Aanvraag tot goedkeuring van een concentratie
-
Op 15 oktober 2018 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een aanvraag ontvangen in de zin van artikel 49a van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) voor het verkrijgen van goedkeuring van een voorgenomen concentratie (hierna: de aanvraag).
Partijen
-
NL Healthcare B.V. is (hierna: NL Healthcare), via kleindochteronderneming, Mentaal Beter Cure B.V. (hierna: Mentaal Beter) actief op het gebied van ambulante curatieve geestelijke gezondheidszorg in de Betuwe, de Flevopolder, het Gooi, het Groene Hart, Haaglanden, Kennemerland, Midden-Nederland, Nijmegen, Noord-Nederland, Rijnmond, Tilburg en Zuid-West Brabant.
-
Van Rhoon Psychologen (hierna: VRP) is actief op het gebied van ambulante curatieve geestelijke gezondheidszorg in Zwijndrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Dordrecht, Ridderkerk en de Alblasserwaard.
Het voornemen
-
Het voornemen betreft de overname van de activiteiten van VRP door Mentaal Beter. Het voornemen is vastgelegd in een door partijen ondertekende intentieverklaring van 17 januari 2018 en een door partijen ondertekende koopovereenkomst van 5 september 2018.
Toepasselijkheid van de zorgspecifieke concentratietoets
-
Betrokken organisaties zijn Mentaal Beter en de onderneming van VRP.
-
Betrokken organisaties kwalificeren als zorgaanbieder in de zin van artikel 1, onderdeel c, onder 1 van de Wmg.
-
Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens over het aantal personen dat werkzaam is binnen de betrokken organisaties blijkt dat de voorgenomen concentratie binnen de werkingssfeer van het in artikelen 49a t/m 49d van de Wmg geregelde zorgspecifieke concentratietoezicht valt.
-
Het voornemen leidt tot het tot stand brengen van een concentratie in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, Mw. De hierboven onder punt 4 omschreven transactie leidt er namelijk toe dat Mentaal Beter uitsluitende zeggenschap verkrijgt over de onderneming van VRP.
Beoordeling
-
Bij de beoordeling van de aanvraag tot goedkeuring van de voorgenomen concentratie hanteert de NZa de wettelijke criteria van artikel 49c lid 2 Wmg.
A. Inzicht in de verwachte effecten van de concentratie
-
De bij de aanvraag ter beschikking gestelde effectrapportage biedt voldoende inzicht in de verwachte effecten van de beoogde concentratie, zoals opgesomd in artikel 49b, tweede lid, Wmg.
B. Betrokkenheid belanghebbenden
-
Voor de beoordeling van de betrokkenheid van cliënten en personeel bij de voorbereiding van de concentratie sluit de NZa aan bij de in de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (hierna: Wmcz) en de Wet op de ondernemingsraden (hierna: WOR) verankerde advies- en instemmingsrechten van cliëntenraden en ondernemingsraden bij voorgenomen concentraties.[1]
-
VRP doet door minder dan 50 personen zorg verlenen in de zin van de Wmg en valt daarom niet onder de reikwijdte van artikel 49a Wmg. Om die reden is de betrokkenheid van cliënten en personeel van VRP door de NZa niet beoordeeld.
Cliënten
-
Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens blijkt dat door Mentaal Beter op dit moment geen cliëntenraad in de zin van de Wmcz is ingesteld, maar dat zij wel al haar cliënten over de voorgenomen concentratie heeft geïnformeerd en de mogelijkheid heeft gegeven hierop te reageren. Mentaal beter heeft in het aanvraagformulier aangegeven geen reacties te hebben ontvangen van cliënten.
Personeel en andere stakeholders
-
Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens blijkt dat personeel van Mentaal Beter en andere betrokkenen door Mentaal Beter op een zorgvuldige wijze zijn betrokken bij de voorbereiding van de concentratie. Zij zijn tijdig en op begrijpelijke wijze op de hoogte gebracht van de inhoud van de concentratieplannen en de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar konden worden gemaakt.
-
Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens blijkt dat het oordeel en de aanbevelingen van personeel van Mentaal Beter en andere betrokkenen door Mentaal Beter overtuigend en beargumenteerd zijn meegewogen in de besluitvorming tot concentratie.
C. Cruciale zorg
-
Door betrokken organisaties wordt geen cruciale zorg aangeboden in de zin van artikel 49c, tweede lid, onder c, Wmg.
Besluit
-
De NZa heeft vastgesteld dat partijen hebben voldaan aan de vereisten zoals opgenomen in artikel 49c Wmg. De NZa verleent goedkeuring aan het tot stand brengen van de concentratie waarop de aanvraag betrekking heeft.
Datum: 31 oktober 2018
Nederlandse Zorgautoriteit,
drs. K. Raaijmakers
directeur Toezicht en Handhaving
Indien u het niet eens bent met dit besluit, dan kunt u binnen zes weken na verzending/bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Nederlandse Zorgautoriteit. U kunt uw bezwaar indienen: per post of per fax. Het is niet mogelijk uw bezwaar via de e-mail in te dienen.
Adres: Nederlandse Zorgautoriteit
t.a.v. unit Juridische Zaken
Postbus 3017
3502 GA UTRECHT
(In de linkerbovenhoek van de envelop vermeldt u: Bezwaarschrift)
Fax: 030 – 296 82 96
Het bezwaar dient volgens artikel 6:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht schriftelijk en ondertekend te worden ingediend en dient ten minste de volgende gegevens te bevatten:
-
naam en adres van de indiener;
-
de dagtekening;
-
een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt;
-
de gronden (onderbouwing) van het bezwaar.
Wij verzoeken u een kopie van dit besluit bij te voegen.
[1] Zie, onder andere, Kamerstukken II, 2011-2012, 33 253, nr. 3, p. 12; Kamerstukken II, 2012-2013, 33 253, nr. 6. p. 13; Kamerstukken I, 2012-2013, 33 253, C, p. 15-17.
Versie informatie document
Publicatie op Nederlandse Zorgautoriteit:
Huidige versie: 1
Datum beschikbaarheid huidige versie: 05-12-2018 (vanaf dit moment beschikbaar op Nederlandse Zorgautoriteit)
Datum document:
Ondertekeningsdatum: 31-10-2018
Publicatiedatum: 05-12-2018