Beleidsregel 
De ernst van de gedraging wordt op grond van artikel 2
        Boetebesluit socialezekerheidswetten in de eerste plaats afgemeten aan de hoogte van het
        benadelingsbedrag. Onder benadelingsbedrag verstaat de SVB het bedrag dat, gelet op de
        herziening van de uitkering, door haar te veel is betaald tussen het moment dat de
        mededelingsverplichting is geschonden en het moment waarop de mededeling van de
        belanghebbende dan wel het wijzigingsbericht van een derde werd ontvangen. 
Basis boetebedrag 
Is er geen sprake van bijzondere
        omstandigheden zoals hierna te bespreken, dan legt de SVB een boete op ter hoogte van het
        zogenaamde basis boetebedrag. Onder basis boetebedrag wordt verstaan het boetebedrag
        vastgesteld volgens artikel 2 van het Boetebesluit socialezekerheidswetten. 
Verhoging wegens recidive 
Het basis boetebedrag wordt met 50%
        verhoogd, indien in de vijf jaar, onmiddellijk voorafgaande aan het moment van de
        overtreding waarvoor de boete dient te worden opgelegd, is vastgesteld dat de belanghebbende
        de mededelingsverplichting op grond van dezelfde wet reeds eerder heeft geschonden en voor
        die overtreding een bestuurlijke boete of een strafrechtelijke sanctie aan de belanghebbende
        is opgelegd. Het basis boetebedrag wordt niet verhoogd indien de tweede overtreding niet
        heeft geleid tot een benadelingsbedrag. In geval van een derde overtreding binnen vijf jaar
        na de tweede overtreding wordt het basis boetebedrag wel met 50% verhoogd, ook als er geen
        benadelingsbedrag is. 
Verhoging wegens de ernst van de
        overtreding 
Het basis boetebedrag kan met 50% worden verhoogd, indien
        geen sprake is van recidive, maar vastgesteld wordt dat de ernst van de overtreding
        rechtvaardigt dat het basis boetebedrag wordt verhoogd.  
Dit doet zich in
        elk geval voor, wanneer de belanghebbende zonder daarvan mededeling te doen ten minste twee
        jaar inkomsten uit of in verband met arbeid heeft genoten en in betreffende periode ten
        minste twee maal door de SVB door middel van een inlichtingenformulier in de gelegenheid is
        gesteld om de juiste en volledige informatie te verstrekken.  
Eveneens
        rechtvaardigt de ernst van de overtreding een verhoging van het basis boetebedrag met 50%,
        indien de overtreding heeft plaatsgevonden in een zogenaamde fraudeconstructie, waarin de
        belanghebbende gezamenlijk met anderen onjuiste informatie heeft verstrekt met de bedoeling
        de SVB te benadelen. 
Verlaging wegens verminderde ernst van de
        overtreding 
Ingeval de belanghebbende heeft nagelaten een feit of
        omstandigheid te melden die uitsluitend kan leiden tot verhoging van de uitkering, is er
        sprake van een verminderde ernst van de overtreding. De SVB legt dan in beginsel, tenzij
        sprake is van een situatie waarin met een waarschuwing kan worden volstaan, een boete op van
        € 26,-. Uiteraard dient ook in de gevallen van zelfbenadeling acht te worden geslagen op de
        mate van verwijtbaarheid en de omstandigheden waarin de betrokkene verkeert. Deze
        beoordeling zal in individuele gevallen, als de omstandigheden hiertoe aanleiding geven, tot
        een afwijkend besluit kunnen leiden.