Artikel
1
Begripsbepalingen
In dit besluit wordt verstaan onder:
bewindspersoon:
de Minister van Defensie of de Staatssecretaris van Defensie;
mandaat:
de bevoegdheid om in naam van een bewindspersoon besluiten te nemen;
volmacht:
de bevoegdheid om in naam van een bewindspersoon privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;
machtiging:
de bevoegdheid om in naam van een bewindspersoon handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.
relaties0relaties0
Artikel
2
Plaatsvervangend directeur
Aan de plaatsvervangend directeur wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend met betrekking tot de aangelegenheden die ingevolge artikel 2 van het Subtaakbesluit DJZ 2016 tot zijn werkterrein behoren.
relaties0relaties0
Artikel
3
Adjunct directeur
Aan de adjunct directeur wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend met betrekking tot de aangelegenheden die ingevolge artikel 2 van het Subtaakbesluit DJZ 2016 tot zijn werkterrein behoren, alsmede voor aangelegenheden voortvloeiende uit de plaatsvervanging van de directeur juridische zaken en de plaatsvervangend directeur juridische zaken bij beider afwezigheid.
relaties0relaties0
Artikel
4
Cluster nationale taken en rechtshandhaving
Aan de coördinator van het cluster nationale taken en rechtshandhaving wordt mandaat verleend met betrekking tot de aangelegenheden die ingevolge artikel 5, onder b, c, en f, van het Subtaakbesluit DJZ Defensie 2016 tot zijn werkterrein behoren.
relaties0relaties0
Artikel
5
Cluster civielrecht
Aan de coördinator en de senior-medewerkers van het cluster civielrecht wordt machtiging verleend met betrekking tot de aangelegenheden die ingevolge artikel 6, onder h, van het Subtaakbesluit DJZ 2016 tot hun werkterrein behoren.
relaties0relaties0
Artikel
6
Cluster bestuurs-, straf- en tuchtrecht
Aan de coördinator en de senior-medewerkers van het cluster bestuurs-, straf- en tuchtrecht wordt machtiging verleend met betrekking tot de aangelegenheden die ingevolge artikel 7, onder f, van het Subtaakbesluit DJZ 2016 tot hun werkterrein behoren.
relaties0relaties0
Artikel
7
Voorleggen aan Directeur Juridische Zaken
De functionaris, bedoeld in de artikelen 2, 3, 4, 5 en 6, maakt geen gebruik van de aan hem verleende bevoegdheden in gevallen waarin de rechtshandeling of andere handeling van een zodanig gewicht is dat deze redelijkerwijs door de Directeur Juridische Zaken dient te worden verricht.
relaties0relaties0
Artikel
9
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 maart 2020.
relaties0relaties0
Artikel
10
Citeertitel
Dit besluit wordt aangehaald als: Ondermandaat, -volmacht en -machtigingsbesluit DJZ 2020.
relaties0relaties0