Hoofdstuk
7
Toezicht, klachtbehandeling en de behandeling van meldingen inzake vermoedens van misstanden
Paragraaf
7.1
Instelling, samenstelling en andere bijzondere bepalingen betreffende de commissie van toezicht
Artikel
97
1. Er is een commissie van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
relaties0
relaties0
Artikel
98
1. De commissie van toezicht bestaat uit vier leden, onder wie de voorzitter. De leden worden benoemd bij koninklijk besluit op voordracht van Onze betrokken Ministers gezamenlijk voor een tijdvak van zes jaar en kunnen eenmaal worden herbenoemd. Drie leden, onder wie de voorzitter, worden benoemd in de afdeling toezicht. De voorzitter van de commissie van toezicht is tevens voorzitter van de afdeling toezicht. Een lid wordt benoemd als lid, tevens voorzitter van de afdeling klachtbehandeling.
relaties0 2. De afdeling klachtbehandeling bestaat, naast de voorzitter, uit ten minste twee andere leden. Zij worden benoemd bij koninklijk besluit op voordracht van Onze betrokken Ministers gezamenlijk voor een tijdvak van zes jaar en kunnen eenmaal worden herbenoemd.
relaties0
relaties0
Artikel
99
1. Voor de benoeming van de leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling wordt door de Tweede Kamer der Staten-Generaal per vacature een voordracht van ten minste drie personen gedaan waaruit Onze betrokken Ministers een keuze maken. Bij haar voordracht slaat de Tweede Kamer zodanig acht als haar dienstig voorkomt op een door de vice-president van de Raad van State, de president van de Hoge Raad der Nederlanden en de Nationale ombudsman gezamenlijk opgemaakte aanbevelingslijst van ten minste drie kandidaten per vacature.
relaties0 2. Onze betrokken Ministers kunnen de Tweede Kamer verzoeken een nieuwe voordracht te doen.
relaties0 3. Aan ten minste twee van de drie leden van de afdeling toezicht, onder wie de voorzitter, en aan de leden van de afdeling klachtbehandeling dient door een universiteit dan wel de Open Universiteit waarop de
Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek betrekking heeft, de graad Bachelor op het gebied van het recht en tevens de graad Master op het gebied van het recht te zijn verleend, dan wel dienen zij aan een universiteit dan wel de Open Universiteit waarop de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek betrekking heeft, het doctoraat in de rechtsgeleerdheid of het recht om de titel meester te voeren te hebben verkregen.
relaties0 4. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen graden, verleend door een universiteit, de Open Universiteit of een hogeschool als bedoeld in de
Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, of daaraan gelijkwaardige getuigschriften worden aangewezen die voor de toepasselijkheid van het derde lid gelijk worden gesteld aan de in dat onderdeel bedoelde graad Bachelor op het gebied van het recht.
relaties0 5. Alvorens hun ambt te aanvaarden leggen de leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling in handen van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, af:
a.de eed of verklaring en belofte dat zij tot het verkrijgen van hun benoeming rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of onder welk voorwendsel ook, aan iemand iets hebben gegeven of beloofd, alsmede dat zij om iets in hun ambt te doen of te laten rechtstreeks noch middellijk van iemand enig geschenk of enige belofte hebben aangenomen of zullen aannemen;
relaties0
relaties0 6. De leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling bezitten de Nederlandse nationaliteit.
relaties0 7. De leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling kunnen niet tevens lid zijn van de toetsingscommissie.
relaties0 8. De leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling vervullen geen betrekkingen waarvan de uitoefening ongewenst is met het oog op een goede vervulling van hun functie of op de handhaving van hun onpartijdigheid en onafhankelijkheid of van het vertrouwen daarin.
relaties0 9. De betrekkingen van de leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling worden door de voorzitter openbaar gemaakt.
relaties0
relaties0
Artikel
100
Aan de leden van de commissie van toezicht en de leden van de afdeling klachtbehandeling wordt bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze betrokken Ministers gezamenlijk, ontslag verleend:
b.wanneer de betrokkene uit hoofde van ziekten of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen;
relaties0
d.bij het verlies van Nederlanderschap;
relaties0
e.wanneer betrokkene bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
relaties0
f.wanneer betrokkene ingevolge onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;
relaties0
g.wanneer naar het oordeel van Onze betrokken Ministers gezamenlijk, gehoord de Tweede Kamer der Staten-Generaal, betrokkene door handelen of nalaten ernstig nadeel toebrengt aan het in hem te stellen vertrouwen;
relaties0
h.met ingang van de eerste dag van de maand, volgend op die, waarin betrokkene de leeftijd van zeventig jaar heeft bereikt.
relaties0
relaties0relaties0
Artikel
101
1. Door Onze betrokken Ministers gezamenlijk wordt een lid van de commissie van toezicht en een lid van de afdeling klachtbehandeling op non-actief gesteld, ingeval:
a.hij zich in voorlopige hechtenis bevindt;
relaties0
b.hij bij een nog niet onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
relaties0
c.hij onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld ingevolge een nog niet onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak.
