Onderwerp: Bezoek-historie

Regeling berging en hulpverlening
Geldigheid:07-04-2015 t/m Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Regeling berging en hulpverlening

Vastst./Wijz datum Bron Nummer Wijz. t.a.v. Inwerkingtr. datum
07-04-15DAOG BS201500748507-04-15

 

1. Doel

Deze regeling heeft als doel het snel en adequaat personele en/of materiele hulpverlening te beiden aan defensiepersoneel dat met een dienstvoertuig binnen Europa met pech of ongeval wordt geconfronteerd. Om deze hulpverleningsmaatregel mogelijk te maken, heeft het Ministerie van Defensie een contract gesloten met civiele hulpverleningsorganisaties.

2. Begripsomschrijvingen

  1. Hulpverleningsorganisatie Onder een hulporganisatie wordt een door Defensie op contractbasis aangewezen civiele organisatie verstaan die op aanwijzing en aansturing van de Landelijke Meldkamer Koninklijke Marechaussee (H-LMK) in staat is de nodige bergings- en hulpverleningswerkzaamheden uit te voeren.
  2. Pech Onder pech wordt het niet meer (met veilige snelheid) verder kunnen en mogen rijden van een voertuig ten gevolge van een mechanisch defect verstaan.
  3. Ongeval Onder een ongeval wordt een verkeersongeval waarbij defensiepersoneel en –materieel is betrokken ten gevolgen waarvan gewonden en/of doden zijn gevallen en/of materiele schade is ontstaan verstaan.
  4. Operatiegebied Onder operatiegebied wordt het gebied waarin de personele en materiele hulpverlening dient te worden verleend verstaan. Dit geldt binnen Europa, waarbij voor Nederland alleen de Waddeneilanden Texel, Terschelling en Ameland worden meegenomen. Indien door het Ministerie van Buitenlandse Zaken een negatief reisadvies is uitgegeven voor een bepaald gebied, zullen de Hulpverlener en de vertegenwoordiger van het Ministerie van Defensie in voorkomend geval met elkaar in overleg treden, teneinde de mogelijkheden tot hulpverlening te bezien.
  5. Krijgsmachtdelen Met krijgsmachtdelen worden in deze regeling het Commando Zeestrijdkrachten, het Commando Landstrijdkrachten, het Commando Luchtstrijdkrachten, de Koninklijke Marechaussee, de Bestuursstaf, het Commando Diensten Centra en de Defensie Materieel Organisatie verstaan.
  6. Landelijke Meldkamer Koninklijke Marechaussee (LMK) Als centraal meldpunt is de LMK aangewezen. De LMK is voor al het defensiepersoneel 24 uur per dag bereikbaar. Het telefoonnummer van de LMK staat vermeld op de instructiekaart “Berging en Hulpverlening” (in het logboek van het voertuig) van de chauffeur alsmede op de voertuigsticker aangebracht op het dashboard van het voertuig.
  7. Voertuigen Wielvoertuigen in gebruik bij het Ministerie van Defensie of die krachtens aanwijzingen van het Ministerie van Defensie voor dienstdoeleinden wordt ingezet.
  8. Defensiepersoneel Personeel in dienst van of voor het Ministerie van Defensie, wat om reden van opgedragen dienstreis verblijft binnen geografisch Europa.

