Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/29159/GV, 21 september 2022, beroep
Uitspraakdatum:21-09-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    22/29159/GV
    
            
Betreft    [klager]
Datum    21 september 2022


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

1. De procedure
De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft op 23 augustus 2022 klagers verzoek om strafonderbreking toegewezen voor de duur van drie weken in plaats van de door klager verzochte drie maanden. 

Klagers raadsman, mr. A.S. Sewgobind, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

Bij beslissing van 1 september 2022 heeft verweerder de bovengenoemde beslissing van 23 augustus 2022 aangepast (het woonadres van klagers ouders werd aangewezen als verlofadres) en is aan klager – opnieuw voor de duur van drie weken – strafonderbreking verleend. De beslissing van 23 augustus 2022 is komen te vervallen. De beroepscommissie merkt klagers beroep aan als te zijn gericht tegen de beslissing van 1 september 2022.

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Klagers ouders hebben te kampen met diverse ernstige medische aandoeningen, waardoor zij van zorg afhankelijk zijn. Dit blijkt uit het schrijven van de Gemeente Tilburg en de arts van klagers moeder. Klagers ouders ontvangen hulp in de huishouding van Acteon Thuiszorg, maar op dit moment kan de gevraagde hulp niet geleverd worden. Klager heeft inmiddels diverse afspraken staan bij de huisarts, de revalidatiearts en de thuiszorg om duidelijke afspraken omtrent de revalidatie en benodigde zorg te regelen. Het is niet mogelijk om deze afspraken en start van zorgtrajecten binnen een tijdsbestek van drie weken te regelen. 

Standpunt van verweerder
De medisch adviseur bij de afdeling Individuele Medische Advisering (hierna: de medisch adviseur) acht strafonderbreking op medische gronden geïndiceerd. De gezondheidstoestand van klagers moeder is slecht. Zij is aan huis gebonden en lichamelijk beperkt. Ook klagers vader lijdt aan meerdere gezondheidsproblemen en is rolstoel gebonden. Eind 2021 vond een gedeeltelijk amputatie van zijn rechterbeen plaats. Wat betreft zelfzorg, is hij grotendeels zelfstandig in een aangepaste woonomgeving. Er komt twee uur per week huishoudelijke hulp. De huisarts geeft aan dat het huis vies is. Klager hielp vroeger in het huishouden. De medisch adviseur acht het vanuit medisch oogpunt van belang dat de hygiënische omstandigheden in het huis van klagers ouders verbeteren en ziet daarom een medische grond voor een strafonderbreking van enkele weken, zodat klager het huis schoon kan maken en kan regelen dat er meer ondersteuning komt. 
Het advies van de medisch adviseur is opgevolgd en er is strafonderbreking voor de duur van drie weken verleend. Ten tijde van de bestreden beslissing was er onvoldoende reden om van het advies af te wijken. Wanneer klager meent dat niet volstaan kan worden met een strafonderbreking van drie weken, kan hij bij de inrichting een verzoek tot verlenging van de strafonderbreking indienen. Dat verzoek moet wel met documenten onderbouwd worden en de medisch adviseur zal moeten beoordelen of de verlenging op medische gronden noodzakelijk is. 

3. De beoordeling
Klager is sinds 21 januari 2021 in Nederland gedetineerd. Hij ondergaat een – in België opgelegde – gevangenisstraf van 1825 dagen met aftrek, wegens het plegen van een overval. De einddatum van klagers detentie is momenteel bepaald op 26 februari 2024.

In artikel 34 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (hierna: de Regeling) staat dat strafonderbreking kan worden verleend wegens zodanig bijzondere omstandigheden in de persoonlijke sfeer, dat niet kan worden volstaan met een andere vorm van verlof. Ingevolge artikel 36 van de Regeling kan strafonderbreking worden verleend voor verzorging van een ernstig zieke ouder. Op grond van artikel 35 van de Regeling wordt bij het bepalen van de duur van de strafonderbreking rekening gehouden met de omstandigheden van het geval. De strafonderbreking duurt minimaal twee etmalen en maximaal drie maanden. 

Klager heeft verzocht om strafonderbreking voor de duur van drie maanden, om het huis van zijn ouders schoon te maken en om meer ondersteuning voor hen te regelen. 

Blijkens het advies van de medisch adviseur van 18 juli 2022 bestaat er een medische grond om aan klager een strafonderbreking voor de duur van enkele weken te verlenen. De medisch adviseur heeft niet gespecificeerd hoe lang dit precies moest zijn, maar heeft aangegeven dat het nodig is voor klager om het huis van zijn ouders schoon te maken en om te regelen dat er meer ondersteuning komt. 

Klager stelt dat hij niet genoeg tijd heeft om ondersteuning voor zijn ouders te regelen. Ter ondersteuning wijst hij op een brief van Acteon Thuiszorg van 1 augustus 2022, waaruit volgt dat de vaste huishoudelijke hulp van klagers ouders vanaf week 35 (de week van 1 september 2022) stopt met het leveren van hulp. Aangegeven wordt dat het wegens krapte op de arbeidsmarkt niet lukt een nieuwe vaste medewerker in te zetten. Ook is het niet mogelijk gebleken om een vakantiekracht in te zetten. De wachttijd bedraagt momenteel 4 à 6 weken. 
Uit de overgelegde e-mail vanuit Acteon Thuiszorg volgt voorts dat op 12 september 2022 contact met klager zou worden opgenomen. Blijkens nadere inlichtingen van klager ging die afspraak over de wondverzorging aan het been van klagers vader. Klager kan de wond nu zelf dagelijks spoelen en het doel is om dit been te behouden. Er lijkt een kleine verbetering te ontstaan, maar de thuiszorg is (momenteel) dus niet meer in staat om de wond elke dag te verzorgen, terwijl dit wel noodzakelijk is. 

Uit de nadere inlichtingen van klager volgt voorts dat op 11 oktober 2022 een afspraak gepland staat bij de revalidatiearts en op 19 oktober 2022 bij de internist in het ziekenhuis. Er lijkt geen vervoer naar het ziekenhuis gefaciliteerd te kunnen worden. 

Voor de beroepscommissie blijkt uit het bovenstaande dat klager niet de benodigde hulp voor zijn ouders binnen drie weken kan organiseren. Onder de huidige omstandigheden en bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, is de bestreden beslissing dan ook onredelijk en onbillijk. De beroepscommissie zal het beroep daarom gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen. Zij zal verweerder opdragen terstond een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak. De beroepscommissie ziet geen aanleiding om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen. 

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt verweerder op terstond een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe. 


Deze uitspraak is op 21 september 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. D.W.J. Vinkes, voorzitter, F. van Dekken en mr. S. Djebali, leden, bijgestaan door mr. M. Olde Keizer, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven