Onderwerp: Bezoek-historie

Prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten - BR/REG-17137f
Publicatiedatum:13-07-2017Geldigheid:01-01-2017 t/m 31-12-2017Versie:vergelijk Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking tot het uitoefenen van de bevoegdheid om tarieven en prestatiebeschrijvingen vast te stellen.

1. Reikwijdte

Deze beleidsregel is van toepassing op de zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Wet langdurige zorg (Wlz) die wordt geleverd door zorgaanbieders die op grond van de Wet toelating zorginstellingen zijn toegelaten voor één of meer van de zorgvormen persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding of behandeling als omschreven in de Wlz.

 

Deze beleidsregel is tevens van toepassing op een natuurlijke persoon indien en voor zover deze persoon begeleiding levert als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid onderdeel b, Wlz.

 

Deze beleidsregel is voor wat betreft de prestatie logeeropvang tevens van toepassing op zorgaanbieders voor zover zij logeren leveren als bedoeld in artikel 3.1.1 eerste lid, onderdeel g, Wlz. 

2. Doel van de beleidsregel

Met deze beleidsregel worden de prestatiebeschrijvingen en (maximum) beleidsregelwaarden vastgesteld voor:

  • zorgzwaartepakketten (zzp’s) voor cliënten die verblijven in een instelling;
  • overige basisprestaties voor cliënten die verblijven in een instelling;
  • logeerprestaties;
  • toeslagen die bovenop het zzp van toepassing zijn;
  • afzonderlijke dagbestedings- en vervoersprestaties voor cliënten die de dagbesteding bij een andere aanbieder afnemen dan waar ze het zzp afnemen;
  • Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen. 

3. Prijspeil

De bedragen bevatten de definitieve percentages 2016 en de voorschotpercentages 2017. 

4. Begripsbepalingen

4.1 Zorgzwaartepakket

Een zorgzwaartepakket (zzp) is een volledig pakket van intramurale zorg dat aansluit op de kenmerken van de cliënt en de soort zorg die de cliënt nodig heeft. Een zzp bestaat uit een beschrijving van het type cliënt (een cliëntprofiel), het aantal uren zorg dat bij dit cliëntprofiel beschikbaar wordt gesteld en een beschrijving van die zorg.

 

4.2 Prestatiebeschrijving

Een prestatiebeschrijving is een gedetailleerde beschrijving van de prestatie die geleverd wordt tegen een bepaald tarief. De prestatie beschrijvingen van de zzp’s zijn als losse bijlage opgenomen bij de beleidsregel.

 

4.3 Dag logeeropvang

Een dag logeeropvang is een kalenderdag, die deel uitmaakt van een periode van opname voor logeren. De opname omvat minimaal één overnachting. De dag van aanvang van de logeeropvang en de dag van beëindiging van de logeeropvang gelden als een te declareren dag logeeropvang, waarbij geldt voor de dag van opname dat deze enkel gedeclareerd kan worden indien de opname heeft plaats gevonden vóór 20:00 uur. In het geval de dag van opname samenvalt met de dag van overlijden is eveneens sprake van een te declareren (verblijfs)dag logeeropvang.

 

Voor overige begrippen die in deze beleidsregel gebruikt worden, maar niet hierboven vermeld staan, wordt verwezen naar de Beleidsregel definities Wlz.

5. Beleidsregelwaarden

De beleidsregelwaarden voor alle prestaties in deze beleidsregel betreffen maxima. Een uitzondering hierop is de vrije beleidsregelwaarde voor de kwaliteitsimpuls verpleeghuizen.

 

Voor de maximum beleidsregelwaarden geldt dat het door de Wlz-uitvoerder en de zorgaanbieder overeen te komen tarief slechts door de NZa wordt vastgesteld indien het overeenkomt met of lager ligt dan de aangegeven maximum beleidsregelwaarde. Nadat het tarief door de NZa is vastgesteld in een beschikking is er sprake van een vast tarief als bedoeld in artikel 50, eerste lid, onder b, van de Wmg. 

5.1 Aanvaardbare kosten

De aanvaardbare kosten voor zzp zijn de uitkomsten van de volume- en prijsafspraken over de prestaties in artikel 10 van deze beleidsregel.

5.2 Opbouw zzp-beleidsregelwaarden

De zzp’s zijn opgebouwd uit:

  • de componenten woonzorg, dagbesteding, behandelaars en verblijf;
  • de navolgende zorgvormen zoals omschreven in de Wlz:
    • persoonlijke verzorging (pv);
    • verpleging (vp);
    • begeleiding (bg);
    • behandeling (bh) en
    • verblijf (vb);
  • een gemiddelde tijdsduur per week, uitgedrukt in direct en indirect cliëntgebonden uren, voor de zorgvormen bg, pv, vp, en bh;
  • een bedrag per uur voor de zorgvormen bg, pv, vp en bh;
  • een vast bedrag per dag voor de zorgvorm vb en indien van toepassing de zorggebonden materiële kosten (artikel 3.1.1 Wlz).

 

De NZa berekent de beleidsregelwaarde per zzp door het aantal uur per zorgvorm te vermenigvuldigen met het uurbedrag per zorgvorm. Hierbij is opgeteld een vast bedrag per dag voor de zorgvorm verblijf en indien van toepassing de zorggebonden materiële kosten op grond van artikel 3.1.1 Wlz

5.3 Onderbouwing van de uren per zorgvorm per zzp

De gemiddelde tijdsduur per zorgvorm is gebaseerd op de zorgzwaartepakketten die door de Staatssecretaris van VWS zijn vastgesteld en aangeboden aan de NZa voor 2014. 

5.4 Beleidsregelwaarden in- of exclusief behandeling

De WTZi–toelating én de Wlz-aanspraak en indicatie van de cliënt bepalen het zzp–tarief. De zzp-tarieven met behandeling kunnen alleen in rekening worden gebracht indien de zorgaanbieder beschikt over een WTZi-toelating voor behandeling. 

 

Het is mogelijk om een vv of ghz zzp-exclusief behandeling af te spreken en in rekening te brengen in combinatie met de behandelprestaties die vermeld zijn in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg. Deze behandelprestaties kunnen worden toegekend voor zover de totale kosten (beleidsregelswaarde zzp-exclusief behandeling + uitgaven afzonderlijke behandelprestaties) daarvan niet de maximale beleidsregelwaarde voor zzp inclusief behandeling overschrijdt. 

5.5 Tarieven afhankelijk van een specifieke toelating van de zorgaanbieder

Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op zzp 1 sglvg kan dit zzp alleen worden afgesproken met zorgaanbieders die zijn toegelaten voor sglvg-behandeling op grond van artikel 5 van de WTZi.

 

Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op één van de lvg-zzp’s, kunnen die zzp’s alleen worden afgesproken met zorgaanbieders die zijn toegelaten voor observatie, mfc of lvg op grond van artikel 5 van de WTZi. 

5.6 Tarieven in- of exclusief dagbesteding

Bij sommige zzp’s is sprake van een integraal pakket waarbij de dagbesteding niet afzonderlijk kan worden afgesproken. Bij andere zzp’s is het mogelijk om de componenten dagbesteding en woonzorg afzonderlijk af te spreken.

 

Voor de cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een vv-zzp, lvg-zzp of zzp 1 sglvg is de component dagbesteding een onlosmakelijk onderdeel van het zzp. De dagbesteding kan voor deze prestaties niet apart afgesproken worden.

 

Voor cliënten die geïndiceerd zijn voor of aangewezen op een ggz-zzp b inclusief dagbesteding geldt dat de component dagbesteding een onlosmakelijk onderdeel is van het zzp. De dagbesteding voor deze cliëntengroep kan voor deze prestatie niet apart afgesproken worden. Cliënten kunnen ook geïndiceerd zijn voor of aangewezen zijn op een ggz-zzp exclusief dagbesteding indien ze geen dagbesteding behoeven.

 

Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen zijn op een vg-zzp, lg-zzp of zg-zzp is de component dagbesteding niet een onlosmakelijk onderdeel van de zzp-prestatie. Er is sprake van:

  • zzp’s exclusief dagbesteding waarvan de tarieven in artikel 10.3 staan,
  • zzp’s inclusief dagbesteding waarvan de tarieven in artikel 10.3 staan,
  • afzonderlijke dagbestedingsprestaties waarvan de tarieven in artikel 10.5 staan. Het aantal afzonderlijke dagdelen dagbesteding dat wordt afgesproken moet passen binnen de zzp-prestatie of vpt-prestatie die past bij de indicatie van de cliënt.

 

Een toeslag op de dagbesteding van kinderen mag tot een kalenderleeftijd van 18 jaar worden afgesproken.

5.7 Opslag kapitaallasten dagbesteding en inventaris dagbesteding

De energiekosten, onderhoudskosten en inventariskosten zijn geen onderdeel van de normatieve huisvesting component. De energie- en onderhoudskosten zijn onderdeel van de zzp-vergoeding voor de materiële kosten. Voor de inventariskosten bestaan afzonderlijke prestaties.

 

Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een vg-zzp, lg-zzp, zg-zzp of ggz-zzp met dagbesteding én verblijven op een plaats bij een zorgaanbieder die niet is toegelaten voor behandeling én de dagbesteding bij dezelfde zorgaanbieder afnemen als waar ze verblijven, kan een opslag voor de kapitaallasten en inventaris van de dagbesteding worden afgesproken.

 

De tarieven behorend bij deze opslagen staan in artikel 10.7.2.2 en artikel 10.7.2.3 met de daarbij behorende z-codes.

 

Uitgesloten hiervan zijn cliënten in de gehandicaptensector die dagbesteding ontvangen bij kinderdagcentra, zijnde Wlz-zorgaanbieders die zorg verlenen op basis van de zorgvormen persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding, niet in combinatie met verblijf, aan kinderen in verband met een verstandelijke en een lichamelijke of zintuiglijke handicap.

 

Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op vg-zzp lg-zzp, zg-zzp met dagbesteding én de dagbesteding bij een andere zorgaanbieder afnemen dan waar ze verblijven of waarvan ze het vpt afnemen, kan door de aanbieder die de dagbesteding biedt een vergoeding worden afgesproken voor de kapitaallasten dagbesteding en de inventaris dagbesteding. Om dubbele bekostiging te voorkomen is de voorwaarde hierbij dat de kapitaallasten niet op een andere wijze worden vergoed. De tarieven staan in artikel 10.7.3.2 met de daarbij behorende H-codes.

 

Nieuwe zorgaanbieders die zijn toegelaten voor verpleging, begeleiding, persoonlijke verzorging of behandeling en dit leveren in combinatie met de zorgvorm verblijf, kunnen de opslagen voor kapitaallasten en inventaris niet afspreken. Voor deze zorgaanbieders gelden direct de nhc- en nic-tarieven 2017. Zie verder de Beleidsregel invoering en tarieven normatieve huisvestingscomponent (nhc) en normatieve inventariscomponent (nic) nieuwe zorgaanbieders. 

5.8 Prestatie vervoer bij dagbesteding

Het onderdeel vervoer heeft uitsluitend betrekking op vervoer van en naar de dagbesteding voor zover de cliënt op grond van artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel f, Wlz op deze zorg is aangewezen. Dit onderdeel is van toepassing op de volgende cliëntgroepen:

a. Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een vg-zzp, lg-zzp, zg-zzp of ggz-zzp inclusief dagbesteding of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg;

b. Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een lvg-zzp of sglvg-zzp of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg;

c. Voor cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een vv-zzp of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg én die dagbesteding behoeven op afstand van de verblijfslocatie waarbij het vervoer om medische redenen noodzakelijk is.

 

Per aanwezigheidsdag waarop vervoer naar de dagbesteding plaatsvindt, kan een vergoeding voor het vervoer worden afgesproken. Deze vergoeding per dag is voor het vervoer van en naar de plaats waar de dagbesteding wordt aangeboden.

