer F.13/20/42, kenmerk 13.ams.20.42.F.1300.1.20, te raadplegen via insolventies.rechtspraak.nl.

[2] Zie, onder andere, Kamerstukken II, 2011-2012, 33 253, nr. 3, p. 12; Kamerstukken II, 2012-2013, 33 253, nr. 6. p. 13; Kamerstukken I, 2012-2013, 33 253, C, p. 15-17.

Naar boven