Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1636/GM, 30 september 2011, beroep
Uitspraakdatum:30-09-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/1636/GM

betreft: [klager] datum: 30 september 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.P. van Stralen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen tandheelkundig handelen door of namens de inrichtingstandarts verbonden aan het Detentiecentrum te Zeist,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 3 mei 2011 van de bemiddeling door de tandheelkundig adviseur bij het ministerie van Veiligheid en Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 16 september 2011, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, is klager gehoord. Klagers raadsvrouw, mr. M.J.M. Peeters, en de inrichtingstandarts verbonden aan voornoemd detentiecentrum hebben schriftelijk
laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de tandheelkundig adviseur van 10 december 2010, betreft de behandeling door de kaakchirurg en de behandeling door inrichtingstandarts.

2. De standpunten van klager en de inrichtingstandarts
Door en namens klager is het volgende aangevoerd.
Medio augustus/september 2010 is klager tijdens een partijtje voetballen gevallen. Een klein stukje van zijn tand was afgebroken. Tijdens de behandeling ervan door de inrichtingstandarts is hij door hem doorgestuurd naar een kaakchirurg in verband met
een infectie. Daaraan is hij door de kaakchirurg behandeld. Daarna kreeg hij last van drie van zijn voortanden. Deze kwamen los te zitten. Daarna moesten ze getrokken worden en komen er meer tanden voor extractie in aanmerking. Ook is er een stuk van
een vulling uit zijn kies gevallen. Klager had pijn. De verpleegkundige gaf aan dat als klager de kies niet wilde laten trekken, hij niet bij de tandarts hoefde te komen. Twee tanden zitten los. Deze beide tanden zijn niet geraakt bij de val tijdens
het
voetballen.

De inrichtingstandarts heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de tandheelkundig adviseur, niet nader toegelicht. Wel heeft hij aan de tandheelkundig adviseur de verrichtingenkaart en foto’s overgelegd.

3. De beoordeling
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is de beroepscommissie van oordeel dat het handelen van de tandarts niet kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 van de Pm neergelegde norm. Klager is na de val bij de tandarts
gekomen, die de behandeling aan de tand heeft ingezet. Vanwege een ontsteking was ingrijpen naar het oordeel van de inrichtingstandarts direct nodig. Klager is om die reden verwezen naar de kaakchirurg.
Toen na de behandeling enkele voortanden los zijn komen te zitten, is aangegeven dat deze tanden getrokken moesten worden. Nadien is klager regelmatig bij de tandarts geweest. Er zijn geen indicaties dat de inrichtingstandarts op enig moment
onzorgvuldig heeft gehandeld.
Voor zover klager klaagt over de wijze van behandelen door de kaakchirurg, moet die klacht buiten behandeling blijven nu de beroepscommissie niet bevoegd is te oordelen over een dergelijke klacht die een niet aan de inrichting verbonden medicus
betreft.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, H.J.P. Kroeze en J.H.A.M.C. Schoenmaeckers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 30 september 2011

secretaris voorzitter

Naar boven