3. Meldkamer Staf Koninklijke Marechaussee

  1. Verantwoordelijkheden 1) H-LMK is te allen tijde verantwoordelijk voor het informeren van en rapporteren aan de betrokken krijgsmachtdelen. 2) H-LMK is verantwoordelijk voor de juiste aansturing van de hulpverleningsorganisatie. 3) H-LMK geeft duidelijk (deel)opdrachten aan de hulpverleningsorganisatie. Aan de hand van mondelinge en/of schriftelijke rapportages controleert H-MSK of de gegeven opdrachten naar behoren zijn uitgevoerd.
  2. Bevoegdheden 1) Binnen Nederland a) Indien er uitsluitend sprake is van materiele hulpverlening (de zogenaamde Wegenwachthulp) is H-LMK bevoegd om, zonder overleg met derden, de hulpverleningsorganisatie opdracht te geven het voertuig te bergen en/of te stallen. Kleine en/of noodreparaties onder het bedrag van €1.250,- en die binnen het uur uit te voeren zijn, dienen door de hulpverleningsorganisatie ter plaatse uitgevoerd te worden. b) In de gevallen genoemd onder punt 3.b.i.1. neemt H-LMK vervolgens contact op met de OPS-room van het betreffende krijgsmachtdeel teneinde: toestemming te verkrijgen de hulpverleningsorganisatie opdracht te geven voor een reparatie boven het bedrag van €1.250,- en/of niet binnen het uur uit te voeren zijn; Vast te stellen wie verantwoordelijk is voor het vervoer van de lading naar de vervolg- of eindbestemming; Vast te stellen wie verantwoordelijk is voor de repatriëring van het voertuig. Indien uit vorenstaand overleg blijkt dat de defensieorganisatie niet in staat is de lading naar de eindbestemming te vervoeren, dan wel zorg te dragen voor repatriëring van het voertuig, is H-LMK bevoegd de hulpverleningsorganisatie hiertoe opdracht te geven, e.e.a. voor zover de noodzaak daarvan uit overleg is gebleken. 2) Buiten Nederland a) Indien er uitsluitend sprake is van materiele hulpverlening is H-LMK bevoegd om, zonder overleg met derden, de hulpverleningsorganisatie opdracht te geven het voertuig te bergen en/of lokaal te stallen. Kleine en/of noodreparaties dienen door de hulpverleningsorganisatie ter plaatse uitgevoerd te worden. b) Wanneer het voertuig ter plaatse niet gerepareerd kan worden, kan de reparatie tot een bedrag van €2.500,- bij een garagebedrijf (dealer) worden uitgevoerd. Voor reparaties met een bedrag hoger dan €2.500,- dient vooraf toestemming gegeven te worden door H-LMK. c) In de gevallen genoemd onder punt 3.b.ii.1. en punt 3.b.ii.2. neemt H-LMK vervolgens contact op met de OPS-room van het betreffende krijgsmachtdeel teneinde: Toestemming te verkrijgen de hulpverleningsorganisatie opdracht te geven voor een reparatie; Vast te stellen wie verantwoordelijk is voor het vervoer van de lading naar de vervolg- of eindbestemming; Vast te stellen wie verantwoordelijk is voor de repatriëring van het voertuig. Indien uit vorenstaand overleg blijkt dat de defensieorganisatie niet in staat is de lading naar de eindbestemming te vervoeren, dan wel zorg te dragen voor repatriëring van het voertuig, is H-LMK bevoegd de hulpverleningsorganisatie hiertoe opdracht te geven, e.e.a. voor zover de noodzaak hiertoe uit overleg is gebleken. d) Indien er sprake is van een letselongeval is H-LMK bevoegd, naast melding aan de OPS-room van het betreffende krijgsmachtdeel, de hulpverleningsorganisatie opdracht te geven: Nadere informatie te verzamelen omtrent het ongeval; De hulpverlening van de slachtoffers ter plaatse te coördineren; Primaire juridische bijstand te verlenen. Na ontvangst van nadere bijzonderheden van de hulpverleningsorganisatie neemt H-LMK vervolgens contact op met de OPS-room van het betreffende krijgsmachtdeel, teneinde vast te stellen wie verantwoordelijk is voor de verdere personele hulpverlening. Indien het betreffende krijgsmachtdeel dit nodig oordeelt, is H-LMK bevoegd hiertoe nadere opdrachten aan de hulpverleningsorganisatie te geven. e) Indien noodzakelijk kan H-LMK, zonder overleg met derden, door tussenkomst van de hulpverleningsorganisatie een tolk inschakelen.