relaties0
relaties0 2. Door Onze betrokken Ministers gezamenlijk kan een lid van de commissie van toezicht en een lid van de afdeling klachtbehandeling op non-actief worden gesteld, indien hij wordt vervolgd wegens een misdrijf of indien er een ander ernstig vermoeden is voor het bestaan van feiten of omstandigheden die tot ontslag, anders dan op gronden vermeld in
artikel 100, onder b en h, zouden kunnen leiden.
relaties0 3. In het geval, bedoeld in het tweede lid, eindigt de non-activiteit na drie maanden. Door Onze betrokken Ministers gezamenlijk kan de non-activiteit telkens met ten hoogste drie maanden worden verlengd. De non-activiteit wordt door Onze betrokken Ministers gezamenlijk beëindigd zodra de grond voor non-activiteit is vervallen.
relaties0
relaties0
Artikel
102
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
103
1. De commissie van toezicht alsmede haar afdelingen worden ondersteund door een secretariaat.
relaties0 2. De tot het secretariaat behorende personen worden bij koninklijk besluit op voordracht van Onze betrokken Ministers gezamenlijk, op aanbeveling van de voorzitter van de commissie benoemd, geschorst en ontslagen.
relaties0 3. Bij koninklijk besluit op voordracht van Onze betrokken Ministers gezamenlijk, kan worden bepaald in welke gevallen de tot het secretariaat behorende personen door de voorzitter van de commissie kunnen worden benoemd, geschorst en ontslagen.
relaties0
relaties0
Artikel
104
Op de leden van de commissie van toezicht, de leden van de afdeling klachtbehandeling alsmede de tot het secretariaat behorende personen is artikel 14, eerste en tweede lid, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de ontheffing, bedoeld in het tweede lid, wordt verleend door Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken.
relaties0relaties0
Artikel
105
De voorzitters van de afdelingen van de commissie van toezicht regelen de werkzaamheden van de afdelingen. De regelingen worden in de Staatscourant bekendgemaakt.
relaties0relaties0
Artikel
106
De vergaderingen van de commissie van toezicht en haar afdelingen zijn niet openbaar.
relaties0relaties0 relaties0
Paragraaf
7.2
De taakuitvoering door de commissie van toezicht
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Paragraaf
7.3
Verslaglegging door de commissie van toezicht
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Paragraaf
7.4
Overige bepalingen met betrekking tot de commissie van toezicht
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
relaties0
Hoofdstuk
10
Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Artikel
143
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
144
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
145
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
146
[Red: Wijzigt de Telecommunicatiewet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
147
[Red: Wijzigt de Aanpassingswet invoering bachelor-masterstructuur.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
148
[Red: Wijzigt de Algemene wet bestuursrecht.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
149
[Red: Wijzigt de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
150
[Red: Wijzigt de Wet politiegegevens.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
151
[Red: Wijzigt het Wetboek van Strafrecht.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
152
[Red: Wijzigt de Ambtenarenwet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
153
[Red: Wijzigt de Vreemdelingenwet 2000.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
154
[Red: Wijzigt de Wet bescherming persoonsgegevens.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
155
[Red: Wijzigt de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
156
[Red: Wijzigt de Wet Huis voor klokkenluiders.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
157
[Red: Wijzigt deze wet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
158
[Red: Wijzigt de Wet open overheid (Kst. 33328).]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
159
[Red: Wijzigt deze wet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
160
[Red: Wijzigt deze wet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
161
[Red: Wijzigt deze wet.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
162
[Red: Wijzigt de Comptabiliteitswet 2016.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
163
[Red: Wijzigt de Wet gegevensverwerking en meldplicht cybersecurity.]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
164
[Red: Wijzigt de Wijzigingswet Telecommunicatiewet, enz.(aanpassing bewaarplicht telecommunicatiegegevens)(Kst. 34537).]
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
165
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
166
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
167
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
168
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
169
[Red: Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden]
Artikel
170
Zij die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet lid zijn van de commissie van toezicht, blijven voor de resterende duur van hun benoemingsperiode lid van de commissie van toezicht. Een van de leden, anders dan de voorzitter, wordt door de commissie aangewezen als voorzitter van de afdeling klachtbehandeling.
relaties0relaties0
Artikel
171
2. Voor de bekendmaking van deze wet stelt Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, de nummering van de artikelen, paragrafen en hoofdstukken van deze wet opnieuw vast, brengt hij de in deze wet voorkomende aanhalingen van artikelen, paragrafen en hoofdstukken daarmee in overeenstemming en vervangt hij de in deze wet voorkomende aanduiding «20..» door het jaartal van het Staatsblad waarin deze wet zal worden geplaatst.
relaties0
relaties0
Artikel
172
Deze wet wordt aangehaald als: Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten met vermelding van het jaartal van het Staatsblad waarin zij zal worden geplaatst.
relaties0relaties0 relaties0