Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2420/GB, 11 november 2009, beroep
Uitspraakdatum:11-11-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/2420/GB

Betreft: [klager] datum: 11 november 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 24 augustus 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de Gevangenis Lelystad niet ontvankelijk verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 30 oktober 2009 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring van locatie Over Amstel te Amsterdam. Op 8 juli 2009 is hij geplaatst in de Gevangenis Lelystad, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft zijn bezwaarschrift binnen de daarvoor geldende termijn ingediend. Klagers eerste bezwaarschrift is niet aangekomen. De selectiefunctionaris heeft aangegeven dat niet te achterhalen is wanneer de beslissing klager heeft bereikt. Hiermee
geeft de selectiefunctionaris aan dat klager ook na de gestelde termijn de beslissing had kunnen ontvangen en dat dus ten tijde van zijn overplaatsing op 8 juli 2009 die termijn reeds lang verstreken was. Klager stelt dat er geen bewijs is voor het
niet
ontvankelijk verklaren van zijn bezwaar. Klager verzoekt te worden geselecteerd voor een andere inrichting.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Overschrijding van de daarvoor vastgestelde termijnen gaf aanleiding tot het niet-ontvankelijk verklaren van het bezwaar. Klager werd op 25 juni 2009 geselecteerd voor de Gevangenis Lelystad. Helaas valt niet te achterhalen op welke datum de beslissing
aan klager werd uitgereikt. Echter de daadwerkelijke overplaatsing vond plaats op 8 juli 2009. Hiermee was klager op de hoogte van de overplaatsing. De termijn waarbinnen bezwaar kon worden ingediend was inmiddels verstreken. Op 24 en 28 juli 2009 werd
door de selecteur na tussenkomst van de Commissie van Toezicht vanuit de Gevangenis Lelystad het bezwaar van klager ontvangen. Gelet op de dagtekening op een van de bezwaren in relatie tot het moment waarop de besluitvorming tot stand is gekomen duidt
dit op een overschrijding van de vastgestelde termijn waarbinnen bezwaar mogelijk was.

4. De beoordeling
4.1. De Gevangenis Lelystad is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Artikel 17, tweede lid, juncto artikel 61, vijfde lid, van de Pbw bepaalt dat het bezwaarschrift uiterlijk op de zevende dag na die waarop de gedetineerde kennis heeft gekregen van de beslissing waartegen het bezwaar zich richt wordt ingediend.
Een na afloop van deze termijn ingediend bezwaarschrift is niettemin ontvankelijk, indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de gedetineerde in verzuim is geweest.

4.4. De selectiefunctionaris heeft op 24 juli 2009 en 28 juli 2009 na tussenkomst van de Commissie van Toezicht Lelystad twee bezwaren ontvangen van klager. Klager stelt binnen de gestelde termijn al een bezwaar te hebben ingediend. Omdat hij hier
geen reactie op ontving heeft hij alsnog de twee genoemde bezwaren ingediend. Het gestelde eerste bezwaar ontbreekt bij de stukken. Zoals de selectiefunctionaris aangeeft, is het onduidelijk wanneer klager de overplaatsingsbeslissing heeft ontvangen.
In
dit geval, dat erdoor wordt gekenmerkt dat klager op het moment dat hij bezwaar maakte reeds was overgeplaatst maar onduidelijk is of hem toen de overplaatsingsbeslissing - waarop staat aangegeven op welke wijze bezwaar kan worden gemaakt - was
uitgereikt, moet worden aangenomen dat klager tijdig bezwaar heeft ingediend. De bestreden beslissing moet daarom worden vernietigd. De zaak wordt teruggewezen naar de selectiefunctionaris opdat deze op de inhoud van het bezwaar zoals dat in ieder
geval
kenbaar is uit de op 24 en 28 juli 2009 door de selectiefunctionaris ontvangen bezwaarschriften, zal beslissen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff, secretaris, op 11 november 2009

secretaris voorzitter

Naar boven