Ingangsdatum:
22-10-1992
Geldig tot en
met:
31-10-2004
1. Bij
de aanvraag tot inschrijving van een zeeschip in het
rompbevrachtingsregister verschaft de rompbevrachter de volgende
gegevens:
a. een recent authentiek
afschrift van de teboekstelling van het zeeschip buiten Nederland;
b. een recent afschrift van de
inschrijving in het handelsregister van de vestiging van de
rompbevrachter in Nederland van waaruit hij het schip zal exploiteren;
c. een authentiek afschrift van de
geldende statuten van de rompbevrachter indien deze rechtspersoon is, of
van de akte van het aangaan van een vennootschap of een rederij indien
de rompbevrachter een niet rechtspersoonlijkheid bezittende vennootschap
of een rederij is, alsmede een opgave van een notaris betreffende de
namen, adressen en nationaliteit van de bestuurders, onderscheidenlijk
van de hoofdelijk aansprakelijke vennoten of van de leden van de
rompbevrachter, dan wel indien de rompbevrachter een natuurlijk persoon
is, een notariële opgave omtrent de naam, het adres en de nationaliteit
van de rompbevrachter;
d. indien de
rompbevrachter een rechtspersoon is met een in aandelen op naam verdeeld
kapitaal, waarvan niet alle bestuurders de nationaliteit van een van de
Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen of een van de overige Staten
die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische
Ruimte bezitten, een opgave van een notaris betreffende de namen,
adressen en nationaliteit van de aandeelhouders van de rompbevrachter;
e. een in de Nederlandse of Engelse
taal gestelde schriftelijke verklaring van de rompvervrachter en de
rompbevrachter, dat de eerstgenoemde zich verbonden heeft om het in deze
verklaring omschreven zeeschip voor de daarin vermelde tijdsduur ter
beschikking te stellen van de laatstgenoemde, zonder daarover nog enige
zeggenschap te houden, en dat de laatstgenoemde het schip zal
exploiteren;
f. een in de Nederlandse of
Engelse taal gestelde schriftelijke verklaring van de eigenaar van het
zeeschip, alsmede van de rompvervrachter - indien deze een ander is dan
de eigenaar -, dat deze instemmen met het verlenen van de hoedanigheid
van Nederlands schip aan het betrokken zeeschip;
g. een schriftelijke verklaring van de
rompbevrachter waaruit blijkt dat hij de verantwoordelijkheid voor het
schip en zijn opvarenden aanvaardt die voortvloeit uit de hoedanigheid
van Nederlands schip, en dat het beheer over het schip door hem of door
een of meer in deze verklaring genoemde anderen namens hem geheel of in
hoofdzaak in Nederland wordt gevoerd;
h.
de door de Scheepsmetingsdienst afgegeven meetbrief.
2. Voorts toont de
rompbevrachter ten genoegen van Onze Minister aan, dat het schip niet
gerechtigd is de vlag te voeren van de staat waar het schip buiten
Nederland teboekstaat, zolang het schip in Nederland in het
rompbevrachtingsregister is ingeschreven.
3. Onze Minister kan een
verklaring omtrent de echtheid van het in het eerste lid, onder a,
genoemde afschrift verlangen. Hij kan tevens een vertaling van het
afschrift door een beëdigd vertaler in de Nederlandse of Engelse taal
verlangen.
4. Onze Minister kan
voor de in het eerste lid, onder e, f en g, genoemde verklaringen nadere
voorschriften vaststellen. Deze verklaringen dienen vergezeld te gaan
van een door een notaris opgemaakte verklaring omtrent de identiteit en
de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de ondertekenende personen.
5. Onze Minister weigert de
inschrijving dan wel staat deze toe onder voorwaarden, indien de
verkrijging van de hoedanigheid van Nederlands schip niet verenigbaar is
met volkenrechtelijke verplichtingen van het Koninkrijk,
onderscheidenlijk zonder het stellen van voorwaarden niet verenigbaar
zou zijn.
6. Onze Minister kan
aan de inschrijving voorwaarden verbinden teneinde de voldoening van
vorderingen uit de arbeidsovereenkomsten van de kapitein en de andere
leden van de bemanning steeds gedurende ten minste één jaar te
verzekeren.