4. Personele hulpverlening (alleen buiten Nederland)

  1. Soorten dienstverlening 1) Opvang personeel Wanneer het voertuig om mechanische reden uitvalt en herstel niet mogelijk blijkt, kan de chauffeur en de passagiers op basis van het Besluit Dienstreizen Defensie (BDD) zelf voor logies zorgdragen. Indien gewenst kan de hulpverleningsorganisatie hierbij ondersteuning bieden. 2) Ernstige ziekte of letsel Wanneer defensiepersoneel tijdens een dienstreis getroffen wordt door ernstige ziekte of dat ze letsel oploopt, kan naast de primaire hulpverlening (lokale autoriteiten) de hulpverleningsorganisatie ingezet worden voor begeleiding/bijstand in het ziekenhuis. 3) Repatriëring In overleg met het betreffende krijgsmachtdeel stelt H-LMK vast op welke wijze de repatriëring van defensiepersoneel zal plaatsvinden. Indien bij de Defensie Verkeers- en Vervoers Organisatie (DVVO) de benodigde capaciteit ontbreekt, kan door H-LMK de hulpverleningsorganisatie worden ingezet. 4) Taalproblemen Bij medische behandelingen en/of politieverhoor kan een tolk noodzakelijk zijn. In voorkomend geval is H-LMK bevoegd om de hulpverleningsorganisatie een tolk in te laten schakelen. 5) Overlijden Wanneer defensiepersoneel ten gevolge van een verkeersongeval overlijdt, zal de DVVO de nodige, aan het vervoer gerelateerde formaliteiten, uitvoeren. 6) Juridische bijstand Bij een (ernstig) ongeval en/of vermoedelijke overtreding van de lokaal geldende verkeersregels, kan juridische bijstand noodzakelijk zijn. Indien dit plaatsvindt gedurende de Nederlandse kantooruren, dan treedt de H-LMK in overleg met de Directie Juridische Zaken (DJZ) van het Ministerie van Defensie. DJZ beoordeelt of juridische bijstand ter plaatse moet worden ingeschakeld. Indien de gebeurtenis plaatsvindt buiten de Nederlandse kantooruren, dan beslist H-LMK of juridische bijstand moet worden ingeschakeld. Indien dit het geval is, neemt H-LMK, zodra daar de gelegenheid toe is, contact op met DJZ. Het gestelde in de “Regeling Melding Verkeers- en Oefenschade Defensie” blijft van kracht.
  2. Ziektekosten In het buitenland kan het voorkomen dat een patiënt voor de medische behandeling die hij/zij heeft ondergaan, direct moet betalen. In voorkomend geval zal de hulpverleningsorganisatie zich garant stellen d.m.v. een voorschotregeling.

5. Materiële hulpverlening

  1. Soorten materiële hulpverlening 1) Pech In geval van pech kan telefonisch contact worden opgenomen met de LMK. Voorts bestaat de mogelijkheid in Nederland, indien men zich bevindt op een auto(snel)weg, om Wegenwachtsteun te verzoeken d.m.v. de praatpalen langs de weg. 2) Bergingssteun In geval van schade en/of bij een niet te repareren mankement waardoor een voertuig niet meer (met veilige snelheid) verder kan rijden, dient contact te worden opgenomen met de LMK. Door zorg van H-LMK zal een hulpverleningsorganisatie opdracht geven het voertuig te bergen. 3) Afvoer Het afvoeren van voertuigen naar een locatie om deze te stallen of te laten repareren. 4) Transport naar Nederland H-LMK zal in overleg met het betreffende krijgsmachtdeel en eventueel met de DVVO vaststellen op welke wijze het transport van het voertuig naar Nederland wordt geregeld. Bij onvoldoende vervoerscapaciteit, kan H-LMK de hulpverleningsorganisatie voor het transport naar Nederland inzetten. 5) Stalling Om te voorkomen dat (delen van) het voertuig en/of lading worden ontvreemd, kan in afwachting van verder transport naar Nederland, het voertuig tijdelijk worden gestald bij een geschikte locatie (garage, dealer, politie of een militair complex). 6) Tijdstip van hulpverlening In principe dient de hulpverleningsorganisatie binnen één uur na ontvangst van de opdracht met de berging en hulpverlening te zijn begonnen. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de lokale infrastructuur. 7) Verzenden onderdelen naar buitenland Indien het Ministerie van Defensie dit wenst, worden kleine (specifiek militaire) onderdelen door zorg van de hulpverleningsorganisatie binnen 24 uur na de ontvangst van het onderdeel nagezonden om zodoende het voertuig weer inzetbaar te kunnen maken. 8) Kleine reparaties Kleine reparaties en noodreparaties kunnen (na opdracht H-LMK) door de hulpverleningsorganisatie (wegenwachtfunctie) ter plaatse te worden uitgevoerd. 9) Grotere reparaties Grotere reparaties kunnen in opdracht van de hulpverleningsorganisatie (na opdracht H-LMK) door een lokale dealer/garage worden uitgevoerd.
  2. Uitsluiting Voertuigen waarvoor een lease- of onderhoudscontract is afgesloten, alsmede voertuigen die behoren tot het Extern Wagenparkbeheer zijn uitgesloten van de materiële hulpverlening in de vorm van “kleine herstellingen ter plaatse”. In voorkomend geval dient men gebruik te maken van het in het voertuigboekje aanwezige telefoonnummer. Dit nummer kan eventueel worden gewaarschuwd via de LMK. Het afvoeren van deze voertuigen dient te geschieden naar een locatie dat wordt aangegeven door de gebelde alarmcentrale. Daarnaast zijn de voertuigen die deel uit maken van een organiek verband d.w.z. oefening en verplaatsing van organieke eenheden uitgesloten van deze regeling.
  3. Voertuiggegevens Zowel de hulpverleningsorganisatie als de LMK zijn in het bezit van een actueel overzicht van de typen wielvoertuigen (maten en gewichten) die bij Defensie in gebruik zijn. Hierdoor is het voor de hulpverlener mogelijk het juiste bergingsmiddel (capaciteit) in te zetten. H-LMK geeft de hulpverleningsorganisatie hiertoe de nodige aanwijzingen.
  4. Lading Afhankelijk van de aard van de lading en de oorspronkelijke bestemming daarvan, kan deze, indien noodzakelijk, worden overgeladen. In alle gevallen dient hiertoe overleg plaats te vinden tussen H-LMK en het betreffende krijgsmachtdeel. In dit overleg dient te worden vastgesteld wie zorg draagt voor het transport van de lading naar de eindbestemming. Bij het ontbreken van de nodige capaciteit kan H-LMK de hulpverleningsorganisatie inzetten.

