Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie,
Gelet
op artikel 97, tiende lid, en artikel 174, eerste lid, van het Schepenbesluit 1965;
Maakt bekend:
Artikel
I
Bekendmaking aan de scheepvaart no. 296/1992 komt te luiden:
Artikel 1
Echoloodapparatuur ten behoeve van de navigatie aan boord van een
schip van 500 ton of meer, geïnstalleerd na 1 september 1984, voldoet aan het
bepaalde in de als bijlagen bij deze bekendmaking gevoegde IMO-Resoluties A.224(VII)
en A.694(17).
Artikel 2
Echoloodapparatuur als bedoeld in artikel 1 moet tevens voldoen
aan de eis dat de schaal waarop de weergave van de meting van de diepte onder de
kiel plaatsvindt, in meters moet zijn geijkt.
Artikel 3
1. Echoloodapparatuur ten behoeve van de navigatie aan
boord van een schip van minder dan 500 ton moet voldoen aan artikel 1 en 2 van deze
bekendmaking, met dien verstande dat de eis, gesteld onder 4. in IMO-Resolutie
A.224(VII) niet behoeft te worden toegepast.
2. Van het
gestelde onder 2. en 3. in IMO-Resolutie A.224(VII) mag worden afgeweken, indien
tenminste aan de volgende eisen wordt voldaan:
2.1 onder
normale omstandigheden voor de voortplanting van geluidsgolven in zeewater, moet de
apparatuur alle diepten tussen 2 en 200 meter onder de kiel kunnen meten;
2.2 de apparatuur moet zijn voorzien van twee of meer
bereiken, die elkaar in voldoende mate overlappen; één der bereiken moet het gebied
omvatten van 2 tot ongeveer 100 meter onder de kiel; en
2.3
de schaal waarop de weergave van de meting van de diepte onder de kiel plaatsvindt,
mag niet kleiner zijn dan 0,5 mm per meter diepte voor het diepe bereik, terwijl de
schalen van de overige bereiken hiermee in verhouding moeten zijn uitgevoerd.
Artikel 4
De aanvraag voor een typegoedkeuring van een echolood moet worden
ingediend bij het Hoofd van de Scheepvaartinspectie, vergezeld van de benodigde
tekeningen, schema’s en beproevingsrapporten, alsmede van installatie- en
bedieningsvoorschriften.
Artikel 5
Met de in deze bekendmaking vastgestelde technische normen of
technische eisen worden gelijkgesteld daaraan gelijkwaardige technische normen of
technische eisen, vastgesteld door een andere lid-staat van de Europese Unie dan wel
door een staat die partij is bij de Overeenkomst inzake de Europese Economische
Ruimte.
Artikel 6
Met de in deze bekendmaking geëiste typegoedkeuringen worden
gelijkgesteld daaraan gelijkwaardige typegoedkeuringen, geëist door een andere
lid-staat van de Europese Unie dan wel door een staat die partij is bij de
Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte.
Artikel II
Deze bekendmaking treedt in werking met ingang van de tweede dag
na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze bekendmaking zal met de toelichting in de
Staatscourant, in de Curaçaosche Courant en in de Landscourant van Aruba worden
geplaatst, met uitzondering van de bijlagen bij deze bekendmaking, die in Nederland
ter inzage liggen bij het Directoraat-Generaal Goederenvervoer, Willem Witsenplein 6
te Den Haag en bij de Scheepvaartinspectie, ’s-Gravenweg 665 te Rotterdam.
Van de terinzagelegging van de bijlagen in de Nederlandse Antillen
en in Aruba zal mededeling worden gedaan in de Curaçaosche Courant en in de
Landscourant van Aruba.
Het Hoofd van
Scheepvaartinspectie,
H.G.H. ten Hoopen.
Toelichting
Deze Bekendmaking aan de scheepvaart strekt tot het opnieuw
vaststellen van Bekendmaking aan de scheepvaart no. 296/1992 (Stcrt. 1992, 147). Het
ontwerp van die bekendmaking werd niet genotificeerd overeenkomstig artikel 8,
eerste lid, van richtlijn nr. 83/189/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen
van 28 maart 1983 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en
technische voorschriften (PbEG L 109)*. Om alsnog aan de verplichting tot
notificatie te voldoen is deze bekendmaking in ontwerp aan de Commissie van de
Europese Gemeenschappen genotificeerd (zie ook kamerstukken II 1996/1997, 25 389).
De tekst van de bekendmaking is identiek aan de tekst van de
oorspronkelijke bekendmaking, behoudens het volgende.
In de
artikelen 5 en 6 zijn bepalingen betreffende wederzijdse erkenning van technische
normen en technische eisen, respectievelijk typegoedkeuringen opgenomen.
De ontwerp-bekendmaking is op 18 augustus 1997 gemeld aan de
Commissie van de Europese Gemeenschappen (notificatienr. 97/0631/NL), ter voldoening
aan artikel 8, eerste lid, van de eerdergenoemde richtlijn nr. 83/189/EEG. De
ontwerpbekendmaking is op 7 oktober 1997 gemeld aan het Secretariaat van de Wereld
Handelsorganisatie (notificatienr. G/TBT/Notif.97.622), ter voldoening aan artikel
2, negende lid, van de op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen Overeenkomst
inzake technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235). Een aankondiging van de
ontwerp-bekendmaking is gepubliceerd in Stcrt. 1997, 197.
Deze
notificaties zijn noodzakelijk aangezien de bekendmaking technische voorschriften
bevat in de zin van richtlijn nr. 83/189/EEG, zoals gewijzigd, en als bedoeld in
voornoemde overeenkomst.
Als technische voorschriften kunnen
worden aangewezen de artikelen 1, 2 en 3.
Deze voorschriften, die
zonder onderscheid van toepassing zijn op Nederlandse en ingevoerde
echoloodapparatuur, zijn uit hoofde van een doeltreffende bescherming van de
openbare veiligheid en de gezondheid en het leven van personen noodzakelijk.
Ook zijn zij evenredig aan de met deze voorschriften beoogde
doelen.
Voor zover deze bekendmaking kwantitatieve
invoerbeperkingen of maatregelen van gelijke werking in de zin van artikel 30
EG-Verdrag bevat, zijn deze derhalve gerechtvaardigd ter bescherming van de
bovengenoemde belangen.
In het kader van de notificatie ingevolge
de richtlijn zijn in de artikelen 5 en 6 de bovengenoemde bepalingen betreffende
wederzijdse erkenning opgenomen met het oog op de geharmoniseerde toepassing van
technische voorschriften. De WTO-notificatie heeft niet geleid tot wijziging van de
ontwerp-bekendmaking.
Het Hoofd van de
Scheepvaartinspectie,
H.G.H. ten Hoopen.
* Laatstelijk gewijzigd bij richtlijn nr. 94/10/EG van het Europees Parlement en
de Raad van de Europese Unie van 23 maart 1994 (PbEG L 100).
Een bijgewerkte integrale tekst van de richtlijn is gepubliceerd in PbEG 1997,
C 78.