Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-96, 6 augustus 2018, beroep
Uitspraakdatum:06-08-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         R-96

Betreft:            [klager]            datum: 6 augustus 2018

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van,

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 16 januari 2018 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen van het huis van bewaring (h.v.b.) van de penitentiaire inrichting (p.i.) Groot Alphen te Alphen aan den Rijn naar de gevangenis van de p.i. Zwaag ongegrond verklaard.

2.         De feiten

2.1.      Klager verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. van de p.i. Groot Alphen. Op 11 december 2017 is hij geselecteerd voor de gevangenis van de p.i. Zwaag.

3.         De standpunten

3.1.      Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.

In de bezwaarprocedure zijn gegronde redenen aangevoerd om tot een gegrondverklaring van het bezwaar te komen. De aangevoerde omstandigheden met betrekking tot het bezoek hadden tot een andere beslissing moeten leiden. Plaatsing in een andere inrichting scheelt voor hen aanzienlijk in reistijd. De opleidingsmogelijkheden in de p.i. Zwaag sluiten voorts niet aan bij de lasopleiding die hij heeft gedaan in de p.i. Groot Alphen. 

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.

Klager is conform artikel 25, zevende lid, van de Regeling selectie plaatsing en overplaatsing geplaatst in het arrondissement van vestiging, dan wel in een aanpalend arrondissement. De p.i. Zwaag ligt in het arrondissement alwaar klager is veroordeeld en in de regio van zijn voorkeur.

Klager heeft voorts de bezoekproblemen met betrekking tot de handicap van zijn ouders onvoldoende onderbouwd door een schrijven van een arts of een medicus. Daarnaast is er geen beleid dat bij een reisafstand van meer dan een uur reistijd wordt overgegaan tot overplaatsing in een p.i. nabij de woonplaats van de bezoekers. Over de lasopleiding is contact opgenomen met de casemanager van klager. Zij heeft medegedeeld dat p.i. Zwaag (nog) geen gecertifieerde opleiding heeft. De locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard heeft wel een dergelijke opleiding en daarom wordt geadviseerd een overplaatsingsverzoek in te dienen.

4.         De beoordeling

4.1.      Klager is, na veroordeling in eerste aanleg, overgeplaatst van het h.v.b. van de p.i. Alphen aan den Rijn naar de gevangenis van de p.i. Zwaag, terwijl hij overgeplaatst had willen worden naar de gevangenis van de locatie Zuyder Bos worden, nu daar een (gecertificeerde) lasopleiding wordt aangeboden. Het al dan niet aangeboden worden van opleidingen is echter in beginsel geen selectiecriterium.

4.2.      Klager is voorts conform artikel 25, zevende lid, van de Regeling selectie plaatsing en overplaatsing geplaatst in het arrondissement van vestiging, te weten Noord-Holland.

4.3.      Voor zover klager zijn bezwaar en beroep mede heeft gegrond op bezoekproblemen, heeft klager die onvoldoende feitelijk onderbouwd. Bovendien blijkt uit de door de selectiefunctionaris overgelegde stukken dat klager niet verstoken blijft van bezoek van onder andere zijn ouders.

4.4.      De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt en het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, J.G.A. van den Brand en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Smeijers, secretaris, op 6 augustus 2018.

 

 

           

 

                  secretaris   voorzitter

 

Naar boven