 

De tarieven behorend bij vervoer dagbesteding zijn opgenomen in artikel 10.6 van deze beleidsregel en hierbij wordt ook een onderscheid gemaakt in de verblijfsplaats van de cliënt. Voor het vervoer van cliënten die de dagbesteding van dezelfde aanbieder krijgen als het verblijf gelden Z-codes en voor het vervoer van en cliënten die van een andere aanbieder het verblijf krijgen dan de dagbesteding, gelden H-codes.

5.9 Prestatie logeren

5.9.1 Het is mogelijk om een logeerprestatie te combineren met behandelprestaties of dagbestedingsprestaties die vermeld zijn in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg.

 

5.9.2. Geen van de toeslagen genoemd in artikel 7 van deze beleidsregel en de middelen waardigheid en trots genoemd in artikel 8 van deze beleidsregel mag in combinatie met een logeerprestatie in rekening worden gebracht. 

5.10 Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen

Om de kwaliteit van verpleeghuizen en daarmee de situatie voor cliënten en zorgmedewerkers aantoonbaar te verbeteren zijn er in 2017 incidentele middelen beschikbaar gesteld voor verpleeghuizen waar sprake is van urgente kwaliteitsproblemen. De focus van de middelen moet liggen op:

  • De locaties van zorginstellingen waar verpleeghuiszorg wordt geboden die verbetering van de kwaliteit het hardst nodig hebben;
  • De inzet van extra benodigd personeel.
     

Zorgkantoren/Wlz-uitvoerders bepalen op basis van ingediende plannen door de zorgaanbieder hoe hoog het bedrag is dat de zorgaanbieder toegewezen krijgt. De prestatie kent een vrije beleidsregelwaarde. Er is voor deze prestatie € 100 miljoen beschikbaar. Voor de prestatie kan een lumpsum bedrag worden aangevraagd op basis van een tweezijdig ingediende aanvraag van zorgaanbieder en zorgkantoor/Wlz-uitvoerder. 

6. Prestatiebeschrijvingen basisprestaties

6.1 Prestatiebeschrijvingen zorgzwaartepakketten

Onderdeel van deze beleidsregel vormen de prestatiebeschrijvingen van de zzp’s, zoals vastgesteld door de Staatssecretaris van VWS en de NZa, die als bijlage bij deze beleidsregel hoort. 

6.2 Prestatiebeschrijvingen overige basisprestaties en afzonderlijke dagbestedings- en vervoersprestaties

De NZa heeft navolgende prestatiebeschrijvingen vastgesteld. Deze prestaties zijn alleen van toepassing indien is voldaan aan de voorwaarden als weergegeven in de onderstaande overzichten.

 

6.2.1 Mutatiedag v&v

 

Doel:

Doel is om de bekostiging te regelen indien een plaats voor verblijf leeg is achtergelaten ten gevolge van overlijden of verhuizen van een bewoner.

 

Grondslag en doelgroep:

Zorgaanbieders die zijn toegelaten voor verzekerden met een psychogeriatrische of somatische aandoening of beperking of een combinatie van vorenstaande en een zintuiglijke handicap.

Voorwaarden:

  • Betreft een kalenderdag waarop de plaats voor verblijf leeg is achtergelaten ten gevolge van overlijden of verhuizing van een bewoner.
  • Bij overlijden of verhuizing van een bewoner kan alleen het werkelijke aantal mutatiedagen, met een maximum van 13 dagen, voor de overleden of vertrekkende cliënt worden gedeclareerd.
  • Indien een cliënt verhuist van locatie A naar locatie B binnen dezelfde organisatie, kan één mutatiedag gedeclareerd worden. Hetzelfde geldt wanneer een cliënt binnen een locatie van kamer verandert.
  • Bij overlijden of verhuizing van een bewoner van een tweepersoonskamer wordt voor iedere kalenderdag dat de overblijvende bewoner de kamer alleen heeft bewoond voor de achtergelaten plaats een mutatiedag in aanmerking genomen. Vanaf het moment dat bij de zorgaanbieder een éénpersoonskamer beschikbaar is, wordt in de voornoemde situatie het werkelijke aantal mutatiedagen in aanmerking genomen, tot maximaal 13 dagen na het beschikbaar komen van de éénpersoonskamer. Het maximum van 13 dagen geldt ook indien de overgebleven bewoner niet verhuist naar de éénpersoonskamer.

 

6.2.2 Spoedzorg

 

Doel:

Doel is om in de regio te voorzien in zorg met een spoedeisend karakter.

Grondslag en doelgroep:

Voor verzekerden met een verstandelijke handicap of verzekerden met een psychogeriatrische, somatische aandoening of beperking.

Voorwaarden:

  • Het betreft een bed dat wordt vrijgehouden voor cliënten die aangewezen zijn op spoedzorg zoals bepaald in artikel 3.2.4 van het Besluit langdurige zorg met een onmiddellijke noodzaak voor opname i.v.m. extra medische complicaties en voor wie het niet opnemen tot ernstige gezondheidsrisico's leidt.
  • Deze prestatie geldt zowel voor de dagen dat een cliënt aanwezig is op het crisisbed, als op de dagen waarop het crisisbed niet bezet is.
  • Het aantal crisisdagen en de prijs wordt bij de productieafspraak vastgelegd. Dit kan zowel in de productieafspraken van november jaar t-1 als van november jaar t.

 

De Wlz-uitvoerder en de zorgaanbieder geven bij de nacalculatie (op de productie) het aantal gerealiseerde dagen uitgesplitst naar dagen waarop het crisisbed bezet of leeg was.

 

6.2.3. Verblijfscomponent niet-geïndiceerde partner

 

Doel:

De verblijfscomponent is een component voor de bekostiging van huishoudelijke verzorging, keukenpersoneel, de facilitaire dienst, dagelijkse welzijnsactiviteiten en voeding- en hotelmatige kosten.

Grondslag en doelgroep:

Deze verblijfscomponent geldt alleen voor:

  • niet-geïndiceerde partners zoals omschreven in artikel 3.1.2 Wlz.

 

6.2.4. Klinisch intensieve behandeling (kib)

 

Doel:

Het doel van kib is het opheffen van een ontwrichte behandelrelatie. Veiligheid en interactie staan daarbij centraal gedurende de behandeling. Daarbij is van belang het hanteren van de agressie van de cliënt en het garanderen van de veiligheid van de totale cliëntengroep en personeel. Naast de directe behandeling van de cliënt zelf, richt de behandeling zich ook op het ontwrichte hulpverleningssysteem. Overdracht van kennis, training on the job, teamcoachings en consultatie zijn activiteiten die ingezet worden om de verwijzende instantie te ondersteunen bij deze cliëntengroep.

Grondslag en doelgroep:

zzp ggz-b

Bij cliënten is sprake van complexe meervoudige psychiatrische problematiek met een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis waarbij voorgaande behandelingen onvoldoende resultaat hebben gehad.

Het gedrag van de kib cliënten kenmerkt zich o.a. door acting out gedrag, suïcidaliteit, zeer ernstige zelfbeschadiging, mondeling en fysiek (waaronder seksueel) (be)dreigend gedrag. Er is vaak sprake van een combinatie van verschillende diagnoses. Opvallend bij deze groep cliënten is de vaak langdurige psychiatrische voorgeschiedenis, waarbij voorgaande behandelingen onvoldoende tot geen resultaat hebben gehad.

Grofweg is de cliëntenpopulatie als volgt in te delen:

  • cliënten met psychotische stoornissen, waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek zoals (fysieke/mondelinge) agressie, (fysieke/mondelinge) bedreigingen en (seksuele) intimidatie;
  • cliënten met ernstige persoonlijkheidsstoornissen, dissociatieve stoornissen en traumagerelateerde problematiek waarbij onder andere acting out, zelfdestructief- en suïcidaal gedrag op de voorgrond staat zoals snijden, branden, stranguleren, bonken en het innemen van (brandende, giftige) stoffen en voorwerpen.

 

De doelgroep wordt in het merendeel van de gevallen opgenomen met een Inbewaringstelling of een rechtelijke machtiging op grond van de Wet Bijzondere Opneming in Psychiatrische Ziekenhuizen.

 

Voorwaarden:

  • De cliënt beschikt bij opname over een indicatie voor zzp ggz-1b, ggz-2b, ggz-3b, ggz-4b, ggz-5b, ggz-6b of ggz-7b.
  • Alleen voor cliënten die verblijven op een plaats toegelaten voor kib (voorheen sterk gedragsgestoorde agressieve (sga) cliënten). Een kib–plaats is een capaciteitseenheid als zodanig bepaald in de toelating ingevolge artikel 8 van de AWBZ (oud), thans artikel 5 WTZi.
  • Bij aanmelding moet sprake zijn van een ontwrichte behandelrelatie.
  • De prestatie kan niet gepaard gaan met een toeslag voor dezelfde cliënt.

 

6.2.5    Dagbesteding

 

  1. Prestatie
  1. Beschrijving

Dagbesteding vg

 

H900, H901,

H902

Vorm

Dagactiviteit voor cliënten met een verstandelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.

 

Doel

Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op:

– arbeidsmatige dagbesteding (activiteiten met een zelfstandig karakter waarbij het vaak zal gaan om het tot stand brengen van een product of dienst, afgestemd op de mogelijkheden en interesses van de cliënt);

– “activering” (activiteiten gericht op het zinvol besteden van de dag, aangepast aan mogelijkheden en interesses van de cliënt, waar onder handvaardigheid, expressie, beweging, belevingsactiviteiten);

  • “activering, individueel belevingsgericht” (belevingsgerichte activiteiten op een eenvoudig niveau met extra aandacht voor sfeer, geborgenheid, veiligheid, ritme en regelmaat).

 

Zorgvorm: bg-groep.

 

zzp-indicatie

Licht: vg1-vg4

Midden: vg5, vg6, vg8

Zwaar: vg7

 

Doelgroep: Cliënten met een zzp-vg

 

Dag­besteding

lg

 

H910, H911,

H912

Vorm

Dagactiviteit voor cliënten met een ernstige lichamelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). Deze activiteiten vinden overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.

 

Doel: Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Het dagprogramma biedt ruimte voor vaardigheidstraining.

 

Zorgvorm: bg-groep.

 

zzp-indicatie:

Licht: lg7

Midden: lg2, lg4, lg6

Zwaar: lg1, lg3, lg5

 

Doelgroep: Cliënten met een zzp-lg.

 

Dag­besteding zg auditief

 

H920,H921, H922

Vorm

Dagactiviteit voor cliënten met ernstige zintuiglijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon onderwijs, gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.

 

Doel

Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering, waar onder vaardigheidstraining. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Tijdens de dagactiviteit is weinig of slechts beperkte verzorging nodig.

 

Zorgvorm: bg-groep.

 

 

zzp-indicatie:

Licht: zg aud1, zg aud4

Midden: zg aud2

Zwaar: zg aud3

 

Doelgroep: Cliënten met een zzp zg.

 

Dagbesteding

zg visueel

 

H930, H931, H932

Vorm

Dagactiviteit voor cliënten met een ernstige zintuiglijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon onderwijs, gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.

 

Doel

Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering, waar onder vaardigheidstraining. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Tijdens de dagactiviteit is weinig of slechts beperkte verzorging nodig.

 

Zorgvorm: bg-groep.

 

zzp-indicatie Licht: zg vis2, zg vis3

Midden: zg vis1

Zwaar: zg vis4, zg vis5

 

Doelgroep: Cliënten met een zzp-zg.

 

 

6.2.6. Logeren

 

Doel

Het doel van logeren is het ontlasten van de mantelzorg. Daartoe kan de cliënt gaan logeren. Logeren omvat verblijfszorg in een beschermende woonomgeving in combinatie met samenhangende zorg. De samenhangende zorg is niet alleen verpleging, begeleiding of verzorging. Dit kan ook Wlz specifieke behandeling zijn indien de cliënt behandeling behoeft tijdens het logeren.

Grondslag en doelgroep

Voor verzekerden met

1. een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap

2. een psychogeriatrische of somatische aandoening of beperking.