6. Algemene bepalingen

  1. Verbodsbepaling Het is defensiepersoneel nadrukkelijk niet toegestaan om in geval van personele dan wel materiële hulpverlening, zoals bedoeld in deze regeling, uitgezonderd de zogenaamde Wegenwachthulp, hierover rechtstreeks contact op te nemen met de hulpverleningsorganisatie. Indien van deze bepaling wordt afgeweken zullen door de hulpverleningsorganisatie gemaakte kosten op de verzoeker worden verhaald.
  2. Evaluatie Deze regeling wordt door het Comité Verplaatsingsaangelegenheden Defensie geëvalueerd.
  3. Klachten Klachten over de hulpverleningsorganisatie dienen schriftelijk te worden aangeleverd aan H-LMK. D.z.v. H-LMK zullen deze worden voorgelegd aan de contract afsluitende partij binnen Defensie, waarna deze worden geëvalueerd met de hulpverleningsorganisatie.
  4. Kosten De kosten die verbonden zijn aan de berging en/of hulpverlening zullen door de hulpverleningsorganisatie in rekening worden gebracht. De rekening wordt gestuurd naar het FABK. Het FABK zal de gemaakte kosten voor berging en/of hulpverlening ten behoeve van het betreffende krijgsmachtdeel conform vigerende richtlijnen verrekenen. De controle op de rekeningen worden steekproefsgewijs of indien een Proces Verbaal benodigd is, uitgevoerd worden door zorg van District Landelijke en Buitenlandse Eenheden van de Koninklijke Marechaussee (KMAR-DLBE).

7. Bereikbaarheid

RessortTelefoon- en faxnummer
Landelijke Meldkamer Koninklijke Marechaussee (alarmnummer)Alarmnr: 0800-1814
Ministerie van Defensie Directie Juridische ZakenTel: 070-3186767 MDTN: *06-501-86767 Fax: 070-3186575
Transport Plan Cel Officier van Dienst (buiten kantooruren)Tel: 0577-465277 MDTN: *06-530-65277 Mob: 06-83642844
Stafofficier van Dienst CZSKTel: 0223-5658220
CLAS OVD Betreffende brigade
OPS room CLSK Tel: 076-5447777 MDTN: *06-450-47777 Fax: 076-5447785/5447736 Email: clsk.opcen.desk@mindef.nl
DOC DSTel: 070-3188550 MDTN: *06-501-88550
Naar boven