Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/26660/GA, 3 februari 2023, beroep
Uitspraakdatum:03-02-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

 

Nummer          22/26660/GA    

           

Betreft [klager]

Datum 3 februari 2023

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

 

[klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld tegen de beslissing van 19 januari 2022 tot overname van de maatregelen die hem zijn opgelegd vanwege zijn status als gedetineerde met een vlucht /maatschappelijk risico (GVM-maatregelen).

De beklagcommissie bij de Penitentiaire Inrichtingen (PI) Almelo heeft op 23 maart 2022 het beklag ongegrond verklaard (KA-2022-26). De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.

Klagers raadsman, mr. M.C.J. Heinen, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en […], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de PI Almelo, gehoord op de digitale zitting van 5 september 2022.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Klager is ontvankelijk in het beklag. Onderaan de beslissing staat een beklagclausule. Dat schept het gerechtvaardigd vertrouwen dat er een rechtsmiddel openstaat.

Dat de directeur de maatregelen kaal heeft overgenomen uit de PI Arnhem, maakt niet dat er geen nieuwe belangenafweging dient plaats te vinden. Er dient een deugdelijke belangenafweging te worden gemaakt. Naarmate de maatregelen langer duren gaan klagers belangen zwaarder wegen en dient de noodzaak tot voortzetting met voldoende argumenten en relevante feiten en omstandigheden te worden onderbouwd en aannemelijk te worden gemaakt.

Klager is eind december 2021 geselecteerd voor de PI Almelo. Hij heeft 2,5 week gewacht voordat hij werd overgeplaatst. De directeur wist dus dat klager zou komen en had daarom tijd om een belangenafweging te maken. Er was sprake van een verandering ten opzichte van de situatie ten tijde van de beslissing van de PI Arnhem. Klager is immers op 19 januari 2022 veroordeeld. Hij wilde meer mogelijkheden om te bellen. Hij had er groot belang bij om gehoord te worden en met de directeur van de PI Almelo te spreken over de maatregelen.

De beslissing van 9 november 2021 was een maandelijkse toets. Het is klager niet duidelijk waarom de directeur van de PI Almelo als uitgangspunt de maandelijkse toets van november heeft gebruikt en niet die van december of januari.

De directeur van de PI Almelo verwijst naar de beslissing zoals deze door de directeur van de PI Arnhem aan klager is uitgereikt. Die beslissing van 9 november 2021 is gestoeld op de Circulaire Gedetineerden met een vlucht- en/of maatschappelijk risico (hierna: de Circulaire) van 16 juli 2018 en dus niet op de Circulaire van 8 juli 2021. Er wordt namelijk in de beslissing verwezen naar de Circulaire van 2018. Aan klager zijn maatregelen opgelegd uit verschillende categorieën, namelijk ‘hoog’ en ‘verhoogd’. Nu de maatregelen zijn opgelegd op grond van de Circulaire van 2018, geldt dat de maatregelen behorende bij de categorie ‘hoog’ niet aan klager konden en mochten worden opgelegd. De bevoegdheid om naar eigen inzicht toezichtsmaatregelen te selecteren werd in de Circulaire van 2018 niet aan de directeur toegekend.

 

Klager verzoekt om aan hem een tegemoetkoming toe te kennen.

 

Standpunt van de directeur

De directeur kreeg pas een paar dagen voordat klager binnenkwam in de PI Almelo het bericht dat hij zou komen. Toen kwam hij sneller dan verwacht. De directeur heeft overlegd met de directeur van de PI Arnhem en de selectiefunctionaris over klagers toezichtmaatregelen. Op advies van de directeur van de PI Arnhem en de selectiefunctionaris heeft de directeur de maatregelen die in de PI Arnhem op goede gronden zijn opgelegd, overgenomen. Het was niet mogelijk om op de eerste dag een eigen belangenafweging te maken. De directeur kende klager niet en wist niet hoe hij zich zou gedragen. Er is geen sprake van een beslissing van de directeur, dus klager is niet-ontvankelijk in zijn beklag. De rechtsmiddelenclausule zit standaard in de lay-out van de brief. Dat had de directeur moeten verwijderen. De clausule is inmiddels uit de lay-out gehaald.

Klager is niet gehoord, omdat de directeur die dag niet aanwezig was. Daarom heeft klager een uitgebreide brief gekregen. Het afdelingshoofd is met klager in gesprek gegaan en heeft uitgelegd dat de maatregelen werden overgenomen. Daarna is een directielid zo snel mogelijk op een andere dag met klager in gesprek gegaan. Er was geen aanleiding om klager voorafgaand aan het overnemen van de maatregelen te horen, omdat het een voortzetting van maatregelen en geen nieuwe beslissing betreft.

 

3. De beoordeling

Op 19 januari 2022 is klager overgeplaatst vanuit de PI Arnhem naar de PI Almelo. Op diezelfde dag heeft klager een brief gekregen van de directeur waarin staat dat de GVM toezichtmaatregelen zoals die golden in de PI Arnhem ongewijzigd worden overgenomen. De directeur verwijst daarbij naar een maandelijkse toets van 9 november 2021 van de PI Arnhem. De beroepscommissie is van oordeel dat het overnemen van toezichtmaatregelen na een overplaatsing een nieuwe beslissing van de directeur betreft. Daartegen kan worden geklaagd op grond van artikel 60, eerste lid, van de Penitentiaire Beginselenwet.

 

Het gaat om de volgende set GVM-toezichtmaatregelen:

-    Vooraf advies aanvragen over bezoekers aan het Gedetineerden Recherche Informatiepunt (GRIP);

-    Opnemen, afluisteren, vertalen gesprekken bezoek en indien nodig zenden aan het GRIP;

-    Personeel houdt toezicht op belduur;

-    Opnemen, afluisteren en indien nodig vertalen telefoongesprekken;

-    Opgenomen gesprekken indien nodig toezenden aan het GRIP;

-    Inhoudelijke controle, kopiëren en indien nodig toezenden brieven/poststukken aan GRIP;

-    Uitgebreide celinspectie: twee keer per maand;

-    Wekelijkse fouillering;

-    Uitsluitend onder directe begeleiding door de inrichting;

-    Visitatie na bezoek en op indicatie;

-    Geen aanstelling in speciale baantjes;

-    Geen plaatsing in meerpersoonscel;

-    Vervoer BOT/EBV;

-    Bij spoedtransport begeleid door politie.

Daarnaast net als in PI Arnhem ook in PI Almelo 15 belminuten per week. 

 

Naar het oordeel van de beroepscommissie dient de (nieuwe) directeur na overplaatsing van een gedetineerde die op de GVM-lijst staat een eigen belangenafweging te maken ten aanzien van de noodzaak van de eventueel op te leggen toezichtmaatregelen. In dat kader dient hij de gedetineerde ook voorafgaand te horen. De beroepscommissie overweegt daarbij dat het bijvoorbeeld mogelijk is dat toezichtmaatregelen die zien op bekendheid met het gebouw, het personeel en medegedetineerden niet relevant zijn in de nieuwe inrichting. Dit neemt niet weg dat de uitkomst van die belangenafweging kan zijn dat de nieuwe directeur beslist de set GVM toezichtmaatregelen uit de oude inrichting ongewijzigd over te nemen. In dit geval blijkt ook – anders dan ter zitting namens de directeur naar voren is gebracht – uit de tekst van de beslissing van 19 januari 2022 wel degelijk van een eigen belangenafweging nu daarin het volgende is vermeld: “Er is, ook na overleg met de selectiefunctionaris en de PI Arnhem, geen nieuwe informatie beschikbaar die maakt dat ik in de oplegging van de maatregelen een ander besluit neem. (…) Het is niet haalbaar om aan u meer belminuten te geven nu de beperking van de belduur nodig is om het uitluisteren met de beschikbare middelen te laten plaatsvinden.” Nu klager echter niet ten behoeve van en voorafgaand aan die belangenafweging is gehoord, zal de beroepscommissie het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en het beklag alsnog op formele gronden gegrond verklaren.

Bij de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming is van belang dat in dit geval niet aannemelijk is geworden dat de ongewijzigde toezichtmaatregelen niet in redelijkheid konden worden opgelegd. De beroepscommissie neemt daarbij in aanmerking dat, anders dan door en namens klager is gesteld, ten tijde van de beslissing – evenals ten tijde van de maandelijkse toets van 9 november 2021 – reeds de Circulaire van 8 juli 2021 van toepassing was (de geldigheidsduur van de Circulaire is immers vastgesteld van 1 augustus 2021 tot en met 1 augustus 2025). De beroepscommissie zal aan klager daarom een tegemoetkoming toekennen van €17,-.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van €17,-.

 

 

Deze uitspraak is op 3 februari 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. T.B. Trotman, voorzitter,
mr. drs. L.C. Mulder en mr. M.F.A. van Pelt, leden, bijgestaan door mr. A. Laagland, secretaris.

 

 

secretaris        voorzitter

Naar boven