 

Doelgroep

Voor een cliënt die gebruik maakt van de Wlz leveringsvorm vpt of mpt of mpt in combinatie met pgb kan deze prestatie ten tijde van het logeren gedeclareerd worden

 

Voorwaarden

- de cliënt beschikt bij logeren over een Wlz indicatie voor een vv, lg, zg, lvg of vg zorgprofiel;

 

Behandeling tijdens logeren

- Tijdens logeren zit de Wlz behandeling op de achtergrond in de logeerprestatie. Dit geldt voor alle sectoren.

- Voor de lvg en de zg sectoren is ook een half uur behandeling op de voorgrond meegenomen in het tarief.

- Voor de vv sector is ook behandeling op de voorgrond meegenomen. Deze behandeling is gelijk aan de behandeling opgenomen in het zzp-6 inclusief behandeling.

- Behandeling op de achtergrond omvat onder andere het bijstaan van de individuele zorgverleners in hun zorgverlening, het opstellen van het zorgplan tijdens logeren als dat noodzakelijk is, en een kort behandelmoment tijdens logeren dat incidenteel is en weinig inzet vraagt.

- Behandeling op de voorgrond is de overige Wlz specifieke behandeling die noodzakelijk is voor de zorgverlening aan de Wlz geïndiceerde cliënt die behandeling behoeft tijdens logeren.

7. Prestatiebeschrijvingen toeslagen

De NZa heeft de volgende prestatiebeschrijvingen voor toeslagen vastgesteld die aanvullend op een basisprestatie kunnen worden geleverd. Deze toeslagen zijn alleen van toepassing indien is voldaan aan de voorwaarden die voor alle toeslagen gelden en aan de specifieke voorwaarden per afzonderlijke toeslag zoals genoemd in dit hoofdstuk.

 

Om voor extra bekostiging bovenop de zzp in aanmerking te komen gelden de volgende voorwaarden voor alle in dit hoofdstuk vermelde toeslagen:

  • De zorgaanbieder heeft geoordeeld dat de cliënt op de toeslag voor zorg is aangewezen.
  • De Wlz-uitvoerder heeft de voorwaarden verbonden aan de toeslag, zoals vermeld in betreffende artikelen over de toeslagen, getoetst.
  • De toeslag, met uitzondering van de prestatiecodes Z913, Z914, Z915 en Z919, mag per cliënt per dag eenmaal worden gedeclareerd. Het aantal afgesproken dagen per toeslag is niet groter dan het aantal afgesproken zzp-dagen voor die cliënt. De toeslagen met prestatiecodes Z913, Z914, Z915 en Z919 mogen per cliënt tweemaal per dag gedeclareerd worden.
  • In de ‘Matrix samenhangende toeslagen’ is weergegeven welke toeslagen wel en niet in combinatie met elkaar gedeclareerd kunnen worden. De matrix is opgenomen als bijlage 2. Deze bijlage maakt onlosmakelijk deel uit van deze beleidsregel.

7.1 Toeslag Huntington

Huntington (Z920)

Doel:

Het doel is om te voorzien in de meerkosten voor:

  • deskundig personeel;
  • specifieke medicijnen en hulpmiddelen die nodig zijn voor cliënten met de ziekte van Huntington;
  • meubilair en persoonlijke alarmering;
  • speciale voeding en het veelvuldig aanbieden van voeding.

Grondslag & doelgroep:

zzp vv-8 én Huntington

 

Voorwaarden:

  • De diagnose, ziekte van Huntington, is vastgesteld.
  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vv-8.

7.2 Toeslag cerebrovasculair accident (cva)

cva (Z910)

Doel:

Het doel is om de beperkingen van de cliënt te verminderen door middel van intensieve behandeling gedurende de eerste weken nadat het cva zich heeft voorgedaan. Dit betreft een op herstel gerichte behandeling.

Grondslag & doelgroep:

zzp vv-9b én cva

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vv-9b.
  • De toeslag kan niet langer dan gedurende de eerste 8 weken van de revalidatiezorg worden toegekend.

7.3 Toeslag invasieve beademing (ib)

Invasieve beademing (Z918)

Doel:

Het doel is voor cliënten met invasieve beademing te voorzien in de assistentie bij handelingen die noodzakelijk zijn, het beschikbaar zijn van deskundig en bekwaam personeel om levensbedreigende situaties te voorkomen en persoonlijke alarmering.

Grondslag en doelgroep:

zzp lg-1 tot en met lg-7 en zzp vv-1 tot en met vv-10 en zzp-vg-1 tot en met –vg-8

Cliënten die zijn aangewezen op invasieve ofwel tracheostomale beademing.

Cliënten die neusbeademing of neus-mondbeademing behoeven komen niet voor

deze toeslag in aanmerking.

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp vv-1, zzp vv-2, zzp vv-3, zzp vv-4, zzp vv-5, zzp vv-6, zzp vv-7, zzp vv-8, zzp vv-9b,zzp vv-10, zzp-vg-1, zzp-vg-2, zzp-vg-3, zzp-vg-4, zzp-vg-5, zzp-vg-6, zzp-vg-7 of zzp-vg-8;
  • Er is sprake van chronische invasieve ofwel tracheostomale beademing;
  • Een mix van pv, vp, bg of bh, dan wel een mix van twee of drie van deze zorgvormen wordt geleverd, waarvan het totaal van deze mix gemiddeld 30 uur per week is;
  • Er is voldaan aan de voorwaarden van de veldnorm chronische beademing.

7.4 Toeslag non-invasieve beademing

non-invasieve beademing (Z921)

Doel:

Het doel is voor cliënten met non-invasieve beademing te voorzien in de assistentie bij handelingen die noodzakelijk zijn, het beschikbaar zijn van deskundig en bekwaam personeel om levensbedreigende situaties te voorkomen en persoonlijke alarmering.

Grondslag en doelgroep:

zzp lg-1 tot en met lg-7 en zzp vv-1 tot en met vv-10 en zzp-vg-1 tot en met –vg-8

Cliënten die zijn aangewezen op non-invasieve beademing. Cliënten behoeven neusbeademing of neus-mondbeademing.

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp vv-1, zzpvv-2, zzp vv-3, zzp vv-4, zzp vv-5, zzp vv-6, zzp vv-7, zzp vv-8, zzp vv-9b, zzp vv-10, zzp-vg-1, zzp-vg-2, zzp-vg-3, zzp-vg-4, zzp-vg-5, zzp-vg-6, zzp-vg-7 of zzp-vg-8;
  • Er is sprake van chronische non-invasieve beademing; een mix van pv, vp, bg of bh, dan wel een mix van twee of drie van deze zorgvormen wordt geleverd, waarvan het totaal van deze mix gemiddeld 6,5 uur per week is;
  • Er is voldaan aan de voorwaarden van de veldnorm chronische beademing.

7.5 Toeslag multifunctioneel centrum (mfc)

Multifunctioneel centrum (Z911)

Doel:

Het doel is door specifiek diagnostisch onderzoek een duidelijk beeld te krijgen van de duale problematiek en een op grond hiervan uit te voeren gecombineerde psychiatrische en orthopedagogische behandeling.

Grondslag & doelgroep:

zzp vg-6, zzp vg-7, zzp lvg-2 tot en met zzp lvg-5

De grondslag verstandelijke beperking is al vastgesteld.

 

Voorwaarden

  • Alleen voor cliënten die verblijven op een mfc-plaats. Een mfc-plaats is een capaciteitseenheid als zodanig bepaald in de toelating ingevolge artikel 8 van de AWBZ (oud) thans artikel 5 WTZi.
  •  De cliënt is geïndiceerd voor een indicatie voor zzp vg-6, zzp vg-7, zzp lvg-2, zzp lvg-3, zzp lvg-4 of zzp lvg-5.
  • De toeslag is tijdelijk van aard, met een duur van ongeveer 12 maanden uitlopend tot 24 maanden per cliënt.
  • De zorgaanbieder heeft expertise op het gebied van duale (combinatie van psychiatrische en orthopedagogische) behandelproblematiek, die de kennis van een reguliere Wlz-zorgaanbieder in deze te boven gaat.

7.6 Toeslag Observatie

Observatie (Z912)

Doel:

Het doel is door middel van multidisciplinaire en integrale beeldvorming, gebaseerd op multidisciplinaire diagnostisch onderzoek, observaties en exploratieve behandeling, een geïntegreerd en passend advies voor behandeling oftewel begeleiding af te geven. Dit advies wordt vastgelegd in een behandelplan.

Grondslag & doelgroep:

zzp vg-5 tot en met vg-8 en zzp-lvg-3 tot en met lvg-5.

De grondslag is een vermoeden van een verstandelijke beperking.

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-5, zzp vg-6, zzp vg-7, zzp
    vg-8, zzp lvg-3, zzp lvg-4 of zzp lvg-5.
  • Bij aanmelding is er een onduidelijke, onvolledige, niet eenduidige dan wel ontbrekende diagnose. Daarnaast is er onduidelijkheid over begeleidings- en    behandelingsbehoeften.
  • De cliënt verblijft gedurende een afgebakende periode. De observatie duurt gemiddeld 1 jaar.
  • De zorgaanbieder heeft expertise op het gebied van observatie bij de geïndiceerde cliëntenpopulatie die de kennis van een reguliere Wlz-aanbieder in deze te boven gaat.

7.7 Toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) laag

Gespecialiseerde epilepsiezorg laag (Z975)

Doel:

Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-1 tot en met zzp vg-2

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-1 of zzp vg-2.
  • De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling.
  • De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
    • De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen.
    • De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt.
    • De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening.
    • De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden.
    • De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie.
    • Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
      • 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
      • dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.

7.8 Toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) midden

Gespecialiseerde epilepsiezorg midden (Z976)

Doel:

Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek

.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-3 tot en met vg-5, ggz-1b tot en met ggz-7b.

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-3, zzp vg-4, zzp vg-5, zzp ggz-1b, zzp ggz-2b, zzp ggz-3b, zzp ggz-4b, zzp ggz-5b, zzp ggz-6b, zzp ggz-7b of er is sprake van crisisopvang/spoedzorg zoals omschreven in artikel 6.2.2.
  • De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling.
  • Een mix van pv, vp, bg of bh wordt geleverd, het totaal van de mix is gemiddeld 5,5 uur per week.
  • De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
    • De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen.
    • De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt.
    • De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening.
    • De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden.
    • De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie.
    • Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
      • 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
      • dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.

 

7.9 Toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) hoog

Gespecialiseerde epilepsiezorg hoog (Z977)

Doel:

Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-6 tot en met vg-8, vv-1 tot en met vv-10, lg-1 tot en met lg-7,
zgvis-1 tot en met zgvis-5, zgaud 1 tot en met zgaud-4 en crisisopvang/spoedzorg

 

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-6, zzp vg-7, zzp vg-8, zzp vv-1, zzp vv-2, zzp vv-3, zzp vv-4, zzp vv-5, zzp vv-6, zzp vv-7, zzp vv-8, zzp vv-9b, zzp vv-10, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6,
    lg-7, zzp zg vis-1, zzp zg vis-2, zzp zg vis-3, zzp zg vis-4, zzp zg vis-5, zzp zg aud-1, zzp zg aud-2, zzp zg aud-3 of zzp zg aud-4 of er is sprake van de levering van de prestatie crisisopvang/spoedzorg zoals omschreven in artikel 6.2.2.
  • De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling.
  • Een mix van pv, vp, bg of bh wordt geleverd, het totaal van de mix is gemiddeld 9 uur per week.
  • De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
    • De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen.
    • De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt.
    • De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening.
    • De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden.
    • De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie.
    • Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera.
    • De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
      • 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
      • dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.

7.10 Toeslag niet strafrechtelijke forensische psychiatrie (nsfp)

Niet strafrechtelijke forensische psychiatrie (Z922)

Doel:

Doel is om aan cliënten met (acuut) delictgevaar in combinatie met psychiatrische problematiek voortgezet verblijf met behandeling aan te bieden dat gericht is op het verminderen van het delictgevaar.

Grondslag en doelgroep:

zzp ggz-1b tot en met ggz-7b

 

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp ggz-1b, zzp ggz-2b, zzp ggz-3b, zzp ggz-4b, zzp ggz-5b, zzp ggz-6b of zzp ggz-7b.
  • De zorg wordt geboden door een instelling die door Justitie (DJI) gecontracteerd is als forensisch psychiatrische kliniek (fpk). Een fpk is een gespecialiseerde gesloten voorziening voor geestelijke gezondheidszorg met een (in oorsprong) uitsluitend klinisch aanbod voor personen met een behoefte aan zorg en behandeling in strafrechtelijk kader. Voor de cliënten is strenge beveiliging en een hoge tot zeer hoge behandelintensiteit noodzakelijk.

 

Dit is eventueel te operationaliseren aan de hand van beveiligingseisen:

  • Fysieke preventie gaat vooral over beveiliging tegen direct gevaar met materiële en personele middelen. Het betreft bewaking en controle in engere zin.
  • Sociale preventie, de beveiliging die voortvloeit uit een positieve relatie tussen cliënten en hulpverleners en tussen cliënten onderling.
  • Beleidsmatige en organisatorische preventie gericht op de toekomst. Hier gaat het om beveiliging die het gevolg is van een effectief ingerichte zorg.

7.11 Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg kind

Woonzorg gehandicaptenzorg kind (Z978)

Doel:

Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elke kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg vis-1 tot en met zg vis-5, zzp zg aud-1 tot en met zg aud-4

Voorwaarden:

  • De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 0 tot 12 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd en niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt.
  • De cliënt is geïndiceerd voor, zzp vg-3, zzp vg-4, zzp vg-5, zzp vg-6, zzp vg-7, zzp vg-8, zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp zg vis-1, zg vis-2 zg vis-3, zg vis-4, zg vis-5, zg aud-1, zg aud-2, zg aud-3 of
    zg aud-4.

7.12 Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg jeugd

Woonzorg gehandicaptenzorg jeugd (Z979)

Doel:

Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elk kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg vis-1 tot en met zg vis-5, zzp zg aud-1 tot en met zg aud-4

Voorwaarden:

  • De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 12 tot 18 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt.
  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-3, zzp vg-4, zzp vg-5, zzp vg-6, zzp vg-7, zzp vg-8, zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp zg vis-1, zg vis-2 zg vis-3, zg vis-4, zg vis-5, zg aud-1, zg aud-2, zg aud-3 of zg aud-4.

7.13 Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg jong volwassenen

Woonzorg gehandicaptenzorg jong volwassenen (Z980)

Doel:

Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elk kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-1 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg vis-1 tot en met zg vis-5, zzp zg aud-1 tot en met zg aud-4

 

Voorwaarden:

  • De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 18 tot 23 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en het betreft niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt.
  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg-1, zzp vg-2, zzp vg-3, zzp vg-4, zzp vg-5, zzp vg-6, zzp vg-7, zzp vg-8, zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp zg vis-1, zg vis-2 zg vis-3, zg vis-4, zg vis-5, zg aud-1, zg aud-2, zg aud-3 of zg aud-4.

7.14 Toeslag Dagbesteding gehandicaptenzorg kind

Dagbesteding gehandicaptenzorg kind (Z913, Z914, Z915)

Doel:

Doel is om een dagprogramma te geven voor (ernstig) verstandelijk en meervoudig gehandicapte kinderen/ jongeren die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon of speciaal onderwijs. De toeslag is bedoeld om een grotere en zwaardere inzet van deskundigheid mogelijk te maken.

Grondslag en doelgroep:

zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg vis-1 tot en met zg vis-5, zzp zg aud-1 tot en met zg aud-4

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp-vg-3, zzp vg-4, zzp vg-5, zzp vg-6, zzp vg-7, zzp vg-8 zzp lg-1, zzp lg-2, zzp lg-3, zzp lg-4, zzp lg-5, zzp lg-6, zzp lg-7, zzp zg vis-1, zg vis-2 zg vis-3, zg vis-4, zg vis-5, zg aud-1, zg aud-2, zg aud-3 of zg aud-4.
  • De toeslag kan worden toegekend voor maximaal het aantal dagdelen dagbesteding dat in het zzp is opgenomen. Voor de toeslag geldt dezelfde modulaire opbouw als voor het geïndiceerde zzp waarop de toeslag betrekking heeft.
  • De dagactiviteiten zijn ontwikkelingsgericht; de nadruk ligt op de ontwikkeling van het senso-motorisch, sociaal-emotioneel en cognitief functioneren, tevens de ontwikkeling van praktische vaardigheden.
  • De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de kalenderleeftijdscategorie 0 tot 18 jaar.

7.15 Toeslag Dagbesteding gehandicaptenzorg kind vg5/vg8 midden emg

Dagbesteding gehandicaptenzorg kind vg5/vg8 midden emg (Z919)

Doel:

Dagprogramma voor kinderen met ernstig meervoudige beperkingen. (Dagprogramma zoals bedoeld onder dagactiviteit gehandicaptenzorg kind licht, midden en zwaar).

 

Van ernstig meervoudige beperkingen is sprake bij een combinatie van twee of meer ernstige beperkingen van verstandelijke, motorische, lichamelijke of zintuiglijke aard.

 

Als gevolg van de ernstige meervoudige beperkingen is zelfstandig voortbewegen niet of nauwelijks mogelijk. Soms kan men incidenteel zelfstandig lopen met ondersteuning en hulpmiddelen (o.a. een rolstoel); de meeste kinderen kunnen slechts liggen of met veel steun zitten. Er is grote fysieke kwetsbaarheid.

 

Zorgvormen: bg-groep

 

 

Grondslag en doelgroep:

Kinderen met een indicatie voor zzp vg-5 inclusief dagbesteding en zzp vg-8 inclusief dagbesteding

Voorwaarden:

Als criterium voor deze doelgroep geldt dat naast de onderstaande factoren 1 en 2 nog sprake dient te zijn van tenminste twee andere factoren zoals hieronder genoemd:

 

  1. zeer ernstige lichamelijke / motorische beperkingen (losstaand van de verstandelijke handicap);
  2. ontwikkelingsleeftijd is maximaal 12 maanden;
  3. gebruik van sondevoeding (peg sonde);
  4. epilepsie (niet instelbaar);
  5. organische afwijkingen (ademhalingsproblemen, refluxproblematiek);
  6. risico van doorliggen (decubitus);
  7. zeer ernstige zintuiglijke handicap;
  8. noodzaak tot veelvuldige paramedische zorg;
  9. grote fysieke kwetsbaarheid (in de praktijk blijkt een hoge mate van ziekte en verblijf in ziekenhuizen; gemiddeld bereikt van deze doelgroep slechts 50% de leeftijd van 18 jaar).

7.16 Toeslag Gespecialiseerde behandelzorg

Gespecialiseerde behandelzorg (Z981)

Doel:

Het doel is om cliënten met een verstandelijke beperking, ernstige gedragsproblemen en waarbij sprake is van psychiatrische problematiek, die in een vg-instelling verblijven die niet is toegelaten voor SGlvg-behandeling, tijdelijk gespecialiseerde behandelzorg (die qua zwaarte vergelijkbaar is met SGlvg) te kunnen bieden. De toeslag voorziet in de meerkosten die gepaard gaan met het leveren van specialistische en multidisciplinaire behandeling op het snijvlak van vg-ggz.

Grondslag & doelgroep:

zzp vg3 t/m vg8

Cliënten met een verstandelijke beperking - verblijvend in een vg-instelling – die tijdelijk specialistische en multidisciplinaire behandelzorg op het snijvlak van vg-ggz nodig hebben.

Voorwaarden:

  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp vg3, zzp vg4, zzp vg5, zzp vg6, zzp vg7 of zzp vg8.
  • De cliënt verblijft in een vg-instelling, heeft een vg-indicatie zoals bovenstaand genoemd, ernstige gedragsproblemen er is sprake van psychiatrische problematiek.
  • De cliënt heeft tijdelijk behoefte aan specialistische en multidisciplinaire behandeling op het snijvlak van vg-ggz.
  • Er is geen ander passend zzp, al dan niet tijdelijk, voor deze cliënt waarbinnen de benodigde behandelzorg geleverd kan worden.
  • De cliënt komt niet in aanmerking voor de Meerzorgregeling.
  • De toeslag gespecialiseerde behandelzorg gaat niet samen met de Meerzorgregeling en de toeslagen: mfc en observatie.
  • De aanbieder van gespecialiseerde behandelzorg heeft erkende deskundigheid op het gebied van duale problematiek op het snijvlak van vg en ggz (vergelijkbaar met sglvg). De zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundigen op dit gebied op een voldoende kwalitatief niveau.
  • De inzet van gespecialiseerde behandelzorg wordt vastgesteld in multidisciplinair overleg tussen de aanvrager en deskundige(n) (bijvoorbeeld Avg, neuroloog of geneticus). Een combinatie van de volgende criteria is vereist om in aanmerking te komen voor deze toeslag:
  • er is een behandelperspectief en een behandelprognose;
  • een multidisciplinaire aanpak is noodzakelijk;
  • verzekerde heeft een IQ tussen de 50 en 85;
  • de leeftijd van de verzekerde ligt meestal tussen de 18 en 55 jaar;
  • de verzekerde heeft ernstige en chronische beperkingen in de sociale redzaamheid, leerproblemen en/of gedragsproblemen;
  • er is sprake van comorbiditeit van psychiatrische problemen en/of ontwikkelingsstoornissen;
  • er is sprake van ernstige handelingsverlegenheid van de omgeving vanwege deze problematiek;
  • eerdere behandeltrajecten hebben geen (voldoende) resultaat gehad.

7.17 Toeslag woonzorg jong volwassenen ggz

Toeslag woonzorg jong volwassenen ggz (Z982)

Doel:

Het verlenen van meer zorg en behandeling aan jong volwassenen met een zzp-B in de leeftijdscategorie van 18 tot en met 22 jaar dan opgenomen in een ggz-B zzp. Doel is te voorzien in de gebruikelijke zorg bieden die elke jong volwassene, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft en in extra behandeling.

Grondslag en doelgroep:

zzp 1ggz-B, 2ggz-B, 3ggz-B, 4ggz-B, 5ggz-B, 6ggz-B, 7ggz-B

Voorwaarden:

  • De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 18 tot 23 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en het betreft niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt.
  • De cliënt is geïndiceerd voor zzp ggz-B

8. Middelen waardigheid en trots

Opslag waardigheid en trots zzp vv4 t/m vv 10

Doel:

Het doel is om cliënten met zzp vv4 t/m vv10 een zinvolle dagbesteding te geven en om de deskundigheid van personeel te versterken.

 

De beweging die met ‘waardigheid en trots’ wordt beoogd, stelt de cliënt en de professional centraal. De opslag moet bijdragen aan een kwaliteitsverbetering. Deze kwaliteitsverbetering kan onder andere bereikt worden door een zinvolle dagbesteding te bieden aan cliënten, en door de deskundigheid van het personeel te versterken.

 

Grondslag & doelgroep:

Cliënten die geïndiceerd zijn voor een cliëntprofiel vv4 t/m vv10.

Voorwaarden:

  • Zorgaanbieder maakt een plan, dat beschrijft hoe de opslag(en) waardigheid en trots worden ingezet. Dit plan is vormvrij.
  • Zorgaanbieder dient dit plan vervolgens bij het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder in. Het plan wordt door het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder getoetst op instemming van de Centrale Cliëntenraad (CCR), de Ondernemingsraad (OR) en indien aanwezig de Verpleegkundigen-of Verzorgenden Adviesraad (VAR).
  • Het plan moet worden goedgekeurd door het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder. Deze goedkeuring blijkt uit het ondertekeningsdocument van het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder.
  • De opslag is een vast bedrag per zzp en dus niet onderhandelbaar. De opslag is direct gekoppeld aan de afgesproken en geleverde zzp.

9. Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen

Doel

Het doel van de kwaliteitsimpuls voor verpleeghuizen is om locaties van zorginstellingen waar verpleeghuiszorg wordt geboden waar sprake is van kwaliteitsproblemen, een steun in de rug te geven. De focus bij de verdeling van de middelen ligt op de verbetering van de kwaliteit en daarbinnen de inzet van extra benodigd personeel. 

 

Grondslag en doelgroep

Zorgaanbieders die middels zzp of vpt zorg leveren aan cliënten die geïndiceerd zijn voor een cliëntprofiel vv4 t/m vv10.  

 

Voorwaarden

  • De cliënt beschikt over een Wlz-indicatie vv4 t/m vv10;
  • Er is sprake van een urgent kwaliteitsprobleem; basisveiligheid in relatie tot personeelsbezetting;
  • Zorgaanbieder maakt een plan, dat beschrijft hoe de middelen worden ingezet. Dit plan is vormvrij;
  • Het plan is ondertekend door OR, CR, VAR en bestuurder;
  • Het plan moet worden goedgekeurd door het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder. Deze goedkeuring blijkt uit het ondertekeningsdocument van het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder;
  • Er wordt in het proces volledige transparantie gevraagd;

10. Aan- en afwezigheid

10.1 Aanwezigheid

Voor de bekostiging van de prestaties zzp, verblijfscomponent-niet geïndiceerde partner, logeren, kib en alle toeslagen als bedoeld in artikel 7, vallende onder deze beleidsregel geldt als voorwaarde dat de cliënt aanwezig is in de instelling.

10.2 Afwezigheid

In afwijking van 10.1 geldt voor afwezigheid het volgende:

 

Voor cliënten die aangewezen zijn op een zzp prestatie komen de volgende dagen in aanmerking voor bekostiging ter hoogte van het afgesproken tarief met ingang van de eerste volledige dag van afwezigheid van de cliënt:

a) De dagen dat een cliënt tijdelijk is opgenomen bij een andere zorgaanbieder of op een andere locatie van de zorgaanbieder binnen dezelfde rechtspersoon, en daar verblijft voor:

  • Wlz-zorg met behandeling (zzp inclusief behandeling) waarbij de cliënt eerder alleen Wlz-verblijf zonder behandeling ontving (zzp-exclusief behandeling).
  • Revalidatiezorg waaronder ook wordt verstaan geriatrische gevalidatiezorg zoals omschreven in de Zvw 1 en vv herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging zoals omschreven in de Wlz (vv9b).
  • Gespecialiseerde ggz
  • Medisch specialistische zorg
     

Indien de cliënt waarop een situatie van toepassing is als bedoeld onder a. naar verwachting langer dan 91 dagen afwezig is moet de Wlz-uitvoerder binnen de periode van 91 dagen toestemming hebben verleend voor een verlening van de periode waarin afwezigheid wordt bekostigd.

 

b) De dagen dat een cliënt tijdelijk afwezig is door vakantie of detentie met een maximum van 14 aaneengesloten dagen per keer. Het aantal weekenddagen in de aaneengesloten vakantieperiode tellen hierin mee. De dagen worden alleen bekostigd indien de cliënt voor de vakantie of detentie reeds 14 dagen verbleef bij de instelling. Per kalenderjaar kunnen niet meer dan 42 afwezigheidsdagen als gevolg van vakantie of detentie worden bekostigd.

 

c) De dagen dat een cliënt die als leerling voor dagonderwijs staat ingeschreven en dit onderwijs ook daadwerkelijk volgt, tijdelijk afwezig is door vakantie. Er worden niet meer afwezigheidsdagen bekostigd dan de wettelijke vakantieduur.

 

d) De dagen dat een cliënt afwezig is op zaterdag en zondag in verband met weekendverlof.

 

De in artikel 10.2 genoemde uitzonderingen hebben geen betrekking op de toeslagen die zijn vermeld in artikel 7.

11. Tarieven

De onderstaande beleidsregelwaarden betreffen maxima (zie artikel 5).

11.1 Verpleging en verzorging (v&v)

zzp

incl. dagbesteding

Prestatie-codes

Totaal­waarde per dag

1vv

Z015

€ 67,53

2vv

Z025

€ 86,09

 

zzp

Niet toegelaten voor bh

Toegelaten voor bh

incl. dagbesteding

incl. dagbesteding

Prestatie-codes

Totaalwaarde per dag

Prestatie-codes

Totaalwaarde per dag

3vv

Z031

€ 104,35

Z033

 € 130,53

4vv

Z041

€ 120,23

Z043

 € 146,75

5vv

Z051

€ 165,01

Z053

 € 192,89

6vv

Z061

€ 165,32

Z063

 € 193,21

7vv

Z071

€ 194,21

Z073

 € 230,17

8vv

Z081

€ 226,63

Z083

 € 262,58

9bvv

Z095

€ 160,84

Z097

 € 229,09

10vv

Z101

€ 247,97

Z103

 € 283,96

 

11.2 Geestelijke gezondheidszorg (ggz)

zzp

excl. dagbesteding

incl. dagbesteding

 

Prestatie-codes

Totaalwaarde per dag

Prestatie-codes

Totaalwaarde per dag

Cliënten die verblijven vanwege de behandeling (ggz-B)

1ggz-B

Z212

 € 78,51

Z213

 € 102,61

2ggz-B

Z222

 € 115,78

Z223

 € 137,76

3ggz-B

Z232

 € 126,06

Z233

 € 150,76

4ggz-B

Z242

 € 145,34

Z243

 € 171,37

5ggz-B

Z252

 € 157,12

Z253

 € 183,63

6ggz-B

Z262

 € 213,28

Z263

 € 240,43

7ggz-B

Z272

 € 284,49

Z273

 € 327,09

11.3 Gehandicaptenzorg (ghz)

11.3.1. Verstandelijk gehandicapt (vg)

1

 

11.3.1. Verstandelijk gehandicapt (vg)

2

 

11.3.3 Sterk gedragsgestoord licht verstandelijk gehandicapt (sglvg)

3

 

11.3.4 Lichamelijk gehandicapt (lg)

4

 

11.3.5 Zintuiglijk gehandicapt auditief en communicatief (zg-aud)

5

 

11.3.6 Zintuiglijk gehandicapt visueel (zg-vis)

6

11.4 Overige basisprestaties

7

11.5 Basisprestaties dagbesteding

8

11.6 Vervoer bij dagbesteding

11.6.1 Vervoer voor cliënten die de dagbesteding bij dezelfde aanbieder ontvangen als het verblijf.

Prestatie

Prestatie-codes

Totaalwaarde per (aanwezigheids)dag

Vervoer dagbesteding v&v

Z901

€ 7,01

Vervoer dagbesteding ggz

Z902

€ 6,83

Vervoer dagbesteding ghz intramuraal

Z903

€ 6,93

Vervoer dagbesteding ghz rolstoel intramuraal

Z904

€ 19,97

Vervoer dagbesteding Kind intramuraal

Z905

€ 19,97

 

 

11.6.2 Vervoer voor cliënten die verblijven bij een andere aanbieder dan waar ze de dagbesteding ontvangen.

Prestatie

Prestatie-codes

Totaalwaarde per (aanwezigheids)dag

Vervoer dagbesteding ghz intramuraal

H974

€ 6,93

Vervoer dagbesteding ghz rolstoel intramuraal

H975

€ 19,97

Vervoer dagbesteding Kind intramuraal

H976

€ 19,97

11.7 Toeslagen

11.7.1 Toeslagen bovenop zzp

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaar-de per dag

Toeslag Huntington

Z920

 € 40,99

Toeslag cerebro vasculair accident (cva)

Z910

 € 29,87

Toeslag invasieve beademing

Z918

 € 211,42

Toeslag non-invasieve beademing

Z921

 € 39,69

Toeslag multifunctioneel centrum (mfc)

Z911

€ 33,87

Toeslag observatie

Z912

 € 86,97

Toeslag gespecialiseerde epilepsie zorg (gez) laag

Z975

 € 44,52

Toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) midden

Z976

 € 76,69

Toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) hoog

Z977

 € 97,17

Toeslag nsfp

Z922

 € 225,48

Toeslag woonzorg ghz kind

Z978

 € 34,10

Toeslag woonzorg ghz jeugd

Z979

 € 20,78

Toeslag woonzorg ghz jong volwassen

Z980

 € 17,10

Toeslag woonzorg ggz jong volwassen

Z982

€ 161,54

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaar-de per uur

Toeslag gespecialiseerde behandelzorg

Z981

€ 118,90

 

11.7.2 Toeslagen bovenop dagbestedingscomponent van het zzp voor cliënten die de dagbesteding bij dezelfde aanbieder ontvangen als het verblijf.

 

11.7.2.1 Toeslag dagbesteding kind

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaar-de per dagdeel

Toeslag dagbesteding ghz kind – licht

Z913

 € 21,17

Toeslag dagbesteding ghz kind - midden

Z914

 € 25,93

Toeslag dagbesteding ghz kind - zwaar

Z915

 € 38,82

Toeslag dagbesteding ghz kind – vg5/vg8 midden emg

Z919

 € 65,31

 

11.7.2.2 Opslag kapitaallasten dagbesteding

zzp

Niet toegelaten voor bh

incl. dagbesteding

Prestatie-codes

Totaalwaarde per dag

vg

Z880

 € 8,53

lg

Z881

 € 10,72

zg

Z882

 € 8,97

1ggz-B

Z883

 € 3,30

2ggz-B

Z884

 € 3,21

3ggz-B

Z885

 € 3,30

4ggz-B

Z886

 € 3,07

5ggz-B

Z887

 € 3,68

6ggz-B

Z888

 € 2,91

7ggz-B

Z889

 € 3,68

 

 

11.7.2. 3 Opslag inventaris dagbesteding

zzp

Niet toegelaten voor bh

incl. dagbesteding

Prestatie-codes

Inventaris per dag

vg

Z890

       € 1,39

lg

Z891

 € 1,42

zg

Z892

 € 1,86

1ggz-B

Z893

 € 0,89

2ggz-B

Z894

 € 0,87

3ggz-B

Z895

 € 0,89

4ggz-B

Z896

 € 0,83

5ggz-B

Z897

 € 0,99

6ggz-B

Z898

 € 0,79

7ggz-B

Z899

 € 0,99

 

 

11.7.3 Toeslagen bovenop dagbestedingscomponent van het zzp voor cliënten die de dagbesteding bij een andere aanbieder ontvangen als het verblijf

11.7.3.1 Toeslagen dagbesteding kind

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaarde per dagdeel

Toeslag kind dagbesteding vg licht

H940

 € 21,17

Toeslag kind dagbesteding vg midden

H941

 € 25,93

Toeslag kind dagbesteding vg5/vg8 midden emg

H942

 € 65,31

Toeslag kind dagbesteding vg zwaar

H943

 € 38,82

Toeslag kind dagbesteding lg licht

H950

 € 21,17

Toeslag kind dagbesteding lg midden

H951

 € 25,93

Toeslag kind dagbesteding lg zwaar

H952

 € 38,82

Toeslag kind dagbesteding zg auditief licht

H960

 € 21,17

Toeslag kind dagbesteding zg auditief midden

H961

 € 25,93

Toeslag kind dagbesteding zg auditief zwaar

H962

 € 38,82

Toeslag kind dagbesteding zg visueel licht

H970

 € 21,17

Toeslag kind dagbesteding zg visueel midden

H971

 € 25,93

Toeslag kind dagbesteding zg visueel zwaar

H972

 € 38,82

 

11.7.3.2 Opslagen kapitaallasten en inventaris dagbesteding gehandicapten

 

Kapitaallasten dagbesteding gehandicapten

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaarde per dagdeel

Kapitaallasten dagbesteding vg

H908

 € 6,63

Kapitaallasten dagbesteding lg

H918

 € 10,72

Kapitaallasten dagbesteding zg

H928

 € 6,98

Kapitaallasten dagbesteding kind ghz

3

 € 16,19

3 De vergoeding voor kapitaallasten dagbesteding kind ghz (intramuraal) verloopt in 2016 via een opslag van 85% van € 16,19 op de afgesproken prijzen van de declarabele kind prestaties H940, H941, H942, H943, H950, H951, H952, H960, H961, H962, H970, H971 en H972.

 

Inventaris dagbesteding gehandicapten

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaarde per dagdeel

Inventaris dagbesteding vg

H909

 € 1,08

Inventaris dagbesteding lg

H919

 € 1,43

Inventaris dagbesteding zg

H929

 € 1,44

11.8 Opslag waardigheid en trots zzp vv4 t/m vv10

Prestatie

Prestatie-

Codes

Totaalwaarde per dag

Opslag waardigheid en trots zzp 4vv excl. bh

WZ041

€ 2,01

Opslag waardigheid en trots zzp 5vv excl. bh

WZ051

€ 2,75

Opslag waardigheid en trots zzp 6vv excl. bh

WZ061

€ 2,76

Opslag waardigheid en trots zzp 7vv excl. bh

WZ071

€ 3,24

Opslag waardigheid en trots zzp 8vv excl. bh

WZ081

€ 3,78

Opslag waardigheid en trots zzp 9bvv excl. bh

WZ095

€ 2,68

Opslag waardigheid en trots zzp 10vv excl. bh

WZ101

€ 4,14

Opslag waardigheid en trots zzp 4vv incl. bh

WZ043

€ 2,45

Opslag waardigheid en trots zzp 5vv incl. bh

WZ053

€ 3,22

Opslag waardigheid en trots zzp 6vv incl. bh

WZ063

€ 3,22

Opslag waardigheid en trots zzp 7vv incl. bh

WZ073

€ 3,84

Opslag waardigheid en trots zzp 8vv incl. bh

WZ083

€ 4,38

Opslag waardigheid en trots zzp 9bvv incl. bh

WZ097

€ 3,82

Opslag waardigheid en trots zzp 10vv incl. bh

WZ103

€ 4,74

11.9 Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen

Prestatie

Prestatiecode

Totaalwaarde per aanbieder

Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen

KW001

Vrij

12. Overgangsregeling ketenafspraak ggz-b

Zorgkantoren en zorgaanbieders mogen voor de groep cliënten met een ggz-b indicatie op 31 december 2014 en op dat moment woonachtig op een ggz-c plek bij een zorgaanbieder die niet is toegelaten voor behandeling (beschermd wonen), deze zorg voor de jaren 2015, 2016 en 2017 inkopen op basis van een ggz-b pakket. Het tarief waarvoor de zorg mag worden ingekocht is maximaal het ggz-c tarief zoals opgenomen in de beleidsregel CA-300-579.

13. Beëindiging oude beleidsregel

De Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaarte­pakketten, met kenmerk BR/REG-17137e, wordt vervangen door onderhavige beleidsregel.

14. Overgangsbepaling

De Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaarte­pakketten, met kenmerk CA-BR-1607c , blijft van toepassing op besluiten en aangelegenheden die hun grondslag vinden in die beleidsregel en die betrekking hebben op de periode waarvoor die beleidsregel gold.

15. Inwerkingtreding en citeerregel

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de mededeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

 

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als: Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten.

TOELICHTING

Wijziging ten opzichte van vorige beleidsregel

In de voorlopige kaderbrief Wlz 2018 van 6 juli 2017 (met kenmerk 1150543-165016-LZ) wordt door het ministerie van VWS vanaf 2017 een extra bedrag van structureel € 100 miljoen beschikbaar gesteld voor het kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Het gaat hierbij om cliënten met een VV 4-profiel en hoger die zorg ontvangen en van wie die zorg bekostigd wordt via een zorgzwaartepakket (zzp) of een volledig pakket thuis (vpt).

 

Het extra beschikbaar gestelde bedrag is in deze beleidsregel verwerkt in de maximum beleidsregelwaarden zzp vv-4 tot en met zzp vv-10.

 

Inleiding

Vanaf 1 januari 2009 is in de intramurale zorg sprake van bekostiging door middel van zorgzwaartepakketten (zzp’s). De bekostigingswijze houdt in dat zorgaanbieders bekostigd worden op basis van de zorgzwaarte van de cliëntpopulatie. Het doel van de zzp’s is om cliënten met een verblijfsindicatie een pakket te geven dat past bij hun zorgzwaarte. Op deze manier kan ruimte worden geboden om in samenspraak met de cliënt keuzes te maken over de precieze invulling van de benodigde zorg en ondersteuning.

 

Deze beleidsregel bevat de prestatiebeschrijvingen en tarieven van de zzp’s alsmede de toeslagen die naast de zzp’s van toepassing zijn. Deze (zzp) prestaties zijn op twee cliëntgroepen van toepassen:

  1. De cliënten die op 31 december 2014 beschikken over een AWBZ zzp-indicatie.
  2. De cliënten die vanaf 2015 beschikken over een Wlz-indicatie in termen van alleen een zorgprofiel.

 

De prestatiebeschrijvingen die de NZa vaststelt, het onderste deel van een zzp waarin de functies, uren en verblijfskenmerken genoemd staan, sluiten op beide hierboven genoemde cliëntgroepen aan. Voor een cliënt met een Wlz-indicatie in termen van een profiel, is ook een zzp prestatie en tarief van toepassing. De prestatie en tariefstelling voor cliënten die in 2015 beschikken over een indicatie in termen van alleen een Wlz-zorgprofiel is gelijk aan de werkwijze zoals die wordt gehanteerd bij de zzp’s voor cliënten die beschikken over een Wlz–zzp indicatie.

In bijlage 1 is een lijst opgenomen waarin de nieuwe Wlz-zorgprofielen gekoppeld zijn aan de Wlz-zzp’s, omdat in deze beleidsregel nog gesproken wordt van financiering op basis van zzp’s. Deze bijlage maakt onlosmakelijk deel uit van deze beleidsregel.

 

Deze beleidsregel omvat met ingang van 2015 ook de afzonderlijke dagbestedingsprestaties en tarieven die tot en met 2014 onderdeel waren van de beleidsregel ‘Prestatiebeschrijving en tarieven dagbesteding en vervoer AWBZ’. Het betreft alleen de dagbestedingsprestaties voor cliënten die aanspraak hebben op dagbesteding op grond van de Wlz en verblijven in een instelling. De reikwijdte van deze beleidsregel is daarom vanaf 2015 aangepast.

 

Vanwege de budgetneutrale invoering van zzp-meerzorg voor de sectoren vv en ggz, zijn de beleidsregelwaarden van de basisprestaties in deze twee sectoren gekort met respectievelijk 0,45% en 3,64%. Het betreft de volgende prestaties: zzp 1vv t/m 10vv, vpt 1vv t/m 10vv en ggz-b 1 t/m7.

 

Toelichting per artikel

Artikel 5 Beleidsregelwaarden

Tot en met 2012 was sprake van beleidsregelwaarden met een bandbreedte. Met ingang van 2013 is sprake van maximale beleidsregelwaarden (maximum-tarieven). Dat betekent dat zorgaanbieders en zorgkantoren een tarief kunnen afspreken dat gelijk is aan of lager ligt dan de in deze beleidsregel genoemde waarden. Hier is geen ondergrens meer aan verbonden.

 

De beschikbare middelen voor de zorginkoop 2017 worden door de NZa onder voorbehoud van politieke besluitvorming in het najaar van 2016 vastgesteld op basis van de procedure zoals beschreven in de Beleidsregel budgettair kader Wlz. Deze bedragen zijn gebaseerd op de kaderbrief Voorlopig Budgettair kader contracteerruimte. De beleidsregelwaarden in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten zijn hiervan een afgeleide. De beleidsregelwaarden in deze beleidsregel zijn daarom voorlopig totdat in het najaar van 2016, na Prinsjesdag 2016, de inhoud van de aanwijzing ‘voorlopige contracteerruimte Wlz 2017’ bij de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft voorgehangen. Artikel 5.2 geeft een algemene beschrijving van de opbouw en de wijze van totstandkoming van de zzp–tarieven.

 

Op basis van artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel d, Wlz omvat zorg (zoals genoemd in artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel c, Wlz) tevens enkele materiële kosten. Deze kosten worden genoemd in artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel d, onder 3 t/m 6, Wlz en hebben betrekking op farmaceutische zorg, tandheelkundige zorg etc.

 

De tarieven zijn van toepassing op cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op zorg op grond van de Wlz, die deze zorg realiseren bij een zorgaanbieder. Hierbij zijn de volgende situaties te onderscheiden:

  1. Cliënt is geïndiceerd in een zorgprofiel op grond van de Wlz en Wlz-uitvoerder en zorgaanbieder spreken de levering van het hierbij passende zzp af;
  2. Cliënt is geïndiceerd in een zorgprofiel op grond van de Wlz maar Wlz-uitvoerder en zorgaanbieder spreken een ander zzp af dan past bij het profiel omdat de zorgaanbieder de prestatie niet levert.

 

Indien in de beleidsregel wordt gesproken over ‘geïndiceerd voor’ of ‘aangewezen op’ zorg op grond van de Wlz dan worden beide bovengenoemde situaties bedoeld.

 

Artikel 5.4 Tarieven in- of exclusief behandeling

De bekostiging van een zorgaanbieder is afhankelijk van de toelating die de zorgaanbieder heeft op grond van de Wet toelating zorginstellingen (WTZi) én de indicatie van de cliënt. Indien een zorgaanbieder geen toelating heeft voor behandeling, wordt de component behandeling van een zzp niet op grond van de Wlz bekostigd. In de tarieven van de zorgzwaartepakketten (exclusief behandeling) is wel rekening gehouden met de bekostiging van behandelaars op de achtergrond.

 

Artikel 5.5 Tarieven afhankelijk van een specifieke toelating van de zorgaanbieder

In dit artikel wordt een opsomming gegeven van de prestaties die alleen mogen worden afgesproken indien de zorgaanbieder over een juiste toelating beschikt op grond van artikel 5 van de WTZi.

 

Artikel 5.6 Tarieven in– of exclusief dagbesteding

Deze beleidsregel is van toepassing op zorgaanbieders waar cliënten hun verblijf en woonzorg en - indien van toepassing - behandeling realiseren. Deze beleidsregel is tevens van toepassing op zorgaanbieders toegelaten voor begeleiding zodat het mogelijk is om de dagbesteding af te nemen bij een andere aanbieder dan waar de cliënt verblijft. Dit artikel maakt het onderscheid tussen de zzp’s waarbij de dagbesteding een onlosmakelijk integraal onderdeel is van het zzp en de zzp’s waarbij dit niet het geval is. Indien de dagbesteding geen onlosmakelijk onderdeel is dan kan op grond van deze beleidsregel de dagbesteding en de woonzorg worden afgesproken in de vorm van een integraal pakket maar ook in de vorm van afzonderlijke woonzorg- en dagbestedingsprestaties. Dit laatste faciliteert de mogelijkheid om geen dagbesteding te leveren aan cliënten die dit niet behoeven of de dagbesteding af te nemen bij een andere aanbieder dan de instelling waar de cliënt het verblijf of het vpt van ontvangt.

 

Met ingang van 2015 is het niet meer mogelijk om voor cliënten die zijn aangewezen op zzp-b prestaties inclusief dagbesteding de dagbestedingsprestaties afzonderlijk van de woonzorgprestaties af te spreken. Deze wijziging is ingevoerd zodat de voorwaarden die van toepassing zijn voor Wlz gelijk zijn aan die van de Zvw.

 

Artikel 5.7 Opslag kapitaallasten dagbesteding en inventaris dagbesteding

Voor zorgaanbieders die zijn toegelaten voor behandeling is het mogelijk om de kapitaallastencomponent voor de dagbesteding, middels de opslag kapitaallasten, af te spreken. De voorwaarde hierbij is dat de kapitaallasten niet op andere wijze worden vergoed.

 

In november 2009 is de beleidsregel aangepast voor cliënten die zijn aangewezen op een ggz-b pakket met dagbesteding en verblijven op een plaats niet toegelaten voor behandeling. De beleidsregel is verruimd met de mogelijkheid tot het in rekening brengen van de opslag kapitaallasten voor de dagbesteding. Hierdoor is het mogelijk dat zorgaanbieders die geen vergoeding voor kapitaallasten middels de nacalculatie krijgen hiervoor een component af kunnen spreken.

 

De kinderdagcentra en zorgaanbieders die zijn toegelaten voor behandeling vielen voor 2009 onder het bouwregime van de WTZi. Voor investeringen in deze voorzieningen was toestemming vereist van de Minister. Op basis van deze toestemming vond vervolgens nacalculatie plaats op de hiervoor in het budget opgenomen kapitaallasten.

 

Met afschaffing van het bouwregime is het nog steeds mogelijk voor bovengenoemde zorgaanbieders, de kapitaallasten door middel van de nacalculatie op te nemen in het budget.

 

Dit gebeurt op basis van de nieuwe regelgeving omtrent de kapitaallasten. Voor deze zorgaanbieders is het dus niet mogelijk de opslag voor kapitaallasten dagbesteding af te spreken.

 

De vanaf 1 januari 2012 geldende nhc’s kennen een modulaire opbouw. Zowel voor de zorgvormen behandeling als dagbesteding gelden gedifferentieerde nhc-componenten. Ook de (opslag) kapitaalslasten dagbesteding is vanaf 2013 opgenomen in het invoertraject integrale tarieven Wlz.

 

Gedurende het bestaande overgangstraject tot 2018 wordt overgegaan naar de nhc-vergoeding. In deze periode wordt de huidige vergoeding in de vorm van de opslag kapitaallasten geleidelijk afgebouwd. De energiekosten, onderhoudskosten en inventariskosten zijn geen onderdeel van de normatieve huisvesting component en vormen geen onderdeel van het invoertraject.

 

De energiekosten, onderhoudskosten en inventariskosten zijn geen onderdeel van de normatieve huisvesting component. Omdat de energie- en onderhoudskosten al zijn opgenomen in de zzp-vergoeding voor de materiële kosten is de opslag kapitaallasten nu alsnog hiervoor geschoond. De energie- en onderhoudskosten zijn vanaf 2013 niet meer opgenomen in de opslag.

 

De inventariskosten zijn uit de opslag kapitaallasten gehaald en apart gepresenteerd in artikel 10.7.2.3.

 

Artikel 5.8 Prestatie vervoer bij dagbesteding

Deze vergoeding is bedoeld voor het medisch noodzakelijk vervoer van en naar de locatie waar de dagbesteding wordt aangeboden. Het onderdeel vervoer heeft uitsluitend betrekking op cliëntenvervoer. Al het overige vervoer (bijvoorbeeld intern transport) valt buiten het bereik van deze prestatie.

 

De in deze beleidsregel opgenomen bepaling en bijbehorende tarieven met betrekking tot vervoer zijn gebaseerd op de Aanwijzing Contracteerruimte 2013 van 19 november 2012 en de daarop volgende Aanwijzing inzake vervoerskosten van 23 april 2013.

 

Voor het bepalen van de hoogte van de vervoerstarieven is ervan uitgegaan dat de aanbieders een efficiëntieslag maken door o.a. de organisatie van het vervoer, een betere bedrijfsvoering, maar ook door het anders invullen van de aanspraken.

 

Artikel 6 Prestatiebeschrijvingen basisprestaties

Artikel 6.1 Prestatiebeschrijvingen zorgzwaartepakketten

De Staatssecretaris van VWS stelt de zorgprofielen voor 2017 vast. De prestatiebeschrijvingen van de zzp’s zijn opgenomen als bijlage bij de beleidsregel.

 

De wijze waarop het uurbedrag per zorgvorm is berekend, is vastgelegd in hoofdstuk 3 van het rapport ‘Indicatieve prijzen zorgzwaartepakketten’ (juni 2007, NZa) en het jaarlijkse Overzicht uren en prijzen.

 

Artikel 6.2 Prestatiebeschrijvingen basisprestaties

Artikel 6.2.1     Mutatiedag v&v

Binnen de sector v&v kunnen er mutatiedagen bij overlijden of verhuizen van een cliënt worden gedeclareerd. Voor de bekostiging van de dagen leegstand kan tussen zorgkantoor en zorgaanbieder de prestatie mutatiedag worden afgesproken. Het werkelijke aantal mutatiedagen, met een maximum van 13 dagen, kan als mutatiedag opgenomen worden.

 

Artikel 6.2.2     Spoedzorg

De prestatie crisisopvang/spoedzorg maakt het mogelijk te voorzien in zorg met een spoedeisend karakter. Deze prestatie geldt zowel voor de dagen dat er een cliënt aanwezig is op een bed, als op de dagen waarop het bed niet bezet is, maar wel beschikbaar. In de praktijk betekent dit:

 

  1. Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders maken in het budgetformulier productieafspraken over de hoeveelheid crisisdagen en het bijbehorende tarief.
  2. De zorgaanbieder moet de werkelijk geleverde spoedzorgdagen (het bed is bezet) declareren tegen het tarief crisisdag. Men declareert op cliëntniveau de dagen dat het bed bezet was. De beschikbaarheidscomponent ofwel dagen dat het bed niet bezet was worden op prestatieniveau, zonder cliëntkenmerk (naam, Burgerservicenummer etc.), gedeclareerd.
  3. Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders vermelden bij de nacalculatie (op de productie) het aantal gerealiseerde dagen uitgesplitst naar dagen waarop het crisisbed bezet of leeg was.

 

Crisisopvang/spoedzorg kan worden afgesproken bij de productieafspraken en bij de herschikking. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om te sturen op de behoefte aan het aantal crisisbedden.

 

Artikel 6.2.3.    Verblijfscomponent niet-geïndiceerde partner

Indien een verzekerde aanspraak heeft op verblijf ten laste van de Wlz, maar niet is geïndiceerd voor zorg zoals de niet-geïndiceerde partner, kan bij verblijf bij een intramurale zorgaanbieder de prestatie verblijfscomponent worden afgesproken. Deze component omvat ondermeer de huishoudelijke verzorging, het keukenpersoneel, de facilitaire dienst, de dagelijkse welzijnsactiviteiten en de voeding- en hotelmatige kosten. Deze component kan alleen worden afgesproken voor de niet-geïndiceerde partner in een instelling.

 

Een niet-geïndiceerde partner is een partner van een geïndiceerde verzekerde met een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, die tegelijkertijd met de geïndiceerde partner kan worden opgenomen bij een zorgaanbieder.

 

Artikel  6.2.4    Klinisch intensieve behandeling (kib)

De prestatie is alleen van toepassing op cliënten die zijn aangewezen op een ggz b zzp. De beleidsregels WTZi (van het Ministerie van VWS) zijn in oktober 2009 aangepast. In de nieuwe beleidsregels WTZi is aangegeven dat voorzieningen voor chronische zorg in een kib setting in ontwikkeling zijn en dat hiervoor dezelfde beperkingen gelden als voor de kortdurende kib zorg. Daarom is met ingang van 2011 de beperking dat de toeslag niet langer dan twee jaar in rekening kan worden gebracht niet meer van toepassing.

 

Artikel 6.2.6 Logeren

De tarieven voor de logeerpretaties zijn o.a gebaseerd op het onderzoek Logeren in de AWBZ. Uit het onderzoek blijkt dat gemiddeld meer zorg bij logeren wordt geboden dan bij langdurig verblijf. Deze meer zorg is verdisconteerd in de onderzochte kostprijzen en daarmee ook in de tarieven. De toeslagen die wel in combinatie met een zzp in rekening kunnen worden gebracht zijn daarom niet van toepassing op logeren. De tarieven houden ook rekening met een lager bezettingspercentage dan de tarieven die worden toepast bij langdurig verblijf.

De definitie van een dag logeeropvang zoals gespecificeerd in artikel 4.3 verschilt van de zzp’s. De dag van opname kan alleen worden gedeclareerd indien de opname voor 20.00 uur heeft plaatsgevonden. De (kalender)dag van ontslag mag altijd in rekening worden gebracht ongeacht of het ontslag om 9.00 uur was of om 21.00 uur. De NZa heeft het tijdstip van ontslag niet gepreciseerd omdat dan ook een tijdregistratie moet plaatsvinden door aanbieders.

 

Artikel 7 Prestatiebeschrijvingen toeslagen

Artikel 7.1 Toeslag Huntington

Met ingang van 2011 is de toeslag Huntington geïntroduceerd. De toeslag is gebaseerd op het rapport Onderbouwing meerkosten Huntington, mei 2010.

 

Artikel 7.2 Toeslag cerebrovasculair accident (cva)

Deze toeslag kan door zorgkantoor en zorgaanbieder worden overeengekomen voor cliënten met de diagnose cva. Voor de cliënten wordt een opslag op het tarief van het pakket zzp vv-9b voor de verpleging en verzorging toegepast. In aansluiting op de huidige werkwijze is deze toeslag van toepassing gedurende de eerste 8 weken van de revalidatiezorg voor deze specifieke doelgroep. Er is geen specifieke toelating door de toelatende instantie (VWS, Cibg) nodig om deze toeslag af te kunnen spreken

 

Artikel 7.3 Toeslag invasieve beademing (ib)

In 2010 was sprake van een tijdelijke toeslag die was gebaseerd op de toeslagen en prestaties voor ademhaling die tot en met 2009 golden. Een onderzoek is uitgevoerd om een goede bekostiging voor ademhalingsondersteuning te ontwikkelen. Per 2011 is een nieuwe toeslag voor tracheostomale beademing ingevoerd. Deze toeslag is gebaseerd op het rapport Chronische ademhalingsondersteuning in de zzp-systematiek, mei 2010. Per 2016 is de voorwaarde toegevoegd dat voldaan moet zijn aan de voorwaarden van de veldnorm chronische beademing.

 

Artikel 7.4 Toeslag non-invasieve beademing

Uit onderzoek van HHM (2011) blijkt dat de basis zzp-bekostiging voor cliënten met non-invasieve ademhalingsondersteuning gemiddeld niet voldoende is om de juiste zorg te leveren. Om dit gat in de bekostiging op te lossen is vanaf 2012 deze toeslag geïntroduceerd. De toeslag is gebaseerd op het onderzoek Chronische ademhalingsondersteuning in de zzp-systematiek ‘Doelgroep non-invasief’ van onderzoeksbureau HHM. Per 2016 is de voorwaarde toegevoegd dat voldaan moet zijn aan de voorwaarden van de veldnorm chronische beademing.

 

Artikel 7.5 Toeslag multifunctioneel centrum (mfc)

De toeslag mfc is gekoppeld aan een specifieke toelating die door de toelatende instantie is afgegeven. Deze toeslag kan daarom slechts door de Wlz-uitvoerder en zorgaanbieder worden afgesproken indien er ook een toelating aan ten grondslag ligt. Met betrekking tot de maximale duur dat de toeslag van toepassing is, liet de prestatiebeschrijving 2010 een grote wijziging zien ten opzichte van 2009. De maximale duur was aangepast aan de huidige praktijk. Naar de grote verschillen in de huidige praktijk is in 2009 een onderzoek gestart. Per 2011 is het doel van de zorg en de duur dat de toeslag in rekening kan worden gebracht aangescherpt naar de huidige maatstaven van verantwoorde zorgverlening.

 

Artikel 7.6 Toeslag observatie

Met betrekking tot de maximale duur dat de toeslag van toepassing is, liet de prestatiebeschrijving 2010 een grote wijziging zien ten opzichte van 2009. De maximale duur was verwijderd. Naar de verschillende wijze waarop in de huidige praktijk observatie wordt toegepast is in 2009 een onderzoek gestart. Per 2011 is het doel van de zorg en de duur dat de toeslag in rekening kan worden gebracht aangescherpt naar de huidige maatstaven van verantwoorde zorgverlening. Bij de introductie van de Toeslag Observatie is als voorwaarde gesteld dat de cliënt niet ouder mag zijn dan achttien jaar om voor deze toeslag in aanmerking te komen. Vanaf 2012 is deze voorwaarde komen te vervallen.

 

Vanaf 2013 is de set zzp’s waarvoor deze toeslag van toepassing is aangescherpt. De lagere zzp’s (vg-1, vg-2, vg-3, vg-4, lvg-1, lvg-2) zijn komen te vervallen. In de praktijk blijkt dat de cliëntprofielen van de cliënten die in aanmerking komen voor deze lagere zzp 's minder complex zijn en er nauwelijks sprake is van comorbiditeit (een verwevenheid van problemen). Wanneer er vragen zijn ten aanzien van cliënten met deze zzp 's is enkelvoudige, kortdurende diagnostiek en observatie (vaak door één discipline) voldoende.

 

Artikelen 7.7 – 7.9 Toeslagen gespecialiseerde epilepsiezorg

In 2009 en 2010 heeft een onderzoek plaatsgevonden naar epilepsiezorg. Op basis van het rapport Gespecialiseerde epilepsiezorg in de zzp/systematiek, mei 2010 zijn drie toeslagen ontwikkeld die met ingang van 2011 zijn ingevoerd.

 

Artikel 7.10 Toeslag niet-strafrechtelijke forensische psychiatrie (nsfp)

Een forensisch psychiatrische kliniek (fpk) is een gespecialiseerde gesloten voorziening voor geestelijke gezondheidszorg met een (in oorsprong) uitsluitend klinisch aanbod voor personen met een behoefte aan zorg en behandeling in strafrechtelijk kader. Voor cliënten in een fpk is strenge beveiliging en een hoge tot zeer hoge behandelintensiteit noodzakelijk. Voor de cliënten in zorg in de fpk’s zijn de huidige zzp’s niet toereikend. Om dit gat in de bekostiging te dichten is met ingang van 2012 de toeslag nsfp geïntroduceerd. De toeslag is bedoeld voor de bekostiging van zorg die wordt geboden door een instelling die door Justitie (DJI) gecontracteerd is als fpk.

 

Artikelen 7.11 – 7.13 Toeslagen woonzorg gehandicaptenzorg

In 2009 en 2010 heeft onderzoek plaatsgevonden naar de zorg voor volwassenen en kinderen in de ghz. Op basis van het rapport Kinderen en jeugdigen in de zzp systematiek (gz) mei 2009 is een toeslag voor kinderen ontwikkeld die met ingang van 2011 is ingevoerd.

 

De toeslag wordt gebruikt om de gebruikelijke zorg te bekostigen die elk kind behoeft, omdat een kind bijvoorbeeld nog niet zelf zich kan aankleden, wassen et cetera. Het betreft die activiteiten die ouders normaliter uitvoeren gedurende de opvoeding van het kind. De zorg noodzakelijk als gevolg van de beperkingen van het kind wordt bekostigd op basis van zzp’s. De toeslag is gedifferentieerd naar drie leeftijdscategorieën.

 

Artikel 7.14 Toeslag dagbesteding gehandicaptenzorg kind

In het rapport ‘Elke dag goed besteed’ heeft de NZa een aparte kindtoeslag voorgesteld. De dagbesteding voor kinderen bevat een opvoedings- en ontwikkelingselement dat een speciale toeslag en een hoger tarief rechtvaardigt. Om pragmatische reden is afgezien van de introductie van per subsector verschillende kindtoeslagen. Gekozen is voor één kindtoeslag met modulaire opbouw die voor alle sectoren in de gehandicaptenzorg hetzelfde is.

 

Artikel 7.15 Toeslag dagbesteding gehandicaptenzorg kind vg5/vg8 midden emg

Voor kinderen met een ernstige meervoudige beperking is per 2010 een afzonderlijke toeslag van toepassing.

 

Artikel 7.16 Toeslag gespecialiseerde behandelzorg

De toeslag gespecialiseerde behandelzorg is bedoeld voor cliënten met een verstandelijke beperking en ernstige gedragsproblemen en/of psychiatrische aandoeningen. Deze cliënten verblijven in een vg-instelling. De toeslag maakt het mogelijk tijdelijke zorg op het snijvlak van vg-ggz te bekostigen. Deze zorg wordt afgesproken, geleverd en gedeclareerd door een zorgaanbieder met erkende deskundigheid op het gebied van specialistische en multidisciplinaire behandeling die qua zwaarte vergelijkbaar is met sglvg. Dit zijn bijvoorbeeld de specifieke sglvg-behandelzorgaanbieders of andere aanbieders met een expertisecentrum op dit gebied.

 

Uitgesloten moet zijn dat een ander passend zzp voor handen is en/of dat de Meerzorg een oplossing biedt, alvorens de toeslag gespecialiseerde behandelzorg ingezet wordt.

 

Artikel 7.17 Toeslagen woonzorg jong volwassenen ggz

In 2011 heeft onderzoek plaatsgevonden naar de zorg voor volwassenen en kinderen in de ggz. Op basis van het rapport Kinderen en jeugdigen in de zzp systematiek (ggz) en aanvullend onderzoek is een toeslag voor jong volwassenen ontwikkeld. De toeslag wordt met ingang van 2017 ingevoerd. Uit de gegevens bleek dat jong volwassenen substantieel meer zorg en behandeling ontvingen. Bij de doelgroep is de ontwikkeling tot een volwassen persoon vaak verstoord. Daarom ligt er een sterke nadruk op het aanleren van vaardigheden ten behoeve van en (meer) zelfstandig leven.

 

Artikel 8 Middelen waardigheid en trots

De middelen waardigheid en trots zijn in deze beleidsregel opgenomen als opslag voor zzp vv4 t/m vv10. Het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder toetst het plan voor waardigheid en trots alleen op instemming van de CCR, de OR en indien aanwezig de VAR. Het betreft geen inhoudelijke toets.

 

De opslag is direct gekoppeld aan het aantal zzp’s op basis van de budgetronde, herschikkingsronde en nacalculatie. Als bij de nacalculatie sprake is van overproductie, dan wordt slechts de opslag vergoed van de gehonoreerde overproductie. De regels rondom overproductie zijn vermeld in de beleidregel ‘Nacalculatie 2017’.

 

Artikel 9 Kwaliteitsimpuls verpleeghuizen

Deze vergoeding is bedoeld om de kwaliteit van verpleeghuizen en daarmee de situatie voor cliënten en zorgmedewerkers aantoonbaar te verbeteren. De middelen zijn beschikbaar gesteld voor verpleeghuizen waar sprake is van kwaliteitsproblemen. De zorgkantoren hebben hierin de coördinerende rol en nemen de besluiten. De aanbieder is verantwoordelijk voor het voorstel aan maatregelen dat zij bij het zorgkantoor/Wlz-uitvoerder indient.

 

Voor het bepalen van de hoogte van de middelen per zorginstelling besluiten de zorgkantoren/Wlz-uitvoerders op basis van de procedure welke locaties een deel van de beschikbare middelen toegekend krijgen en dienen een tweezijdig verzoek bij de NZa in voor het vaststellen van een tarief behorend bij de presatiebeschrijving. Er is sprake van een prestatie tegen vergoeding. De NZa toetst de verzoeken aan de hand van de beleidsregel en geformuleerde prestaties voor toekenning van de middelen en zendt het besluit toe. Het zal uiteindelijk volledig transparant zijn welke zorgaanbieders gebruik maken van de kwaliteitsimpuls. De inzet van de middelen wordt geëvalueerd in het kwaliteitsverslag en –plan dat locaties opstellen.  

 

Artikel 10 Aan- en afwezigheid

Zorgaanbieders declareren de prestaties voor zover deze daadwerkelijk - rekening houdend met een zekere bandbreedte in de uren- zijn geleverd. De uitzonderingen hierop zijn in dit onderdeel opgenomen.Het is niet toegestaan om de toeslagen als bedoeld in artikel 7 tijdens afwezigheid te declareren.

 

Met ingang van 2017 zijn de aan en afwezigheidsregels gewijzigd. De basisprestaties mogen ook in rekening worden gebracht wanneer de cliënt voor een van de situaties zoals genoemd in artikel 10.2 onder a tijdelijk verblijft op een andere locatie van de zorgaanbieder binnen dezelfde rechtspersoon.

 

Artikel 11.8 Opslag waardigheid en trots zzp vv4 t/m vv10

De opslagen waardigheid en trots zijn berekend op basis van de beschikbare middelen voor de Opslagen waardigheid en trots (in 2017: € 130 miljoen) en de afgesproken aantallen zzp/vpt vv4 t/m 10 van de herschikking 2015. Het opslagpercentage voor 2017 bedraagt 1,69%.  

Bovenvermeld opslagpercentage is als volgt berekend:

  • De aantallen van de desbetreffende zzp’s en vpt’s (herschikking 2015) worden vermenigvuldigd met de maximale beleidsregelwaarden 2017 van de desbetreffende zzp’s en vpt’s. Op deze manier ontstaat een financieel totaalbedrag voor deze zzp’s en vpt’s.
  • Het totale kader voor de Opslagen waardigheid en trots (€ 130 miljoen) wordt vervolgens gedeeld door dit financieel totaalbedrag van de desbetreffende zzp’s en vpt’s.

 

Voorbeeldberekening van een opslag:

De maximale beleidsregelwaarde voor zzp vv4 exclusief behandeling is € 118,71. Het generieke opslagpercentage voor 2016 bedraagt 1,69%. De opslag waardigheid en trots zzp vv4 exclusief behandeling bedraagt € 2,01 (1,69% x € 118,71).

 

Artikel 12 Overgangsregeling ketenafspraak ggz-b clienten

Cliënten met een zzp b indicatie (op 31 december 2014) die verblijven in een woonvoorziening die niet is toegelaten voor behandeling en zorg op basis van een zzp c geleverd krijgen, kunnen in 2015, 2016 en 2017 dezelfde zorg afnemen welke gedeclareerd wordt als een zzp b waarvoor een zzp c tarief wordt afgesproken. Deze afspraak is vastgeled in de brief van VWS ‘Ketenafspraak bekostiging groep ggz-b cliënten in beschermd wonen’ enen de brief ‘Ketenafspraken bekostiging groep ggz-b cliënten in Beschermd Wonen’ van 23 oktober 2015 (kenmerk 143240).

 

De zzp c zorg is per 2015 overgeheveld van de AWBZ naar de Wmo en wordt uitgevoerd door de gemeente. Doordat er op basis van indicaties is overgeheveld, zijn de middelen voor de groep met een zzp b indicatie die een zzp c afneemt niet overgeheveld naar de gemeente. Om de continuïteit van zorg te borgen, komt voor 2015, 2016 en 2017 de zorg nog ten laste van de Wlz door de zorg af te spreken op een zzp b prestatie met zzp c tarief. Zorgaanbieders die voor deze cliënten in de Wlz afspraken willen maken, zullen dit apart moeten aangeven bij de productieafspraak 2017. Voor 2018 zal moeten worden bezien of deze cliënten overgeheveld moeten worden naar de Wmo. Indien de zorgvraag van de cliënt verblijf met begeleiding is (zzp c) dan worden de middelen overgeheveld naar de Wmo. Indien blijkt dat de zorgvraag verblijf met behandeling is (zzp b) dan zal de feitelijke zorglevering aan de cliënt moeten overeenkomen met de zorgvraag. Indien de zorgaanbieder niet in staat is om tegemoet te komen aan de zorgvraag van de cliënt en waarvoor deze cliënt geïndiceerd is, zal het zorgkantoor vanaf 2018 ervoor moeten zorgdragen dat de cliënt op zodanige wijze zorg ontvangt dat recht wordt gedaan aan zijn zorgbehoefte.

Inhoudsopgave

Alles dichtklappenAlles openklappen

Bijlagen

Naar boven