Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 21/24063/GB, 19 november 2021, beroep
Uitspraakdatum:19-11-2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          21/24063/GB            

Betreft [Klager]

Datum 19 november 2021

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [Klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft op 7 juni 2021 klager opgeroepen om zich op 9 juli 2021 te melden in de Penitentiaire Inrichting (PI) Nieuwegein, voor het ondergaan van 58 dagen gevangenisstraf. Verweerder heeft klager, in afwachting van het advies van medisch adviseur bij de afdeling Individuele Medische Advisering (hierna: de medisch adviseur), op 8 juli 2021 uitstel verleend. De medisch adviseur heeft klager op 6 oktober 2021 op medische gronden detentiegeschikt geacht.

Verweerder heeft vervolgens op 6 oktober 2021 klager opgeroepen om zich op 26 november 2021 (alsnog) te melden in de PI Nieuwegein.

Klager heeft verzocht om uitstel van zijn melddatum. Verweerder heeft dat verzoek op 27 oktober 2021 afgewezen.

Klagers raadsman, mr. T.H.L. Kneepkens, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

De beroepscommissie heeft klagers raadsman en verweerder in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Klager volgt thans een behandeling/nazorgtraject bij zijn systeemtherapeut. Een eventuele detentie doorkruist het verloop daarvan, zoals volgt uit een in beroep overgelegde brief van de systeemtherapeut. Tevens is in beroep een brief van klager overgelegd, waarin hij zijn bezwaren uit tegen de meldplicht op 26 november 2021. Klager is niet zomaar gestopt met zijn behandeling, maar zijn begeleiding bleek complex te zijn, zoals volgt uit een eveneens in beroep overgelegd verslag van een intake bij een ambulante instelling. Om die reden is aan klager geadviseerd zich aan te melden bij een grotere instelling, waarbij makkelijker kan worden opgeschaald in de behandeling, indien noodzakelijk.

Standpunt van verweerder

Uit het medisch advies volgt dat klager verschillende trajecten en behandelingen heeft ondergaan. De laatste behandeling is in september 2021 afgerond. Gebleken is dat er nog een weg te gaan is en dat klager is aangeraden om een volgend traject te gaan doorlopen. Op dit moment is echter nog geen nieuw traject gestart, welk doorkruist zou worden met de tenuitvoerlegging van de aan klager opgelegde gevangenisstraf. Klager zal op enig moment de gevangenisstraf moeten ondergaan en de uitkomst van een nieuw traject is niet met zekerheid vast te stellen.

 

3. De beoordeling

De procedure voor zelfmelders is geregeld in hoofdstuk 2 van de Regeling tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen en hoofdstuk 2 van de Beleidsregels tenuitvoerlegging strafrechtelijke en administratiefrechtelijke beslissingen 2021.

Klager wil graag uitstel van zijn melddatum, omdat het ondergaan van een detentie de behandeling die klager thans volgt, zou doorkruisen.

De beroepscommissie begrijpt uit de stukken dat klager met de behandeling die hij thans ondergaat, doelt op de behandeling bij de systeemtherapeut. Uit de brief van de systeemtherapeut van 17 juni 2021 blijkt dat klager al enige tijd aldaar in behandeling was. Uit het beroepschrift en uit de door klager in beroep overgelegde brief van een ambulante instelling van 13 oktober 2021 – waar klager een intakegesprek heeft gehad – blijkt dat klager die behandeling in ieder geval toen ook nog volgde.

Klager heeft zowel in het verzoek om uitstel van 18 juni 2021 als in het verzoek om uitstel van 14 oktober 2021 verwezen naar de behandeling bij zijn systeemtherapeut en heeft meermaals gesteld dat het ondergaan van een detentie voornoemde behandeling zou doorkruisen. Niet is gebleken dat verweerder de brief van de systeemtherapeut inhoudelijk heeft betrokken bij de bestreden beslissing, dan wel dat hij een afweging inzake het belang van het (blijven) volgen van die behandeling heeft gemaakt.

Gelet op het voorgaande is de bestreden beslissing onvoldoende gemotiveerd. De beroepscommissie zal het beroep daarom gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen. Zij zal verweerder opdragen een nieuwe beslissing te nemen (al dan niet na tussenkomst van de medisch adviseur) met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Tot die tijd hoeft klager zich dus niet te melden. De beroepscommissie ziet geen aanleiding om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt verweerder op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Deze uitspraak is op 19 november 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. C. Fetter, voorzitter, mr. M.F.A. van Pelt en mr. M.J. Stolwerk, leden, bijgestaan door mr. S.F.J.H. Niederer, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven