nummer: 12/3975/GA
betreft: [klager] datum: 23 april 2013
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
de directeur van de locatie De Berg te Arnhem,
gericht tegen een uitspraak van 14 december 2012 van de beklagcommissie bij voormelde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 5 maart 2013, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Hoogeveen, zijn gehoord klager en [...], plv. vestigingsdirecteur.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een disciplinaire straf van drie dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel zonder televisie, wegens een positieve urinecontrole.
De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De directeur verwijst naar een uitspraak van de beroepscommissie van 29 augustus 2012, 12/1248/GA, en informatie afkomstig van het laboratorium ‘Diagnostiek voor U’. Voor de beoordeling of sprake is geweest van bijgebruik, sinds het moment waarop de
vorige urinecontrole is afgenomen, dient te worden gekeken naar de verhouding tussen THC-waarde en de kreatinine-waarde (THC-kreatinine ratio). Voor berekeningen over bijgebruik van softdrugs wordt door ‘Diagnostiek voor U’ gebruikgemaakt van een
halfwaardetijd van THC van 36 uur. Dit betekent dat na elke 36 uur de THC-kreatinine ratio moet zijn gehalveerd.
Uit de uitslag van de op 3 oktober 2012 afgenomen urinecontrole bleek dat klager op dat moment een THC-kratinine ratio had van 45.6. Op 28 oktober 2012 is bij klager weer een urinecontrole afgenomen. Uit de uitslag blijkt dat klager op dat moment een
THC-kreatinine ratio had van 9.10. Gezien het voorgaande is het aannemelijk dat klager in de periode van 3 tot 28 oktober 2012 (ongeveer 600 uur heeft bij gebruikt.
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager geeft aan dat hij de eerste maanden van zijn detentie geen softdrugs heeft gebruikt. Klager rookte voor zijn detentie ongeveer drie joints per dag. Volgens klager duurt het zes weken voordat de cannabis uit de urine is verdwenen. Op 28 maart
2013
eindigt klagers detentie.
3. De beoordeling
De locatie De Berg te Arnhem laat, evenals de andere penitentiaire inrichtingen, de in het kader van bij urinecontroles afgenomen urinemonsters onderzoeken door het laboratorium ‘Diagnostiek voor U’. Uit informatie van ‘Diagnostiek voor U’ blijkt dat
het laboratorium voor de THC-kreatinine ratio uit gaat van een halfwaardetijd van 20 -36 uur. Deze tijd is gebaseerd op wetenschappelijke literatuur en (inter)nationale richtlijnen. Voor berekeningen over bijgebruik maakt genoemd laboratorium gebruik
van een halfwaardetijd van 36 uur. Dit is de meest ruime, op de literatuur gebaseerde waarde. Deze waarde is in het voordeel van de persoon in kwestie en houdt redelijkerwijs rekening met hogere vetpercentages. De halfwaardetijd geeft de tijd in uren
weer die nodig is om de oorspronkelijke waarde te halveren.
De beroepscommissie verwijst naar haar eerdere uitspraken van 29 augustus 2012, 12/1284/GA, en 12 november 2012, 12/1913/GA, waarin voor de vaststelling van bijgebruik wordt uitgegaan van een halfwaardetijd van 36 uur.
De beroepscommissie overweegt dat bij klager na de urinecontrole van 3 oktober 2012, waarbij een THC-kreatinine ratio van 45.6 is aangetoond, op 28 oktober 2012 opnieuw een urinecontrole is afgenomen, waarbij een THC-kreatinine ratio van 9.10 is
aangetoond. Nu de THC-kreatinine ratio na telkens 36 uur moet zijn gehalveerd, acht de beroepscommissie het op basis van bovengenoemde uitslagen van de bij klager afgenomen urinecontroles aannemelijk dat klager in de periode tussen 3 oktober 2012 en 28
oktober 2012, ongeveer 25 dagen (600 uur) softdrugs heeft (bij)gebruikt. Gelet op het vorenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat de bestreden beslissing van de directeur niet kan worden aangemerkt als onredelijk en onbillijk. Het beroep zal
derhalve gegrond worden verklaard, de uitspraak van de beklagcommissie zal worden vernietigd en het beklag zal alsnog ongegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten,
voorzitter, mr. U.P. Burke en mr. G.M. Mohanlal, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 23 april 2013
secretaris voorzitter