Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3458/TA, 18 maart 2013, beroep
Uitspraakdatum:18-03-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/3458/TA

betreft: [klager] datum: 19 maart 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 22 oktober 2012 van de beklagcommissie bij het FPC 2Landen te Utrecht, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 24 januari 2013, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], juridisch medewerker.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de beslissing om de vergoeding voor klagers reiskosten voor sociaal verlof te beperken tot eenmaal per zes weken.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Hij heeft transmuraal verlof en woont in een resocialisatiehuis naast de inrichting. Hij werkt vier dagen per week. Eind augustus is aangekondigd dat de
reiskostenvergoeding voor sociaal verlof zou worden beperkt tot eenmaal per zes weken. Hij is hier per brief van op de hoogte gesteld. Die brief gold voor klager en zijn huisgenoot. De wijziging zou direct ingaan.
In die tijd werkte klager een paar dagdelen per week in Utrecht. Zijn netwerk, ouders, broer en zus wonen in Den Haag en Leidschendam. Hij wil hen graag eenmaal per week bezoeken. Klager heeft met FPC 2Landen afgesproken dat hij tweemaal per week
buiten
Utrecht en vijfmaal per week binnen Utrecht met sociaal verlof mag. Als hij tweemaal per week naar zijn netwerk zou gaan, zijn de reiskosten voor klager niet te dragen.
Het plan is dat zijn tbs voorwaardelijk zal worden beëindigd. Zijn proefverlof zal in Tilburg plaatsvinden waar hij gaat wonen. Hij heeft geen vrienden of bekenden in Tilburg en wil graag kijken hoe de stad eruit ziet. Dit is voor de inrichting niet
specifiek genoeg. Hij is tweemaal in Tilburg geweest. Hij heeft eenmaal contact met de reclassering gehad, maar nog niet met de reclassering Tilburg.
Klager heeft meerdere keren geprobeerd om voor sociaal verlof meer dan eenmaal per zes weken een reiskostenvergoeding aan te vragen. Dit is maar eenmaal gelukt en eenmaal niet. Voor de verjaardag van zijn zusje kreeg hij geen reiskostenvergoeding, maar
wel voor zijn eigen verjaardag.
Er is verschil tussen transmuraal en begeleid verlof. Een tbs-gestelde met begeleid verlof bevindt zich in een heel andere fase. In klagers behandelplan is als doel opgenomen dat hij zijn netwerk moet verstevigen. Hij moet dan wel in staat worden
gesteld om naar zijn netwerk toe te gaan.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Niet bekend is wanneer het nieuwe beleid precies is ingegaan. Het speelde in augustus 2012. Het beleid geldt voor alle verloven
in
de inrichting, ook voor begeleide verloven. De inrichting bestaat sinds 2009 en had voor het eerst in 2012 twee verpleegden die met transmuraal verlof gingen. Voorheen waren er geen verpleegden die resocialisatieverlof hadden. Om die reden moest er
beleid voor worden gemaakt. Het beleid is vastgelegd, maar nog niet goedgekeurd door de OR. In het beleid zijn namelijk tevens de vergoedingen voor het personeel tijdens begeleide verloven opgenomen.
Verpleegden wordt gevraagd om resocialisatieverlof en sociaal verlof te combineren. Er moet overeenstemming zijn tussen de inrichting en de verpleegde. Klager heeft nog geen contact met de reclassering Tilburg gehad. Het staat nog niet vast dat klager
gaat resocialiseren in Tilburg. Zijn proefverlof wordt aangevraagd.
De brief waarbij klager geïnformeerd zou zijn over het nieuwe beleid is de juridisch medewerker niet bekend, maar zij zal dit nagaan in de inrichting en de brief aan de beroepscommissie overleggen. Voorts zal zij trachten om (het relevante deel uit)
het
() beleidsstuk aan de beroepscommissie over te leggen.

Op 1 februari 2013 is bericht van de juridisch medewerker van de inrichting ontvangen waaruit volgt dat zij navraag heeft gedaan in de inrichting maar dat het personeel niet bekend is met een brief aan klager, waarin het beleid zou worden aangekondigd.
Klager is verzocht om de brief aan de juridisch medewerker te verstrekken, maar dit is (nog) niet geschied. Voorts is een aantekening van de hoofdbehandelaar van 28 augustus 2012 en het beleidsplan ‘vergoedingen patiëntenverloven’ aan de
beroepscommissie overgelegd. Een afschrift van deze stukken is door het secretariaat toegezonden aan klager.

3. De beoordeling
Uit het beleid ‘vergoedingen patiëntenverloven’ volgt dat de inrichting aan alle verpleegden, ongeacht of zij een begeleid, onbegeleid of transmuraal verlofkader hebben, een zelfde kostenvergoeding biedt voor sociale verloven en de door verpleegden
voor sociaal verlof gemaakte reiskosten eenmaal in de zes weken vergoedt.
Klager heeft transmuraal verlof. Hij heeft gesteld - en dit is door de inrichting niet betwist - dat in zijn verlofplan is opgenomen dat hij tweemaal per week sociaal verlof buiten Utrecht mag doorbrengen.
De beroepscommissie overweegt dat verlof voor klager in de huidige fase van zijn behandeling van groot belang is in verband met de voortgang van zijn behandeling en zijn resocialisatie. Het onderscheid dat door de inrichting wordt gemaakt tussen
sociaal
verlof en resocialisatieverlof miskent het belang van het sociaal verlof voor de resocialisatie van klager en is niet gebaseerd op regelgeving. Daargelaten de vraag of klager kan worden gehouden aan nieuw beleid dat nog niet formeel is vastgesteld,
maar
aan hem wel kenbaar is gemaakt, is de beroepscommissie van oordeel dat de toepassing van het nieuwe beleid op klager onvoldoende is afgestemd op zijn situatie en als onredelijk en onbillijk dient te worden aangemerkt. De beroepscommissie merkt daarbij
op dat in de onderhavige fase van klagers behandeling een reiskostenvergoeding die afgestemd is op de in het verlofplan vastgelegde afspraken meer passend zou zijn. Daarbij zou uiteraard het aspect dat klager in het belang van een effectieve
resocialisatie moet leren om te gaan met een beperkt budget, kunnen worden betrokken.
De beroepscommissie zal het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en de beslissing van het hoofd van de inrichting vernietigen. Zij zal het hoofd van de inrichting opdragen een nieuwe beslissing te nemen met
inachtneming van haar uitspraak.
Voor het toekennen van een tegemoetkoming voor de door klager gemaakte reiskosten voor zijn sociale verloven is naar het oordeel van de beroepscommissie gelet op het voorgaande op dit moment geen plaats.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en de beslissing waarover is geklaagd. Zij draagt het hoofd van de inrichting op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. G.L.M. Urbanus, voorzitter, mr. drs. T.A.M. Louwe en mr. R.P.G.L.M. Verbunt, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 19 maart 2013

secretaris voorzitter

Naar boven